Nicky Degrendele is de enige Belgische pisterenner tijdens de Wereldbeker van Brisbane, Australië. De West-Vlaamse rijdt zaterdag de sprint en komt zondag op de Keirin in actie. Op dat tweede onderdeel hoopt ze komende wedstrijden punten te pakken voor de Olympische Spelen, want van plaatsing is de wereldkampioene van 2018 nog allerminst zeker.

Degrendele moet op de olympische ranking momenteel nog enkele plekken opschuiven om in aanmerking te komen voor een ticket voor Tokio. Ze krijgt daarvoor de gelegenheid in Brisbane, maar ook in de wereldbekerwedstrijd van Milton en het WK baan in Berlijn. Door daar te scoren hoopt de West-Vlaamse haar startbewijs, waarmee ze op woensdag 5 augustus 2020 aan de olympische Keirin mag beginnen, veilig te stellen. “Als ik in alle drie die wedstrijden de finale haal, denk ik wel dat ik er bij zal zijn. Al besef ik dat het gemakkelijker klinkt dan het is”, zegt ze in Het Nieuwsblad.

De olympische startbewijzen worden verdeeld aan de hand van de Olympic Track Rankings. De acht landen die zich voor de teamsprint kwalificeren, mogen allen twee rensters inzetten op de Keirin. Doordat België enkel Nicky Degrendele als internationale sprintster aan boord heeft, valt die mogelijkheid af. De West-Vlaamse moet nu dus voldoende punten behalen om België bij de beste zeven landen te duwen op de Keirin Olympic Ranking om naar Tokio te mogen afreizen. Terwijl andere landen met meer rensters punten kunnen pakken, moet Degrendele het als enkeling zien te rooien.

Valpartij
Vooralsnog verloopt haar seizoen niet voorspoedig sinds haar verdienstelijke vijfde plaats op het EK baan: in de vier eerste Wereldbekers bleef ze op haar discipline steeds steken in de eerste ronde. “In oktober 2018 ben ik zwaar gevallen op de wedstrijd in Parijs. Dat was niet ideaal voor mijn start van 2019”, zegt ze. “Op het EK werd ik toch nog vijfde. Ik heb ook een mooi WK gereden, maar door die discutabele diskwalificatie bleef ik achter zonder resultaat. Ik merk ook dat het internationale niveau in de Keirin het afgelopen jaar enorm is gestegen.”

Degrendele weerspreekt de geluiden dat het UCI World Cycling Centre in Zwitserland, waar ze traint, misschien niet de juiste omgeving is voor haar. “Ik heb het voorbije jaar hard getraind en geleefd voor mijn sport. Keirin is een zware discipline. Het is keihard werken en dat ga ik ook doen tijdens de komende feestdagen. Ik besef echt wel dat er nog veel werk aan de winkel is. Of ik mij nu wel of niet kan kwalificeren voor de Spelen: ik zal achteraf kunnen zeggen dat ik er alles voor gedaan heb.”