Mathieu van der Poel speelt geen verstoppertje: “Ik ben 100 procent klaar”
Interview Mathieu van der Poel stond dinsdagnamiddag de pers te woord via een Zoom-meeting. Eén ding was duidelijk: de kopman van Alpecin-Fenix heeft geen zin in verstoppertje spelen. “Ik ben honderd procent klaar voor Dwars door Vlaanderen en de Ronde. Door die lange pauze werkte ik zelfs een van mijn beste voorbereidingen ooit af.”
Van der Poel heeft alleen Milaan-San Remo en de Coppi e Bartali in de benen wat koersritme betreft. Maar dat moet ruim volstaan om ook op de Vlaamse kasseien te presteren, vindt hij. “Zeker in die etappe in de Coppi e Bartali die ik won, voelde ik dat de conditie is wat ze moet zijn. Eigenlijk heb ik Dwars door Vlaanderen niet meer nodig als vertrouwensboost richting de Ronde. Maar ik koers gewoon graag. Ik ben blij dat die wedstrijd op mijn programma staat.”
“Ik won Dwars door Vlaanderen in 2019, mijn eerste WorldTour-zege toen. Ik ben nu zeker zo goed als drie jaar geleden. Ik heb trouwens een van mijn beste voorbereidingen ooit gehad”, vertelde hij. “Net door die verplichte lange rustperiode. Mijn waarden zijn supergoed. Ik ben meer dan tevreden met dat niveau. Maar dat is natuurlijk geen garantie om te winnen.”
Van der Poel zegt dat hij lange tijd vreesde de kasseiklassiekers niet te halen. “We keken in eerste instantie meer naar de Ardense klassiekers, met de Amstel Gold Race als richtpunt. Maar tijdens mijn stage in Spanje ging het plots snel en verbeterde ik in twee weken tijd enorm. Het is toen dat ik er zelf in begon te geloven dat ik ook de Vlaamse klassiekers nog kon halen.”
Hieronder vind je nog een greep uit de talrijke vragen die Van der Poel tijdens de digitale persconferentie voor de voeten geworpen kreeg…
Heb je de E3 Harelbeke en Gent-Wevelgem gevolgd? Wat is je opgevallen?
“Ik heb het niet integraal gezien, want ik was zelf aan het fietsen. Wel flarden. Wat me opviel? Dat Jumbo-Visma sterk was in de E3. Ook in Gent-Wevelgem trouwens, maar dat is een ander soort koers, die meestal gesloten blijft na de laatste passage over de Kemmel. En dat de zege van Girmay een speciaal moment in het wielrennen is. A cool story.”
Naar wat kijk je het meest uit? Naar koersen tégen dat Jumbo-Visma-blok of koersen tegen Tadej Pogačar?
“Ik kijk er vooral naar uit om te koersen met publiek. Dat is in de Vlaamse klassiekers intussen twee jaar geleden, terwijl de fans deel uitmaken van de koers. Ik heb daar de voorbije dagen ook in Italië al mogen van genieten. De beleving is toch groter.”
Waarom denk jij dat Pogačar naar Vlaanderen komt?
“Dat weet ik niet. Maar ik weet wel dat hij op elke omloop uit de voeten kan. Hij zal er wel staan.”
Kan het uitstellen van jouw seizoensbegin gevolgen hebben voor de rest van het seizoen?
“Dat weet ik niet. Ik kan niet in de toekomst kijken.”
Heb je de voorbije weken geen last meer gehad van de rug?
“Op de fiets bleef ik helemaal pijnvrij en dat is een geruststelling. Maar ik moet wel alert blijven en er de nodige aandacht aan besteden met dagelijkse stabilisatie-oefeningen en behandelingen tussen de wedstrijden door. Dat heb ik de voorbije jaren misschien een beetje verwaarloosd omdat ik vaak en snel wisselde van discipline. Nu weet ik dat het beter is een uurtje minder te fietsen en die oefeningen te verzorgen.”
Wat herinner je je nog van je overwinning in de Ronde van Vlaanderen 2020?
“Wel meerdere dingen. Maar de val van Julian Alaphilippe en de sprint met Wout van Aert springen er uiteraard uit.”
De voorbije twee Rondes van Vlaanderen eindigden telkens in een sprint met twee. Teken je voor een identiek scenario en tegen wie sprint je dan het liefst?
“Als je daar zit, dan betekent dat dat je meedoet om te winnen en dat is al sowieso goed, denk ik. Tegen wie? Dat heb ik niet te kiezen. Het is na zo’n koers ook niet de snelste die wint, maar de sterkste. Maar ik denk dat ik met iedereen naar de finish kan.”
Is jouw team sterk genoeg om het op te nemen tegen Jumbo-Visma?
“Dat hebben we in de laatste editie van de Ronde van Vlaanderen al bewezen. We gaan zondag wel Jonas Rickaert missen, die out is met een blessure, maar ook de rest van de ploeg is sterk genoeg. En in de finale moet de kopman het toch zelf doen.”
Staat er nog een verkenning gepland?
“Ik denk het niet. Ik weet het eigenlijk niet. Maar ik heb intussen al genoeg over de Oude Kwaremont en de Paterberg gefietst om te weten hoe die eruitzien.”
Is een goede prestatie in Dwars door Vlaanderen nog belangrijk om met een goed gevoel van start te gaan in de Ronde?
“Nee. Vorig jaar werd ik gelost op de Trieu (Knokteberg, op 35 kilometer van de finish, red.) en reed ik toch een goede Ronde van Vlaanderen.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.