Mooiste rit in een grote ronde van 2019
foto: Cor Vos (archief)
woensdag 18 december 2019 om 16:00

Mooiste rit in een grote ronde van 2019

Eindejaarslijstjes In de maand december blikt WielerFlits traditioneel terug op het afgelopen wielerseizoen met de reeks Eindejaarslijstjes. Wat waren de hoogte- en dieptepunten van het afgelopen jaar en welke renners verdienen nog een eervolle vermelding voor 2019? Iedere werkdag is er een nieuwe lijst met bijbehorende poll. Vandaag staat centraal: de mooiste rit in een grote ronde.

Traditiegetrouw waren ook in 2019 de Giro d’Italia, de Tour de France en de Vuelta a España de belangrijkste rittenkoersen op de WorldTour-kalender. Gezamenlijk goed voor 63 koersdagen en daarmee was aan 17,2% van het jaar alvast invulling gegeven. In die negen weken zijn meer dan 10.000 wedstrijdkilometers afgelegd, ongeveer een kwart van de omtrek van de aarde. Genoeg dus om over te schrijven, zoals jullie zullen hebben gemerkt.

Vandaag staan we stil bij enkele mooie etappes uit de Giro, Tour en Vuelta. Mooi is natuurlijk een subjectief begrip en we hebben er dan ook voor gekozen een selectie te maken van ritten die een positieve indruk hebben achtergelaten en waar we met plezier nog eens op terugkijken. Vluchters die vooruit blijven, waaierritten, maar bijvoorbeeld ook de definitieve doorbraak van Tadej Pogačar in Spanje. Welke rit in een grote ronde van 2019 was de mooiste?


flag-it Giro d’Italia: rit 18 naar Santa Maria di Sala

Met nog twee bergetappes en een tijdrit voor de boeg was de etappe naar Santa Maria di Sala de laatste kans voor de overgebleven sprinters in het peloton. De eerste dertig kilometer op het profielkaartje waren nog oplopend, maar dan ging het eigenlijk constant in dalende lijn richting de finish. Omdat de route was ingetekend langs het hoofdkwartier van motorconstructeur Aprilia stond een aankomst aan hoge snelheid eigenlijk wel in de sterren geschreven. Of konden vluchters profiteren van het feit dat de meeste topsprinters al naar huis waren?

Door de razendsnelle openingsfase duurde het lang vooraleer enkele vluchters wegreden. Pas na zestig kilometer kregen Nico Denz, Mirco Maestri en Damiano Cima de zegen van het peloton. Israel Cycling Academy had nog wel oren naar een massasprint met haar snelle mannen Davide Cimolai en Kristian Sbaragli en leidde de achtervolging. Ook BORA-hansgrohe deed een duit in het zakje voor kopman Pascal Ackermann. De vluchters reden zes minuten bij elkaar, normaal gesproken geen onoverbrugbaar verschil. De voorsprong liep echter niet snel terug.

Hoofdrolspelers Nico Denz, Damiano Cima en Mirco Maestri – foto: Cor Vos

De drie koplopers hadden met nog twintig kilometer te gaan nog ruim twee minuten voorsprong. Denz, Maestri en Cima begonnen steeds meer in hun kansen te geloven, terwijl Israel Cycling Academy en BORA-hansgrohe steeds nerveuzer werden. Onder de boog van de laatste tien kilometer bedroeg het verschil nog altijd een minuut. Maestri, koersend voor trouwe Giroklant Bardiani-CSF, bleef maar op kop beuken, de dappere Cima hing tussen zijn kader, maar de sluwe en sterke Denz leek over de beste papieren te beschikken.

Op drie kilometer van de streep probeerde de Duitser zijn medevluchters te lossen, maar Maestri wist – met de nodige moeite – weer aan te sluiten. Denz leek zijn eigen glazen te hebben ingegooid, want de drie koplopers begonnen naar elkaar te kijken. Niet veel later gingen Cima en Maestri toch weer op kop rijden, waardoor ze nog altijd een kans hadden op ritwinst. Het peloton kwam echter steeds dichter, waarbij BORA-hansgrohe zelfs klassementsrenner Davide Formolo inzette: de ploeg wilde koste wat kost Pascal Ackermann naar de zege helpen.

