Mathieu van der Poel en Wout van Aert demotiveren concurrentie richting Ronde van Vlaanderen
Analyse Hoe Mathieu van der Poel en Wout van Aert in de E3 Saxo Bank Classic op iedere kasseienheuvel waar ze even op de pedalen gingen staan de concurrentie tot figuranten degradeerden, was pijnlijk. De zoveelste demonstratie van de twee die voor aanvang van de heilige Vlaamse wielerweek uiterst demotiverend richting hun rivalen werkt.
Hoe moeten zij dit tweetal straks in de Ronde van Vlaanderen gaan aanpakken? Geen enkele ploegleider had in Harelbeke een pasklaar antwoord.
De Heerbaan in Harelbeke is al sinds jaar en dag de plek waar de teambussen na de ‘E3’ worden geparkeerd. Door de regenval en de renners die zo snel als mogelijk de warme beschutting van de touringcars induiken, is de sfeer mistroostig.
Bij Lidl-Trek, Soudal Quick-Step, INEOS Grenadiers, UAE Emirates en o.a. EF Education-EasyPost kunnen ze hun renners niks verwijten, ondanks dat ze eigenlijk een pak slaag hebben gehad van dé twee. Op de momenten dat de wedstrijd echt gemaakt wordt, hebben ze simpelweg geen antwoord op de wattages waarmee Van der Poel en Van Aert hun pedalen geselen.
Het lijkt in 2024 voor het tweede opeenvolgende jaar dat een kwintet renners ver boven de rest uitsteekt. Alleen Primoz Roglic heeft tot dusver zijn vorm van de afgelopen jaren nog niet kunnen benaderen. Tadej Pogacar, Jonas Vingegaard, Remco Evenepoel en de keienvreters Mathieu van der Poel en Wout van Aert steken opnieuw ‘mijlenver’ boven de rest uit. Daarbij zetten ze de andere ploegen al zo goed als schaakmat door ver voor de finish aan hun offensief te beginnen. De solo’s naar hun overwinningen worden steeds langer en daarmee heroïscher, waardoor de concurrentie steeds eerder en langer in verloren positie rijdt.
Zo had Van der Poel in Harelbeke eigenlijk in zijn hoofd om op de Taaienberg op tachtig kilometer van de finish de wedstrijd in een eerste beslissende plooi te brengen. Zijn krachtige versnelling deed denken aan de gouden jaren van Tom Boonen op dit roemruchte Vlaamse ‘kaske’, toen we nog gewoon over de E3 Prijs spraken. Het was de bedoeling van ‘MVDP’ om daar met vier of vijf renners weg te rijden, maar hij geraakte alleen vooruit. Dat vond hij in zijn eentje te ver.
De defensieve koerswijze van Van Aert betreurde hij, al kon hij dit ook begrijpen omdat het pas de eerste wedstrijd van zijn Vlaamse rivaal na een hoogtestage was. “Zijn piek zal nog meer dan voorgaande jaren op de komende twee weken zijn gefocust”, zo trok Van der Poel zelf al de conclusie.
Op de Boigneberg, tussendoor op 66 kilometer van de finish, en op Stationsberg schudde de wereldkampioen opnieuw aan de boom. Om vervolgens op de Paterberg zijn geplande aanval uit te voeren. Hij hoorde, naar eigen zeggen, achter zich wel iemand vallen. Dat uitgerekend het voorwiel van zijn eeuwige opponent hier in het gootje weg schoof, had hij niet in de gaten. En zelfs al had hij het wèl geweten dat Van Aert hier viel, dan was dit nog geen enkele reden geweest om op deze steile heuvelrug niet zijn aanval door te zetten.
Na de Paterberg, op 44 kilometer voor de finish, kwam Van der Poel nu alleen vooruit. Toen was er geen weg meer terug. Vanuit de achterhoede probeerde Van Aert vervolgens in zijn eentje de kloof naar de kopman van Alpecin-Deceuninck te overbruggen. Deze één-tegen-één-strijd leek wel een training met het oog op de Monumenten die gaan komen. Zoals ze zich de afgelopen maanden vrijwel enkel met trainingen en niet met het rijden van wedstrijden richting de grote afspraken hebben voorbereid. Van Aert kwam nog tot op tien seconden, maar toen liep zijn batterij leeg en brak hij.
Dat de Belgische kopman van Visma | Lease a Bike uiteindelijk de sterke Jasper Stuyven voor moest laten in de strijd voor de tweede plaats, doet niets af aan de belangrijkste conclusie van deze E3: Van der Poel en Van Aert steken opnieuw met kop en schouders boven de rest uit. Het verschil lijkt eerder groter dan kleiner dan de afgelopen jaren te zijn geworden. Het grote verschil tegenover 2023 is dat toen Tadej Pogacar zich nog tussen de twee ‘crossers’ nestelde, terwijl de Sloveen dit jaar het Vlaamse werk overslaat vanwege zijn deelname aan de Giro d’Italia.
