Menno Huising op zoek naar zichzelf: “Fantastisch om mezelf in de Amstel Gold Race te laten zien”
foto: Bram Berkien/Visma | Lease a Bike 2024
Youri IJnsen
zondag 22 december 2024 om 07:15

Menno Huising op zoek naar zichzelf: “Fantastisch om mezelf in de Amstel Gold Race te laten zien”

Interview Het einde van het jaar nadert en dat betekent dat het nieuwe wielerseizoen op het punt staat om te beginnen. In een serie met zeven vaste vragen stelt WielerFlits deze dagen alle zeven jonge Nederlandse talenten voor die op 1 januari 2025 hun profdebuut maken in de WorldTour. De vijfde in de rij is Menno Huising, het eerste product van CyclingClassNL dat zich bij het WorldTeam van Visma | Lease a Bike voegt.

Waar ben je opgegroeid en hoe kwam je in aanraking met de wielersport?
“Ik ben in Wateringen in het mooie Westland opgegroeid. Mijn hele familie fietste. Niet op een bijzonder hoog niveau, maar wel van opa tot vaders en neven. Iedereen fietst of fietste. Dat begint al vroeg. Als je drie bent begin je toch al op een fietsje met zijwieltjes rond te raggen. 

Maar specifiek komt het wel door mijn vader. We waren een keer met de familie op vakantie in Duitsland, op de camping in de bergen. Ik was toen vijf of zes. Mijn vader ging een berg op fietsen en ik wilde graag mee. Hij zei: ‘we proberen twee bochten en daarna piep je wel anders’. Uiteindelijk reed ik heel dat ding naar boven. Maar voor ik mocht fietsen moest ik van moeders wel eerst al mijn ABC-zwemdiploma’s halen. Daarna mocht ik pas mountainbiken. Ik ben toen begonnen bij het in het Westland bekende laagste recreantengroepje Hein, op zesjarige leeftijd.”

Wat voor een type-renner ben je en wat zijn je sterke punten?
“Mijn sterke punt is momenteel mijn allroundheid. Ik weet nog niet wat mijn écht sterke punt is. Dat durf ik niet te zeggen. Ik weet dat ik lang bergop mee kan, maar daar eigenlijk net te zwaar voor ben. Het Waalse werk ligt mij ook wel echt goed. Vlaamse klassiekers heb ik nog niet heel veel uitgeprobeerd, maar ik denk dat dit ook niet heel verkeerd voor mij is. En afgelopen seizoen heb ik Parijs-Roubaix U23 gereden om te testen en dat ging ook niet slecht. Het is een beetje zoeken.

Een ding waarvan ik zeker ben: ik ben geen massasprinter en zal daar ook nooit in uitgroeien. Het is ook niet zo slecht dat je me als strijkijzer kunt bestempelen, maar het moet eerst onderweg heel zwaar geweest zijn voordat mijn sprintje in verhouding beter is.”

Huising in gesprek met een journalist na Parijs-Roubaix U23 – foto: Visma | Lease a Bike

Wat zijn je belangrijkste prestaties?
“Voor mij is de belangrijkste mijn overwinning in de Flèche Ardennaise van 2023. Dat is uiteindelijk de wedstrijd geweest wat de doorslag gaf voor een profcontract bij deze ploeg. Bij de junioren stond ik er ook echt, mondiaal. Voor de rest heb ik in de jeugdcategorieën ook altijd veel gewonnen. En wat ook nog wel iets is: in elke discipline die je kan rijden bij de jeugd los van baanwielrennen, ben ik wel een keertje Nederlands kampioen geweest. 

Niet dat het nog belangrijk is, maar dan heb ik het wel over weg, mountainbike, veldrijden, ploegentijdrit. Maar ook in de Tour de l’Avenir en de Giro del Friuli heb ik voor mezelf mooie dingen gedaan, alleen zit daar geen goede uitslag bij.”

Waarom koos je voor je huidige ploeg?
“Bij de junioren waren Jumbo-Visma en Team DSM er het snelste bij. Maar mijn huidige ploeg was veel overtuigender in het praten en de omgang. Dat vond ik heel erg goed bij mij passen. Het contact verliep toen via Robbert de Groot en dat ging echt heel goed. Het was kiezen tussen twee goeden. Mijn onderbuik gevoel zei dat ik naar deze ploeg moest gaan. Aan het einde van mijn eerste jaar als junior ben ik al eens mee geweest op trainingskamp. Vanaf dat moment voelde ik me meteen thuis binnen de ploeg.

Ik heb een heel goede relatie met de renners, maar ook met de staf. Dat zijn wel de redenen geweest om hier te blijven. Bovendien is – denk ik – de opleiding hier het beste. Het niveau ligt heel hoog. Ik heb daar veel vertrouwen in. Daar komt de heel fijne familiesfeer bij. Daarom wilde ik ook hier de stap naar de profs maken.”

Menno Huising in de Tour of Norway 2024 – foto: Cor Vos

In welke koersen gaan we je zien?
“Wat ik al wel kan zeggen is dat ik start in Australië. En verder ben ik ook vooral heel reëel. Ik heb vorig jaar een paar profkoersen gereden. De stap van de beloften naar de beroepsrenners is echt een serieuze. Natuurlijk wil ik me graag laten zien op het allerhoogste podium, dat zou heel mooi zijn. Dan denk ik aan wedstrijden als de Amstel Gold Race, Luik-Bastenaken-Luik of een Strade Bianche, in combinatie met een leuk WorldTour-rondje. Als ik daar ooit iets kan doen, lijkt me dat heel vet. Al besef ook ook heel goed hoe groot die wedstrijden zijn.

Daarom denk ik dat ik veel meer naar .1- en ProSeries-koersen moet kijken. Als ik heel eerlijk ben, ken ik die niet allemaal uit mijn hoofd. Voorkeuren heb ik dan ook niet echt. Al zou ik het wel heel erg vet vinden als ik dit jaar al de Amstel Gold Race mag rijden. Limburg ken ik helemaal als mijn broekzak. Zo’n koers in Nederland, dat is natuurlijk een van de mooiste dingen die er is om die te rijden. En als je jezelf dan kan laten zien, is het helemaal fantastisch.”

Wat zal je rol voornamelijk zijn volgend seizoen?
“Het is natuurlijk geen geheim dat wij bij de beste ploegen ter wereld horen. Als je hier zoals ik als neoprof binnen komt, dan kun je laten zien wat je wilt. Maar als je de grootste koersen rijdt, is dat wel gewoon snel in een helpende rol. Wat ook allesbehalve erg is. Ik hoop dat ik een programma krijg waarin ik een paar keer met de grote mannen mee mag in de grootste wedstrijden, om te leren en te ervaren hoe dat is. Dan hoop ik vooral op een mooie rol bergop, al vind ik wat beulswerk doen in aanloop naar een klim ook heel mooi. Maar tevens zou ik in .1- en ProSeries-koersen finales willen rijden, zodat ikzelf iets kan laten zien.”

Welk leuk feit móeten mensen van jou weten naast het wielrennen?
“Dat is een lastige, als ik eerlijk ben. Ik heb ook echt wel een leven buiten het fietsen, dat vind ik ook heel belangrijk. Van omgaan met vrienden kan ik enorm genieten. Maar een echt specifieke hobby of zoiets, dat heb ik niet. Al sta ik wel altijd open voor avontuur. Het enige wat ik kan zeggen is dat ik vroeger de Vossenjacht bij Westland Wil Vooruit altijd fantastisch leuk vond. Maar dat is wel weer fietsen, uiteindelijk.”


RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.