Maar kwamen ze nog op tijd om de vluchters op te slokken? Vooraan mocht niet meer getwijfeld worden en toen Cima de eindstreep kon ruiken, ging hij aan. Terwijl zijn vluchtmakkers Maestri en Denz nog werden ingerekend, bleef de renner van het kleine Nippo Vini Fantini Faizanè nipt uit de greep van de aanstormende Ackermann. Cima werd daarmee de held van zijn ploeg en even van heel Italië: een vluchter die het peloton met klein verschil weet af te houden, altijd mooi!

Damiano Cima (uiterst rechts) blijft het peloton nipt voor – foto: Cor Vos


flag-fr Tour de France: openingsrit naar Brussel

Na vele interviews, vooruitblikken en reguliere nieuwsberichten was het zaterdag 6 juli eindelijk zover: de 106e Tour de France stond op het punt van beginnen. Net als een jaar eerder in de Vendée waren de sprinters de favoriet voor de eerste gele trui, ook al liepen de laatste honderden meters in Brussel nog flink omhoog. Dylan Groenewegen had weken, zo niet maanden toegeleefd naar de openingsetappe en bij ritwinst zou hij de eerste Nederlandse geletruidrager sinds Erik Breukink in 1989 worden. “Ik ga vol voor die gele trui. Een leiderstrui is mooi, maar de gele trui is historie.”

Groenewegen zou een mogelijke zege niet cadeau krijgen met ook snelle coureurs als Caleb Ewan, Elia Viviani en Peter Sagan aan het vertrek. Rond het middaguur werden de 176 renners op gang geschoten voor deze openingsetappe over bijna 200 kilometer. In de eerste koershelft was vooral de strijd om de bergtrui interessant. Greg Van Avermaet was een van de vluchters en stelde de trui veilig tijdens de passage van de Muur van Geraardsbergen. Nog voor halfkoers werden de aanvallers echter al ingelopen en ook een nieuwe ontsnapping van Fransman Stéphane Rossetto redde het niet.

Passage van de Muur van Geraardsbergen – foto: Cor Vos

Het venijn zat echter in de staart van de etappe. Toen de nervositeit toenam, kwam eerst Jakob Fuglsang hard ten val. De Deen liep meerdere verwondingen op, maar kon voortrijden. Bij het binnenrijden van Brussel werden de treintjes op de rails gezet, waarbij Jumbo-Visma lang wachtte met het brengen van kopman Groenewegen. Op anderhalve kilometer van de finish raakte de ploeg ingesloten, waarbij het speerpunt zelf tegen het asfalt smakte – en daarmee zijn gele droom uiteen zag spatten. Maar wie dacht dat daarmee de Nederlandse gele droom om zeep was, kwam bedrogen uit.

Terwijl Peter Sagan en Caleb Ewan de dagzege naar zich toe leken te trekken, kwam ineens een andere renner van Jumbo-Visma opzetten. Oorspronkelijk was Mike Teunissen de laatste man om Groenewegen naar het gewenste succes te loodsen, maar aan de eindstreep kwam de geboren Ysselsteyner bovendrijven. Op de finish hield hij Sagan af en werd zo tot zijn eigen verbazing zelf de verrassende opvolger van Breukink als geletruidrager! Zijn gele sprookje zou nog een etappe voortduren na winst in de ploegentijdrit. In de rit naar Épernay moest hij de trui afstaan aan Julian Alaphilippe.

Mike Teunissen (rechts) drukt als eerste zijn wiel over de finish – foto: Cor Vos


flag-fr Tour de France: ploegentijdrit in Brussel

Daags na de memorabele overwinning van Mike Teunissen stond in de Tour de France de ploegentijdrit op het programma. Op de route over ruim 27 kilometer van het koninklijk paleis in Brussel naar het indrukwekkende Atomium lagen enkele klimmetjes, waarop de ploegen moesten zorgen dat de schakels zoveel mogelijk intact bleven. Net als in de openingsrit met Dylan Groenewegen had Jumbo-Visma de favorietenrol. De jarenlange investeringen in deze discipline hadden immers al hun vruchten afgeworpen in onder andere de UAE Tour (winst) en Tirreno-Adriatico (tweede).

