Marc Hirschi heeft voor het eerst sinds 2020 weer een WorldTour-wedstrijd weten te winnen. De 25-jarige Zwitser schreef zaterdag namelijk de Clásica San Sebastián op zijn naam door Julian Alaphilippe te verslaan in een sprint-à-deux. De twee waren weggereden op de laatste klim van de dag, de loeisteile Pilotegi. “Het was daar superzwaar’, zei Hirschi in het flashinterview na afloop.

“Alaphilippe ging vanaf de voet in de aanval. Het ging zó hard. Daarna lieten we het tempo even wat zakken. Het laatste stuk was het gewoon afzien tot de top. Toen we omkeken, zagen we dat we nog maar met z’n tweeën waren. We wisten dat we door moesten rijden. Vervolgens kregen we samen een mooie sprint.”

Vooraf golden Alaphilippe en Hirschi al als favorieten voor de zege. Ook de naam van Jonas Vingegaard werd genoemd, maar de renner van Visma | Lease a Bike moest al vroeg lossen. “We waren verrast dat Vingegaard zich niet zo goed voelde op de voorlaatste klim. We wilden hem volgen, maar we hadden wel het plan om aan te vallen met Jan of Pavel (Jan Christen of Pavel Sivakov, red.), als hij zich niet super voelde.”

Een van Hirschi’s grootste zeges
Uiteindelijk ging Sivakov. Hij reed een tijdlang solo voor de door Lotto Dstny aangevoerde groep der favorieten uit. “Dat was supergoed voor ons. Wij konden tussen de wielen blijven. Als er één renner minder was van Lotto Dstny, had Pavel vandaag gewonnen, denk ik. Maar zij dichtten het gat en wij zaten met drie man klaar. We gingen vol gas.”

Hirschi zei tot slot dat de zege in de Clásica San Sebastián ‘heel belangrijk’ voor hem is. “Het betekent veel voor me. Naast mijn ritoverwinning in de Tour de France en mijn zege in de Waalse Pijl is het een van de grootste zeges uit mijn carrière.”