Martijn Keizer begint morgen aan zijn vijfde Giro d’Italia. De 28-jarige coureur van LottoNL-Jumbo zal voornamelijk als knecht werken voor de kopman Steven Kruijswijk. Zelf heeft Keizer ook zijn doelen gesteld, te beginnen met morgen. “Ik mik op een top-5. Top-10 zou mooi zijn, maar een plek bij de eerste vijf zou ik stiekem heel erg blij mee zijn”, vertelt hij aan WielerFlits.

Bevestiging
Een specifieke tijdrittraining stond niet op de agenda voor de renner uit Muntendam. Wel heeft hij na zijn trainingskamp in de Ronde van Romandië twee tijdritten gereden, waarin hij in de eerste – een korte proloog met een korte klim – als tiende eindigde. “Dat was een hele mooie uitslag, maar het was niet mijn parcours. Het weer was ook niet voor iedereen hetzelfde, ik denk niet dat dat een graadmeter voor morgen is. Het is wel een bevestiging voor mezelf dat de conditie goed is.”

Eigen kansen
Met die bevestiging op zak maakt Keizer er geen geheim van wat zijn persoonlijke doelen zijn. “Ten eerste morgen, dat is een heel groot doel. We hebben ook Moreno Hofland en Steven mee. Ik ben een ondersteunende renner en ik hoop die mannen zo lang mogelijk bij te staan. Vervolgens wil ik in de laatste anderhalve week zelf een keer mijn kans gaan in een overgangsrit via de ontsnapping.”

Meer voldoening als knecht
In 2012 en 2013 reed Keizer La Corsa Rosa namens Vacansoleil-DCM al veelvuldig in de aanval. De Groninger trok destijds met een vrijbuitersploeg naar ‘de laars’. “Bij Vacansoleil-DCM was het leuk, maar je weet bij voorbaat al dat wat je doet, onzinniger is. Alles wat je nu doet, is in teken van de kopman. Daar krijg je gelijk bevestiging van. Ik haal hier meer voldoening uit. Bovendien mogen we er van uitgaan dat Steven goed is. Op Tenerife hebben we alles kunnen doen wat we moeten doen, dus ik denk dat dat wel goed zit.”