Moet de Waalse Pijl de aankomst op Muur van Hoei veranderen?
Discussie Woensdag staat de Waalse Pijl op het programma, met de iconische aankomst op de Muur van Hoei. Aanvallen voor de slotklim om te winnen, is in die koers een utopie. Net zoals dat voorheen voor de Cauberg was in de Amstel Gold Race. Die koers hertekende het laatste decennium haar finale en is net als Luik-Bastenaken-Luik (dat óók de finale aanpaste) daardoor veel minder voorspelbaar dan voorheen. Moet de Waalse Pijl dat ook overwegen? Reageer in de comments.
Organisator ASO heeft deze editie geschaafd aan het parcours. De grootste wijzigingen vinden plaats in de eerste helft van de wedstrijd, maar in de finaleomloop (die de renners vier keer doen) laat men de Côte de Cherave links liggen. Dat betekent dat de aanloop naar de Muur van Hoei iets gemakkelijker is dan vorig jaar. “Ik betreur dat echt, want de Cherave maakte de finale dubbelinteressant. Als je niet wilde wachten tot de Muur, lagen daar opties om het verschil te maken. Nu heb je een afdaling over een brede weg richting de voet van de Muur. Dus is de kans nog groter dat de pure klimmers komen bovendrijven en dat een elitegroepje op de Muur bepaalt wie wint of verliest”, stelt Miss Muur van Hoei Anna van der Breggen, zevenvoudig winnares.
Tegenstanders
Om het doorbreken van de Muur van Hoei-traditie beter te kaderen, polste WielerFlits een aantal renners en oud-profs. We beginnen met de tegenstanders. “Veranderen mag, maar waarom?”, vraagt Cofidis-renner Ben Hermans zich af. Hij begint woensdag aan zijn twaalfde Waalse Pijl. “De Muur is iconisch. Ik vond de aankomst van de Amstel op de Cauberg overigens ook beter dan nu, net als dat de Saint-Nicholas gevolgd door Ans in Luik perfect was. Het is toch juist leuk als je koersen kunt winnen op dezelfde aankomsten als dat je idolen vroeger deden?” Karsten Kroon is het met hem eens: “De Muur van Hoei is de enige in zijn soort. En ja, dat is saai. Maar anderzijds ook heel cool. Ik vind dat het zo moet blijven, ik houd ervan als ze niet aan een koers sleutelen.”
Die mening is ook Thomas Dekker toebedeeld. “Ik ben persoonlijk iemand die best wel van nostalgie houdt. De Waalse Pijl is geen monument en staat daardoor net een laagje onder Luik. Ik vind het prima zoals de koers nu is. Als mensen zeggen dat de Muur van Hoei die wedstrijd wat op slot gooit, dan hebben ze daar misschien wel een klein beetje gelijk in. Over het algemeen wint daar de sterkste coureur. Het ligt echt aan de renners, of zij koers maken of niet. Uiteindelijk is dat het belangrijkste. Misschien heb je minder attractieve renners als Wout van Aert, Mathieu van der Poel of Tadej Pogačar aan de start. Maar ook de jongens die nu rijden, zijn steengoede renners. Ik ben een voorstander om het zo te laten. Op een gegeven moment kun je alles wel veranderen.”
Nog iemand die geen noodzaak in het veranderen van de Waalse Pijl ziet, is Jan Bakelants. “Nee, dat moet voor mij niet. Ik vind de Waalse Pijl en de Muur van Hoei heel goed samengaan. Die klim geeft identiteit aan die koers. Door die vier passages kunnen de toeschouwers de renners ook even zo vaak zien passeren. Uiteraard is deze wedstrijd wel een heel specifieke klimkoers. Maar zolang dat beperkt blijft tot één keer per jaar, dan hoeft dat zeker geen probleem te zijn. De Amstel en Luik deden wel geslaagde make-overs, maar dat was denk ik ook echt wel nodig. Na de Waalse Pijl kreeg je in Luik een beetje van hetzelfde, maar die parcourswijziging heeft wel gezorgd voor een interessanter verloop. Maar in de Waalse Pijl zie ik eigenlijk echt geen reden om hetzelfde te doen.”