Van der Poel slaagde er nu in om de E3 met de langste solo uit de geschiedenis van de koers te winnen. Zijn 44 individuele kilometers richting het voetbalstadion van Harelbeke spannen de kroon ten opzichte van de 35 kilometer van Fabian Cancellara in 2013, en de 30 kilometer van Niki Terpstra in 2018.
Wie herinnert zich nog de woorden van de Noord-Hollander in het flashinterview na diens zege toen hij citeerde uit het lied ‘Banaan’ van Jebroer: “Ik heb m’n stoute schoenen aan. Zie me hakken, zie me chappe, zie me gaan. Ik lust geen appel, lust geen kiwi, ik wil gaan met die banaan.”
Banaan
Gaan met die banaan deed Terpstra’s Nederlandse opvolger in Harelbeke ook. Van der Poel vindt het compleet maken van zijn palmares steeds belangrijker en deze klassieker, bijgenaamd de Kleine Ronde van Vlaanderen, stond daar nog niet op. Op de persconferentie zei hij enigszins verrast te zijn over zijn vorm aangezien hij met Milaan-Sanremo slechts één wedstrijd in zijn benen heeft in 2024. Al kun je niet verrast zijn als je zag hoe ‘MVDP’ afgelopen zaterdag al op de uitvallen van Pogacar op de Poggio kon reageren.
Grote vraag bij de concurrentie is hoe kunnen zij in de komende kasseienklassiekers Van der Poel en Van Aert op de pijnbank moeten leggen. Wilfried Peeters zag ‘zijn’ Kasper Asgreen, Julian Alaphilippe en Gianni Moscon in een goede positie de finale ingaan, maar zij hadden geenszins een antwoord op de versnellingen van de twee grootheden. ‘Dat werkt zeker demotiverend door in de hoofden’, was Peeters eerlijk.
Lidl-Trek was in de breedte het sterkste collectief in Harelbeke en had vier renners (Stuyven, Skujins, Kirsch en Pedersen) bij de eerste elf in de uitslag. Toch kon de Amerikaanse ploeg de koers geen enkel moment naar zich toe trekken en reed het eigenlijk alleen maar in de achtervolging. Misschien was voor hen een eerste pijnlijke conclusie dat het niveauverschil dat hun kopman Pedersen richting Van der Poel en Van Aert heeft toch veel groter is dan men had gehoopt.
Hoe dit nog te dichten is richting dé Ronde en Parijs-Roubaix wist men niet aan te geven. Het collectief eerder inzetten is één, maar juist omdat Van der Poel en zeker Van Aert omringd zijn door ijzersterke teams hebben zij ook genoeg manschappen om een situatie nog recht te zetten. En dan nog, de ‘grote twee’ zullen ook in de Ronde van Vlaanderen al op zo’n honderd kilometer voor de streep al beginnen te koersen en wederom aansturen op een man-tegen-man gevecht.
Sebastian Langeveld (tegenwoordig ploegleider bij EF Education-EasyPost, dat kopman Alberto Bettiol door een vroege val zag wegvallen) herinnerde zich dat hij als renner ook wel vaker teleurgesteld in Harelbeke had gestaan. Maar dat dit niet altijd een voorbode voor de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix hoeft te zijn.
Sinds 2010 wist de winnaar van de E3 Prijs Harelbeke liefst vijf keer ook de Ronde van Vlaanderen te winnen. Of een andere statistiek die Het Nieuwsblad deelde; van de 36 renners die in de jongste twaalf edities in Harelbeke op het podium stonden, stonden er niet minder dan 13 ook in Oudenaarde in de top drie. Wat dat betreft is Harelbeke dus zeker een referentie voor wat er de komende weken staat te gebeuren.
Ook als we naar de vorige generatie kijken, toen Tom Boonen en Fabian Cancellara in het ‘Vlaamse’ werk boven de rest uit staken. Zij wisten in tien jaar tijd acht keer de E3 Prijs Harelbeke, zes keer de Ronde van Vlaanderen en zeven keer Parijs-Roubaix te winnen. Wat dat betreft valt de dominantie van Van der Poel en Van Aert nog enigszins mee. De concurrentie is in Harelbeke opnieuw gedemotiveerd, maar ook de Boonen- en Cancellara-jaren hebben aangetoond dat er nog altijd jaren zijn dat er verrassingen mogelijk zijn.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.