Materiaalzone 
Fietstoerisme 
Parijs 2024: Voorbeschouwing tijdrit Olympische Spelen voor mannen – Twee grote concurrenten voor Evenepoel
Vergeet het geel. Nu de Tour de France voorbij is, begeert men in de wielerwereld een andere kleur: goud. Deze zaterdag beginnen voor de wegwielrenners namelijk de Olympische Spelen. We trappen af met de individuele tijdritten. Bij de mannen zijn in die discipline meerdere titelkandidaten. WielerFlits blikt vooruit!
Historie
Laatste winnaars Olympic Games Tokyo TT
Laatste editie
Parcours
Zaterdag 27 juli, olympische tijdrit: Parijs – Parijs (32,4 km)
De route van de individuele tijdrit lijkt vooral geschikt voor de grote motoren. Het parcours is met slechts 150 hoogtemeters vlak en bevat veel rechte stukken. We tellen (naast enkele rotondes) tien à twaalf haakse bochten, wat neerkomt op ongeveer één bocht per drie kilometer. Het parcours is in totaal namelijk 32,4 kilometer lang. Onderweg worden twee keer de tussentijden gemeten, beide keren bij het Château de Vincennes. Het eerste meetpunt is na 13,4 kilometer, het tweede na 22,3 kilometer.
De start van tijdrit is in het Esplanade des Invalide, een uitgestrekt open parkgebied in het 7e arrondissement van Parijs. Vervolgens is het 4,5 kilometer tout droit naar de Place de la Bastille, waarna via de Avenue Daumesil en Rue de Charenton koers wordt gezet naar het Vélodrome Jacques Anquetil. Deze wielerbaan, die voorheen het Vélodrome de Vincennes heette, werd gebruikt tijdens de Olympische Spelen van 1900 en 1924. Ook eindigde de Tour de France er tussen 1968 en 1974, voordat men de finish verplaatste naar de Champs-Élysées.
Na de passage langs het Vélodrome Jacques Anquetil, gelegen in het Bois de Vincennes, komen de coureurs al een eerste keer bij het Château de Vincennes. Er wordt vervolgens een rondje van een kleine negen kilometer gemaakt. Het eerste deel daarvan gaat op lange banen door het park, het laatste deel omhelst een wat technischer stuk door een stadswijk. Zo komen de coureurs aan bij het tweede tussenpunt.
Daarna zijn de meeste bochten wel achter de rug: het gaat vanaf nu vooral rechtdoor terug naar de finish. In de laatste 4,5 kilometer wordt de beginfase in tegenovergestelde richting gereden. Zo bereikt men de Pont Alexandre-III, een brug vol ornamenten. Hier zit de lijdensweg van de renners erop.
Start (eerste renner): 16.30 uur
Finish (laatste renner): tussen 18.35 en 18.45 uur
Favorieten
Een topfavoriet aanwijzen voor deze olympische tijdrit is niet simpel. Dat is goed nieuws voor de wielerfans, want het betekent dat we waarschijnlijk een enorm spannende strijd kunnen zien. De kans bestaat wel dat drie renners een stukje boven de rest van het veld uit zullen steken.
De eerste van die drie renners is Remco Evenepoel. De Belg reed dit jaar vier tijdritten en won er daarvan drie. Dat deed hij niet tegen ‘Janneke en Mieke’. Joshua Tarling, Stefan Küng, Filippo Ganna, Wout van Aert, Primož Roglič en zelfs Tadej Pogačar kregen allen een of meerdere keren klop van de Aerokogel van Schepdaal.
Een kanttekening is dat Evenepoel slechts vijf dagen rust heeft tussen het einde van de Tour de France en de tijdrit in Parijs. Is dat genoeg om goed te herstellen? Het kan, maar ideaal is het niet. Er zal ongetwijfeld nog wat vermoeidheid in zijn benen zitten, als hij het startpodium afrolt in Parijs. Anderzijds heeft Evenepoel wel het voordeel dat hij zonder al teveel druk rond kan rijden. Met een podiumplaats in zijn eerste Ronde van Frankrijk is zijn zomer immers al geslaagd.
Evenepoel won de eerste tijdrit in de Tour – foto: Cor Vos
Voor Filippo Ganna – de tweede grote favoriet – zal het meer van moeten zijn. De Italiaan heeft de Tour bewust overslagen om zich optimaal voor te bereiden op de Spelen. Hij krijgt ook nog medaillekansen op de baan, maar zal in de individuele tijdrit op de weg meteen willen scoren. Aan het parcours zal het niet liggen. De vlakke route met veel lange, rechte wegen is op papier op zijn maat. Op dit punt heeft hij een klein streepje voor op Evenepoel, die liever wat meer reliëf zou hebben gezien.