Adrie van der Poel zou net omwille van die veranderde finales in de Amstel en Luik juist niets aanpassen aan de Waalse Pijl. “Ik vind dat klimmers in het hedendaagse wielrennen heel, heel sterk bevoordeeld zijn. In de loop der jaren zijn al heel veel koersen veranderd. Als ze ergens in de regio van de laatste vijf kilometer een bergje vonden, moest en zou het daar plots aankomst zijn. Ik ben geen voorstander van dat soort extreme veranderingen. Maar nu de Amstel en Luik – wat nu spannendere wedstrijden zijn – zijn veranderd, vind ik het niet erg dat de Waalse Pijl wél een aankomst bergop heeft. Je moet die renners ook wat bieden. Een Jonas Vingegaard, Sepp Kuss én zelfs Wout van Aert en Mathieu kunnen hier op een goede dag winnen. Maar die komen niet. Dus ligt het ook een beetje aan de ploegen zelf. Al was de Waalse Pijl in het verleden wel mooier, omdat meer renners er een uitslag konden rijden.”
Voorstanders
Michael Boogerd vindt het lastig om er een oordeel over te vellen, maar staat er wel voor open. “De renners die hier voor de overwinningen koersen, weten wat de formule is om deze koers te winnen. En daardoor valt het koersverloop toch vaak tegen. Maar als je net als in de Amstel de finish twee of drie kilometer ná de Muur van Hoei legt, kan dat de koers wel attractiever maken. Dat zouden ze een keer moeten proberen. Wat ik er nog van weet, is die weg na de afdaling redelijk breed. Er is veel ruimte met weilanden, waardoor het logistiek wel zou moeten lukken. Dan kunnen de topfavorieten niet alle energie eruitgooien op de Muur. Alleen als je ergens anders finisht, haal je wel het karakter uit deze koers. En ik weet niet of dat per se aantrekkelijker is.”
Een verandering zou Steven Rooks wel bekoren. Hij werd in het verleden derde en tweede in de Waalse Pijl. Zijn eerste editie was in 1984, de laatste keer dat de finish níet op de Muur van Hoei lag. “Dat nodigde toch meer uit. Als je nu moet passen, is het afgelopen. Voordat de finish op de Muur kwam te liggen, had je meer strijd in de finales. Er konden zo immers meer renners winnen, want er was nog een mogelijkheid om terug te keren. Als je die finale nu opnieuw zou gebruiken, wint de Waalse Pijl internationaal in aanzien. Nu doen veel ploegen mee omdat het verplicht is, maar die rijden niet om te winnen. Dat kan dan misschien wél. Qua publiek heb je dan ook dubbelop feest: de Muur staat toch wel vol én dan ontvang je ook nog fans aan de finish.”
Oud-renner en NOS-analist Stef Clement is ook voorstander en komt zelfs met een concreet plan. “In de laatste plaatselijke ronde zoals ze hem dit jaar rijden, zou je een verkorte route kunnen nemen. In het plaatsje Strée-lez-Huy zou je dan rechts afbuigen naar Vierset-Barse. Dan kom je aan de voet van de Côte d’Ereffe. Als je dan rechts gaat inplaats van rechtdoor de klim op, steek je af naar Hoei. Dat is een rondje van zo’n tien kilometer. En dan leg je de finish in Hoei zelf en niet op de Muur, zodat je die op tien kilometer van de streep de laatste keer doet. Wat mij betreft zou dat de mooiste optie zijn als je iets verandert. Dan kun je kijken of er na de laatste doorkomst op de Muur nog een groepje terugkomt, of dat een solist zijn inspanning volhoudt tot op de streep.”
Zie hieronder de finaleomloop waar Clement op doelt
Wat vind jij van de finale in de Waalse Pijl? Stem op de stelling in de poll en discussieer mee in de reacties!
Om te reageren moet je ingelogd zijn.