foto: © Etixx – Quick-Step / Tim de Waele

De Ronde van Qatar bleef tot op de slotdag spannend. Alexander Kristoff probeerde Niki Terpstra nog uit de leiderstrui te rijden, maar slaagde daar niet in. De dagzege ging naar de Ier Bennett.

Niki Terpstra
Terpstra wist voor het tweede jaar op rij de eindzege op zijn naam te schrijven. “Ik kwam hier om mijn titel te verdedigen, of in ieder geval een goede klassering te behalen. De tijdrit ging zo goed dat ik aan de leiding kwam. De ploeg heeft vervolgens de rest van de wedstrijd op een geweldige manier mijn leiderstrui verdedigd,” kijkt hij terug op de site van zijn ploeg Etixx-Quick Step. “Voor de start was ik een beetje nerveus omdat Kristoff mij door de bonus seconden nog kon passeren. De jongens hebben Katusha hard laten werken, zodat ze op het einde moe waren en Kristoff de tien bonificatieseconden aan de finish niet kon behalen,” aldus Terpstra.

Zijn zege betekent opnieuw succes voor de ploeg van Patrick Lefevere . Zijn team wist al acht keer te winnen in Qatar. “Het is mijn tweede zege hier,” aldus Terpstra. “Het is een beetje traditie voor de ploeg om hier te winnen. We hebben dit jaar zelfs het ploegenklassement gewonnen. We komen met grote, sterke renners die goed met de wind om kunnen gaan. Dat laten we elk jaar zien.”

Alexander Kristoff
De Noor Kristoff dacht op de slotdag nog aan de eindoverwinning. Hij mengde zich nadrukkelijk in de tussenspurts met als doel zijn achterstand van elf seconden goed te maken. Uiteindelijk kwam hij energie tekort. “Op voorhand stond iedereen erg dicht bij elkaar, dus het was duidelijk dat we iets moesten proberen,”aldus Kristoff. “We waren erg gemotiveerd om onderweg bij de tussenspurts seconden te verdienen, maar dat heeft veel energie gekost. Op het einde ontbrak de kracht om mij in een goede positie af te zetten. We hebben gevochten tot de laatste meters. Ik kan niet klagen, want het was een geweldige week. Met drie overwinningen is dit mijn beste seizoenstart ooit. Nu pakken we wat rust met het oog op de Ronde van Oman.”

Sam Bennett
Sam Bennett won de slotrit. Hij behaalde de eerste overwinning van het seizoen voor zijn ploeg Bora-Argon 18. “Ik denk dat dit de grootste overwinning uit mijn carrière is,” reageert de Ierse sprinter. “Er zijn hier een hoop renners die ook de Tour gaan rijden. Het is hier echt competitief,” geeft hij aan. “De finale verliep voor hem perfect. Het was hectisch, maar mijn ploeggenoten hebben mij na de laatste bocht in een goede positie afgezet. Ik zat in het juiste wiel. De renner van Astana (Guardini) ging vroeg aan. Dat was voor mij perfect omdat ik mijn moment uit kon kiezen,” kijkt hij terug.

Maciej Bodnar
De Pool Maciej Bodnar moest genoegen nemen met een tweede plek in het eindklassement. Hij berust in het resultaat en kijkt vooruit naar later in het jaar. “Het was een goede week,” kijkt hij terug op de ploegsite. “We hebben niet gewonnen, maar we hebben laten zien dat we een sterke ploeg hebben. We hadden vandaag wellicht iets kunnen doen, maar we hebben niet van de gelegenheid gebruik gemaakt toen we de kans hebben. Zo is het nu eenmaal, maar ik geloof erin dat we later in het seizoen belangrijke wedstrijden kunnen winnen.”

Peter Sagan
Peter Sagan werd zesde in het eindklassement en legde bovendien beslag op de jongerentrui. “Het was mijn eerste wedstrijd voor Tinkoff-Saxo. Ik ben blij hoe de wedstrijd verlopen is, behalve mijn val in de eerste rit. Het is een goede start van het seizoen voor mij en mijn ploeg. We zijn blij met het resultaat van Bodnar. Ik denk dat we zelfs het eindklassement hadden kunnen winnen. Het is onze fout dat we niet doorgepakt hebebn in de slotkilometer van de etappe van gisteren. Maar er komen nog een paar belangrijke wedstrijden aan. Ik zie dit als een goede start.”

Giant-Alpecin
Giant-Alpecin verlaat de rittenkoers met lege handen. “Het plan vandaag was om volledig voor Marcel te gaan,” vertelt ploegleider Marc Reef op de site van de ploeg. “Het verliep allemaal volgens plan. Tot de slotronde. Daar verloren we het wiel een paar keer en daarna was het over,” kijkt hij terug. “We wisten vooraf dat het alles of niets zou zijn. Helaas is het niets geworden.” Ziekte bij Kittel zorgde er mede voor dat de ploeg niet optimaal kon presteren. “Eerst dachten we dat Marcel wel zou herstellen. Maar vanaf de eerste dag is er heel hard gereden. Daarom moesten we ons plan bijstellen. Op sommige momenten waren we misschien niet scherp genoeg, maar we zijn in de wedstrijd gegroeid. Toen plan A niet werkte, hebben we Nikias een kans gegeven. We kunnen er trots op zijn dat hij twee keer derde is geworden.”