Euforie bij Team Jumbo-Visma aan de streep – foto: Cor Vos

Net als op de openingsdag wist het publiek de gang naar de route te vinden. Vooral in de eerste en laatste kilometers werd geen plaatsje onbenut gelaten om de treintjes van de achttien WorldTour-teams en vier ProContinentale formaties voorbij te zien razen. Nadat alle ploegen hun verkenningsronde hadden afgelegd, werden alle tellers op nul gezet en kon de strijd om het tweede dagsucces beginnen. Verrassenderwijs moest Team INEOS, de ploeg die de vorige vier jaar steeds de Tourwinnaar binnen de gelederen had, het spits afbijten als de nummer laatst in het ploegenklassement.

De Britse formatie met kopmannen Geraint Thomas en Egan Bernal legde meteen de lat hoog voor de concurrentie. Met een gemiddelde snelheid van 56,5 kilometer per uur draaiden ze het parcours door de Belgische hoofdstad af, goed voor een eindtijd van 29:18. Voor klassementsteams als AG2R La Mondiale, Movistar, UAE Emirates en Trek-Segafredo werd het een dag om snel te vergeten, want ze kregen bijna een minuut aan de broek. INEOS zag de teams stuk voor stuk tekort komen. Oók Deceuninck-Quick Step, dat slechts 82 honderdsten van een seconde moest prijsgeven.

Op het moment dat de blauwe brigade over de finish kwam, was een andere ploeg al begonnen te zagen van de stoelpoten van Thomas, Bernal en co. Als een geoliede machine veegde de gele TGV van leider Teunissen, Wout van Aert en Steven Kruijswijk aan de tussenpunten namelijk de ene toptijd na de andere van de tabellen, tot groot genoegen van de vele duizenden Nederlandse fans die de grens waren overgestoken. Met maar liefst twintig seconden werd INEOS verslagen en daarmee sloeg de ploeg een grote slag in het klassement, waarmee vooral kopman Kruijswijk enorm blij zou zijn.

Mike Teunissen wordt gehuldigd door Eddy Merckx – foto: Cor Vos


flag-fr Tour de France: rit 8 naar Saint-Étienne

De achtste etappe naar Saint-Étienne had een onvoorspelbaar karakter en daardoor beloofde deze trip door het Centraal Massief evenwel een mooie te worden. Het gebied staat niet bekend om zijn hoge bergtoppen, maar het ging constant op en af. Liefst zeven gecategoriseerde beklimmingen lagen er op de 200 kilometer tussen Mâcon en Saint-Étienne. Dat de ritwinst naar een vluchter zou gaan, stond wel vast. Maar tegelijkertijd waren er wel vijftig renners die de etappe op hun naam konden schrijven. Toch klonk in de voorgalm steeds de naam van rasaanvaller Thomas De Gendt door.

Verrassenderwijs glipten er maar vier renners mee in de vroege vlucht. Niki Terpstra zat mee, evenals Ben King, Mads Würtz Schmidt…én Thomas De Gendt. De geboren Sint-Niklazenaar had de afspraak niet gemist. Würtz kon het tempo niet bijbenen, moest lossen en werd in de kopgroep vervangen door Alessandro De Marchi. De vluchters reden een voorsprong van vijf minuten bij elkaar, maar BORA-hansgrohe en Deceuninck-Quick Step lieten hen niet verder wegrijden. Er waren duidelijk plannen met hun kopmannen Julian Alaphilippe, die al drie dagen de gele trui had gedragen, en Peter Sagan.

Thomas De Gendt op weg naar een prachtige ritzege – foto: Cor Vos

Op de vijfde beklimming van de dag, de Côte de la Croix de Part, lieten De Gendt en De Marchi Terpstra en King achter waarna zij op zoek gingen naar de ritzege. De voorsprong groeide daarna weer naar vier minuten. Dat terwijl er in het peloton hard werd doorgereden. Na de Côte d’Aveize, op vijftig kilometer van de finish de voorlaatste klim, reden er nog maar vijftig man in het peloton. In aanloop naar de Côte de la Jallière, de laatste klim, slonk de voorsprong van de twee koplopers snel, maar met nog twintig kilometer te gaan hadden zij nog altijd 1:20 voorsprong.

