De sprinters hebben de twaalfde etappe van de Tour de France met rood omcirkeld in het routeboek, maar krijgen we wel een sprint in Villeneuve-sur-Lot? De aanvallers willen hier ongetwijfeld een stokje voor steken. Jasper Philipsen hoopt alleszins op een sprintclash.

Een must have voor alle wielerfans! Met de Black Friday deal van RIDE Magazine haal je het ideale cadeautje voor de feestdagen in huis. Voor slechts € 13,95 ontvang je de najaars- en de winter-editie in jouw brievenbus. Dat betekent meer dan 300 pagina’s aan schitterende wielerverhalen. Wacht niet te lang, want OP=OP. Bestel nu jouw magazines en verzeker je van uren leesplezier.

Maar de rappe man van Alpecin-Deceuninck voelt nog wel de vermoeidheid van de loodzware elfde etappe door het Centraal Massief. “Maar ik denk dat dat voor de meeste renners geldt”, zei hij voor de start tegen Het Nieuwsblad. “Zeker de sprinters hebben het gisteren niet makkelijk gehad. Ik had geen al te best gevoel gisteren.”

“Ik denk dat we met de helft van de ploeg een offday hadden, maar beter een offday op een dag zoals gisteren dan vandaag. Vandaag is opnieuw een belangrijke dag voor ons, hopelijk met frisse benen.”

Zoek de renners van Alpecin-Deceuninck vandaag niet in de aanval: de Belgische formatie mikt vol op een nieuwe sprintzege met de Vlam van Ham. “We wisten dat de meeste sprintkansen in het begin van de Tour lagen, die zijn al gepasseerd. We moeten het doen met de kansen die ons nog resten en vandaag is daar een van”, is Philipsen tot op het bot gemotiveerd.

• 

  11 jul

  Lees ook Tour 2024: Voorbeschouwing etappe 12 naar Villeneuve-sur-Lot - Sprinters moeten er voor werken

  11 jul

“Er zijn nog drie kansen en die gaan we proberen te benutten”
“We kwamen naar de Tour om minstens een overwinning te pakken en dat is gelukt. Dat kunnen we afvinken. Maar natuurlijk zijn we hongerig voor meer. Er zijn nog drie kansen en die gaan we proberen te benutten. Gisteren was een zware dag en het weekend zal zwaar worden, dus misschien zijn er wel enkele jongens die geloven in vlucht. Het is aan de sprintersploegen om dat te proberen vermijden.”