Maar kijken we naar de tijdrituitslagen van 2024, dan is Ganna juist in het nadeel. De krachtpatser versloeg Pogačar weliswaar in de tweede tijdrit van de Giro en kroonde zich nadien ook tot Italiaans kampioen tegen de klok, maar hij incasseerde dit jaar ook al enkele nederlagen. Zo moest hij in de openingstijdrit van Tirreno-Adriatico zijn meerdere erkennen in Juan Ayuso. En in chronoproef van de Volta ao Algarve werd hij slechts zesde op 47 seconden van winnaar… Remco Evenepoel. Laatstgenoemde was Ganna vorig jaar ook de baas op het WK tijdrijden in Glasgow. Al was het verschil toen slechts twaalf seconden, op een lastiger parcours dan in Parijs.
Filippo Ganna in de Giro d’Italia – foto: Cor Vos
Op datzelfde WK in Glasgow verraste Joshua Tarling met een derde plaats. De toen pas 19-jarige Brit was samen met Ganna de enige die binnen de minuut van Evenepoel wist te blijven. Anderhalve maand later verwees hij Stefan Bissegger en Wout van Aert naar de plaatsen twee en drie op het EK tijdrijden in Emmen. En helemaal aan het einde van het seizoen, in de Chrono des Nations, hield hij wereldkampioen Evenepoel van de overwinning. Tarling was zo een van de revelaties van 2023.
In 2024 reed Tarling nog relatief weinig tijdritten. Maar waar hij reed, speelde hij mee voor de zege. Hij werd onder meer tweede in de door Evenepoel gewonnen tijdrit van het Critérium du Dauphiné en prolongeerde met overtuiging zijn Britse titel tegen het uurwerk. De afgelopen weken kwam de Grenadier niet meer in actie, maar reken er maar op dat de vorm in orde zal zijn. Want ook al zal de 20-jarige Tarling nog aan tal van Olympische Spelen deel kunnen nemen, op het vlakke parcours in Parijs krijgt hij een gouden kans op eremetaal. Die zal hij niet aan zich voorbij willen laten gaan.
Europees kampioen Joshua Tarling in de Dauphiné – foto: Cor Vos
Ook Stefan Küng zal niks liever willen dan een olympische medaille. Zeker na de teleurstelling van Tokyo, toen hij enkele honderdsten van een seconde tekort kwam voor brons. Of de Zwitser klaar is om revanche te nemen, is afwachten. Küng reed de Tour, maar in de eerste tijdrit kreeg hij af te rekenen met materiaalpech. De afsluitende tijdrit naar Nice betwistte hij niet meer, want enkele dagen eerder was hij afgestapt. Zijn ploeg Groupama-FDJ gaf geen reden voor de opgave, maar het lijkt erop dat Küng wat extra rust wilde inbouwen richting de Spelen. Levert dit hem de frisse benen op die hij nodig heeft?
Wout van Aert reed de Ronde van Frankrijk wel uit. De renner van Visma | Lease a Bike behaalde vijf top-vijfklasseringen, maar was niet op hetzelfde niveau als de voorbije jaren. Logisch, na zijn harde crash in Dwars door Vlaanderen. Nu hij de Tour in de benen heeft, is het echter wel tijd om weer een stap te maken. Het zal ook nodig zijn om een topuitslag te noteren in de olympische tijdrit. Want in de eerste tijdrit van de Tour kwam Van Aert niet verder dan een 24ste plaats. Teleurstellend, ook voor hemzelf.
Een jaar geleden eindigde Van Aert als vijfde op het WK tijdrijden. Dat was één plekje achter Brandon McNulty, die na zijn vierde plaats in Glasgow een groot doel stelde voor 2024: de olympische tijdrit in Parijs. De Amerikaan heeft meer aandacht besteed aan zijn tijdrit en dat werpt zijn vruchten af. Hij won dit jaar al het nationaal tijdritkampioenschap, de chronoproef in de UAE Tour en die van de Ronde van Romandië. In die laatste ronde had hij wel het geluk dat hij in droge omstandigheden reed, in tegenstelling tot veel van zijn concurrenten. Maar je moet het toch nog altijd maar even doen.