Vanaf dat moment zou de etappe tot de laatste kilometer spannend blijven. Eerst kwam de regerende Tourwinnaar Geraint Thomas ten val, maar zijn schuiver bleef zonder gevolgen. Vooraan voerde De Gendt een huzarenstukje op. Op de laatste klim liet hij zijn Italiaanse vluchtgenoot achter en kwam met dertig seconden voorsprong over de top. Achter hem was echter de bom gebarsten. Alaphilippe was weggesprongen om vijf bonificatieseconden op te rapen en toen hij omkeek zat alleen Thibaut Pinot in zijn wiel. Konden zij nog een gooi doen naar de etappezege?

De Gent behield in de laatste tien kilometer zijn voorsprong van een halve minuut op het groepje favorieten, maar zag Alaphilippe en Pinot snel naderen. De Fransen kwamen op tien seconden van de Lotto Soudal-renner, maar die wist stand te houden. In de straten van Saint-Étienne kon De Gendt zijn overwinning vervolgens uitgebreid vieren. Pinot werd een handvol seconden achter hem tweede, voor Alaphilippe. ‘Loulou’ heroverde wél de gele trui. Thomas De Gendt was echter de grote winnaar en kon zijn geluk niet op: “Als je wonderbenen hebt, valt alles op zijn plaats.”

Veel applaus voor Thomas De Gendt in Saint-Etienne – foto: Cor Vos


flag-fr Tour de France: rit 10 naar Albi

w
  a
    a
      i
        e
          r
           s

w
  a
    a
      i
        e
          r
           s

Waaiers, het is het toverwoord voor vrijwel iedere wielerliefhebber. Hierom worden buurtbarbecues stilgelegd, visites weggestuurd, verjaardagen afgezegd en strandbezoeken afgelast. Eenmaal thuis voor de buis is het vervolgens gespannen afwachten. Elke wapperende vlag wordt uitgebreid geanalyseerd, elke open vlakte nog eens via Google Earth bestudeerd. En áls uiteindelijk een ploeg zich voltallig vooraan het peloton formeert moet nog maar blijken of het daadwerkelijk op de kant gaat. Maar áls het gebeurt en het hele pak aan flarden wordt gescheurd…

Het peloton op een lint op weg naar Albi – foto: Cor Vos

Op papier was de tiende Touretappe van Saint-Flour naar Albi geen bijzondere. Omdat de moeilijkste passages al in de beginfase opdoken, was de verwachting dat de koers zou uitdraaien op een sprint. In de attractieve openingskilometers waren het Natnael Berhane, Odd Christian Eiking, Tony Gallopin, Mads Würtz Schmidt en Anthony Turgis die wegsprongen. Uiteindelijk maakte Michael Schär nog de oversteek. Het zestal vooraan kreeg niet heel veel voorsprong. Lotto Soudal, Jumbo-Visma en Deceuninck-Quick Step hielden de voorsprong rond de drie minuten.

Net na halfkoers nam plots de onrust toe in het peloton. De voorsprong van de koplopers halveerde, omdat ook de wind stevig waaide vanuit de rug en de zij. Met nog 65 kilometer te gaan werd het echt serieus toen Team INEOS het peloton op een lint trok en ook Jumbo-Visma zich van voren meldde. Een breuk achterin het peloton volgde, maar kort na deze nerveuze fase zorgde een klimmetje van derde categorie ervoor dat het tempo weer zakte. Even later probeerde EF Education First op de verrassing te spelen met de wind en andermaal brak het peloton.

Dat het geen sprintetappe zou worden, werd steeds duidelijker. Deceuninck-Quick Step en INEOS waren de volgende ploegen die er een snok aan gaven in de wind. Met nog 35 kilometer te gaan was het gele trui Julian Alaphilippe die tempo maakte, waardoor het peloton verder werd uitgedund. Onder meer Giulio Ciccone, Thibaut Pinot, Rigoberto Urán, Jakob Fuglsang, Richie Porte en Bauke Mollema werden verrast en moesten achtervolgen. Mikel Landa zat aanvankelijk goed mee maar kreeg op een cruciaal moment pech en werd weggeslagen. De kopgroep werd door al het geweld al vroeg ingerekend.

Wout van Aert is de sterkste van het stel – foto: Cor Vos

In het voorste peloton hielden INEOS, Deceuninck-Quick Step en BORA-hansgrohe het tempo hoog. Behalve een aantal klassementsrenners waren ook een paar snelle mannen nog van de partij, zoals Peter Sagan, Caleb Ewan, Elia Viviani, Michael Matthews, Jasper Philipsen én Wout van Aert. De drievoudige wereldkampioen veldrijden reed zijn eerste Tour de France en had al een belangrijke rol in de successen van de ploeg. In de oplopende straten van Albi begon hij zijn sprint vroeg en daarmee wist hij de rest te verrassen. Naast hem sprak het hoofd van Viviani boekdelen.

Aan de finish waren de verschillen aanzienlijk. Ver achter het voorste peloton kwam de groep-Pinot met ook Fuglsang, Urán en Porte op 1:39 over de finish. De groep met Landa en Ciccone volgde op 2:08. Daarachter verloor George Bennett bijna tien minuten. Julian Alaphilippe behield de gele trui. Door alle verschuivingen werden Geraint Thomas en Egan Bernal tweede en derde in het klassement. Steven Kruijswijk volgde op de vierde plaats. “Heb ik minuten gewonnen? Dat is lekker. Het zal bij de ploeg vanavond een feestje zijn.”

Wout van Aert is uitzinnig van vreugde na de finish – foto: Cor Vos


flag-es Vuelta a España: rit 17 naar Guadalajara

Nee, de Vuelta maakte geen tussentijds uitstapje naar de Mexicaanse miljoenenstad Guadalajara. In Castilië-La Mancha ligt namelijk de gelijknamige stad waarnáár het Mexicaanse Guadalajara vernoemd is. Genoeg over topografie. Of niet? Want de omgeving waar tijdens de zeventiende etappe gekoerst werd, wordt gekenmerkt door hoogte, glooiende wegen en open landschappen waar de wind vrij spel heeft. En dat bood weer mogelijkheden voor waaiers, waardoor het peloton zich kon opmaken voor een nerveuze rit. Omdat ook de slotfase nog omhoog liep, moest hier wel een sterke renner winnen.

Vanaf de start lag het tempo meteen hoog en dat had zo zijn consequenties, want de vooraf gevreesde waaiers werden bewaarheid. Een omvangrijke groep van ruim veertig renners maakte zich los van de rest, waarbij Nairo Quintana de best geklasseerde renner was op de zesde plaats op ruim zeven minuten van rode trui Primož Roglič. De voorste waaier liep steeds verder uit tot bijna zes minuten na 120 kilometer, waardoor het ook begon te tochten in Roglič’ truitje. Was Quintana hier een coup van jewelste aan het plegen op on-Quintanaiaans terrein?

Waaiers op weg naar Guadalajara! – foto: Cor Vos

Verrassend genoeg joeg juist zijn eigen ploeg Movistar in de laatste vijftig kilometer plots het tempo de hoogte in bij de achtervolgers. De Spaanse ploeg had met Alejandro Valverde nog een troef in handen voor het klassement en poogde zo de andere favorieten te isoleren. Daardoor werd het verschil wel teruggebracht tot onder de vijf minuten. De beslissende slag was echter geslagen en Quintana zou in het klassement oprukken van de zesde naar de tweede plek. Toen was alleen de etappewinnaar nog vacant.

Deceuninck-Quick Step was talrijk vertegenwoordigd in de voorste groep en schuwde het vuile werk niet. In de finale speelde de Belgische formatie de overtalsituatie slim uit door eerst Ždenek Štybar te laten aanvallen in de laatste twee kilometer. Met ook spurtbom Sam Bennett vooraan moest de koers immers zo hard mogelijk gemaakt worden. Wout Poels ging in de tegenaanval met Philippe Gilbert en Bennett in zijn wiel. De laatste kilometer liep smerig omhoog, waardoor de Ier al op 550 meter voor de finish zijn sprint inzette.

Daarbij blies hij zijn krachtbron op, waarna Gilbert bloed rook. De gelouterde coureur racete de leeg gereden Ierse sprinter voorbij en stelde zo zijn tweede dagsucces veilig. Eerder was hij namelijk ook al de beste in de twaalfde etappe met aankomst in Bilbao. De groep-Roglič kwam op bijna vijfenhalve minuut over de finish en de Sloveen zag Quintana tot op 2:24 naderen in het klassement. “Het is leuk om het zo goed te doen in wat je een ‘anti-Nairo’-rit kunt noemen, vlak en winderig”, zei de Colombiaan. “Als de benen moe worden, trappen we verder met ons hart.”