Brandon McNulty werd ook in 2023 al Amerikaans tijdritkampioen – foto: Cor Vos
McNulty is niet de enige renner bij UAE Emirates die dit jaar een stap heeft gemaakt in het tijdrijden. Het hele team rijdt goed tegen de klok, wat erop lijkt te wijzen dat de tijdritset-up is verbeterd. Goed nieuws voor de specialist Mikkel Bjerg. De Deen werd bij de beloften drie keer op rij wereldkampioen tijdrijden, maar zulke tijdritsuccessen zijn bij de profs voorlopig uitgebleven. Wel finishte hij vooral jaar op zowel het WK (negende) als EK (vierde) in de top-tien. Dit jaar was – op tijdritvlak – een derde plaats in de tijdrit van de UAE Tour Bjergs hoogtepunt.
Magnus Sheffield kwam dit seizoen al dichter bij tijdritwinst. De 22-jarige Amerikaan was vroeg in het seizoen bijvoorbeeld al tweede in de tijdrit van de Volta ao Algarve, achter Remco Evenepoel. Uit zijn reactie na afloop bleek veel zelfvertrouwen. Hij was teleurgesteld en zei: “De volgende keer ga ik proberen om hem (Evenepoel, red.) te kloppen.” Nou, in Parijs mag hij het laten zien. Met een tweede plaats in de tijdrit van de Ronde van Romandië en een derde plek in de eerste tijdrit van de Giro d’Italia bewees hij al dat zijn uitspraak meer was dan louter branie.
Magnus Sheffield in de Giro d’Italia – foto: Cor Vos
In aanloop naar de Spelen zal Stefan Bissegger waarschijnlijk niet al te hoog van de toren geblazen. De Zwitser heeft nog geen toptijdritten afgeleverd in 2024 en verloor onlangs zijn nationale tijdrittitel in een rechtstreeks duel aan Küng. Toch moeten we Bissegger niet bij voorbaat afschrijven, zeker niet op een parcours als dit. Het is een typische kampioenschapsrenner die soms boven zichzelf uit kan stijgen. Niet voor niets won hij in 2022 het Europees kampioenschap tegen de klok en was hij een jaar later tweede op dat kampioenschap.
Toen Bissegger zijn Europese titel veroverde, werd de destijds nog maar 21-jarige Kévin Vauquelin knap zevende. De veelzijdige Fransman zou in de jaren daarna veel top-tienklasseringen noteren in tijdritten, maar toch was het een kleine verrassing, toen hij in de voorbije Tour de France als zesde eindigde in de eerste chronoproef. Naar het einde van de Tour leek de 23-jarige renner van Arkéa-B&B Hotels wel wat te verzwakken, dus het is afwachten of hij zich ook op de Olympische Spelen met de besten kan gaan meten.
Stefan Bissegger (toen nog in de Zwitserse kampioenstrui) in de Volta ao Algarve – foto: Cor Vos
Tot slot, noemen we ook nog Luke Plapp en Tobias Foss. Plapp werd respectievelijk vijfde en zevende in de tijdritten van de Giro d’Italia, terwijl Foss zich in 2022 tot wereldkampioen tijdrijden kroonde. De regerend olympisch kampioen tijdrijden is er niet bij in Parijs. Primoz Roglic, die drie jaar geleden goud veroverde in Tokyo, komt niet in actie deze Spelen. Hetzelfde geldt voor Tadej Pogacar. Zo is het aan Jan Tratnik om de Sloveense tijdriteer te verdedigen.
Favorieten volgens WielerFlits
**** Filippo Ganna
*** Remco Evenepoel, Joshua Tarling
** Stefan Küng, Wout van Aert, Brandon McNulty
* Magnus Sheffield, Mikkel Bjerg, Kévin Vauquelin, Stefan Bissegger
Website organisatie
Deelnemerslijst (CyclingFlash)
Weer en TV
Het is niet zeker dat de renners het zaterdag droog zullen houden. De kans op neerslag is 55% en ’s avonds lijkt die kans zelfs iets groter. Het zal echter zeker niet met bakken uit de lucht komen en met een maximum temperatuur van 25 graden is het ook zeker niet koud. Bovendien zal de zon geregeld door de bewolking komen. De wind (2 Beaufort) komt uit het noordnoordwesten.
De tijdrit is zaterdag te volgen op verschillende zenders. Vanaf 16.30 is de wedstrijd te volgen bij de NOS (NPO1), Sporza (VRT1) en Eurosport 1. Online zijn er vanaf dat tijdstip ook beelden bij HBO Max en Discovery+. Bekijk alle tv-zenders en uitzendtijden in onze tv-gids Wielrennen op TV.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.