Philippe Gilberts tweede ritzege is een heel fraaie – foto: Cor Vos


flag-es Vuelta a España: rit 20 naar Plataforma de Gredos

Ieder wielerseizoen heeft wel zo zijn revelaties, maar dat Tadej Pogačar voortaan alleen met fluwelen handschoentjes mag worden aangeraakt bewees hij wel in de Vuelta a España. De Sloveen kon al genoeg adelsbrieven overleggen toen hij als twintigjarige in januari aan zijn profavontuur begon bij UAE Emirates. Winnen op het hoogste niveau deed hij kort daarna: met de Volta ao Algarve schreef hij niet de eerste de beste rittenkoers op zijn naam. Hij bleef almaar indruk maken, maar kon hij zich ook laten zien in zijn eerste grote ronde, La Vuelta – een wedstrijd over drie weken?

Een valpartij in de openingsploegentijdrit gooide nog roet in het eten, maar daarna nam Pogačar alle twijfels spoedig weg. Eerst won hij de korte Andorra-etappe naar Cortals d’Encamp, een eerder heroïsche dan mooie rit, om daarna nog eens toe te slaan op Los Machucos. De Sloveen flirtte lange tijd met het podium, maar door de tussenkomst van Nairo Quintana in de waaierrit naar Guadalajara en een slechte dag in de Sierra de Guadarrama zakte hij af naar de vijfde plaats in het klassement. “De rit naar Plataforma de Gredos wordt beslissend”, voorspelde hij.

Op weg naar de finish bij het Plataforma de Gredos lagen liefst zes beklimmingen door de bergketen Sierra de Gredos. Het was nergens echt steil, maar het ging wel constant op en af. Pogačars landgenoot Primož Roglič stond inmiddels 2:50 los van Alejandro Valverde, de nummer twee in het klassement, maar daarachter was het dringen geblazen. Nairo Quintana, Miguel Ángel López en Pogačar volgden namelijk binnen twee minuten, waardoor de overige podiumplekken nog allerminst verdeeld waren.

Jumbo-Visma omringt kopman én rodetruidrager Primož Roglič – foto: Cor Vos

Vroeg in de etappe wist een vroege ontsnapping met twaalf renners zich los te maken van het peloton, maar al in de eerste 35 kilometer, op de eerste klim van de dag, werd de koerssituatie in de war geschopt door Astana. De Kazachse ploeg schudde flink de lakens op, waardoor veel renners losten uit het peloton. Uiteindelijk herstelde Jumbo-Visma de orde en konden vijf vluchters uitlopen: Sergio Samitier, Ruben Guerreiro, Nicolas Edet, Damien Howson en ook Tao Geoghegan Hart. In aanloop naar de voorlaatste klim was hun voorsprong opgelopen naar vier minuten.

Astana bleef in de tussentijd maar werken en op de Puerto de Peña Negra opende López de aanval. Quintana, Valverde, Pogačar en Roglič sprongen echter meteen op zijn wiel. Ook bij een tweede poging had de Colombiaan geen succes en zo viel het weer stil, waardoor andere renners weer konden aansluiten. Pogačar maakte dankbaar gebruik van deze situatie en demarreerde. Binnen een kilometer wist de Sloveen een halve minuut voorsprong bij elkaar te rijden en de vroege vlucht bij te halen. In de kilometers daarna breidde hij zijn voorsprong almaar verder uit.

Op de slotklim naar Plataforma de Gredos viel Pogačar niet meer stil en stelde zo zijn derde etappezege veilig. En belangrijker nog: hij wipte over Quintana en López naar de derde plaats in het klassement. Hoewel hij ook met de vijfde plaats in zijn eerste grote ronde én twee etappezeges meer dan tevreden had kunnen zijn, koos hij opnieuw de aanval om zich zo te verzekeren van zijn derde dagsucces, het podium en de witte jongerentrui. “Ik kan het nog niet geloven wat er is gebeurd. Ik heb een paar dagen nodig om te begrijpen wat ik allemaal heb uitgericht.”

Tadej Pogačar kan het zelf niet geloven – foto: Cor Vos


RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.