Verhindert nieuwe aankomst in Nokere Koerse eindelijk de valpartijen? Dit denken de renners
Interview Nokere Koerse is dit seizoen grondig hertekend. Met name de iconische aankomst op Nokereberg ging op de schop, nadat een tal van renners in aanloop naar de sprint vrijwel ieder jaar tegen de vlakte gingen. Die beslissing wordt positief onthaald in het peloton, zelfs bij de renners die er de afgelopen jaren goed presteerden. Wij bespreken de wijzigingen met ervaringsdeskundigen Cees Bol (XDS Astana), Milan Menten (Lotto) en Piet Allegaert (Cofidis).
Het was halverwege december dat de organisatoren van de 1.Pro-semiklassieker, naar eigen zeggen met gemengde gevoelens, aankondigden dat hét pronkstuk van hun wedstrijd voortaan niet meer als aankomst zou fungeren. Een drastische beslissing, gezien de finish al sinds 1944 op de kasseihelling te vinden was. Maar wel een noodzakelijke, voor de veiligheid en na het consulteren van de renners en ploegen.
“Het is prijzenswaardig dat ze zoiets zelf initiëren”, vindt Bol, die de wedstrijd in 2019 won op de ‘gevaarlijke’ oude finish. “Dat is in de spiegel durven kijken, bij zichzelf beginnen om de koers een stukje veilig te maken. Daar heb ik veel respect voor. Het zal geen gemakkelijke beslissing zijn geweest, omdat Nokereberg veel historie heeft.”
“Maar het getuigt wel van zelfvertrouwen bij het comité: we hebben ieder jaar een mooie koers en deelnemersveld. Ook op een vergelijkbare aankomst zal het een mooie koers zijn”, wenst de ex-laureaat. “Ik hoop dat meerdere organisatoren daar een voorbeeld aan nemen en veiligheid echt voorop zetten. Geen andere zaken behalve dat, verdienen de hoogste prioriteit.”
Pijnpunten
Milan Menten reed de laatste vier edities mee, waarvan hij het best presteerde met een derde plaats in 2023. Hij zag de wedstrijd de afgelopen jaren al veranderen. “De eerste keer toen ik meereed, kwamen we rechtstreeks van een grote baan in de afdaling richting Nokereberg met het hele peloton. Toen was de stress nog vele malen groter. Sinds vorig jaar was het parcours al aangepast, met enkele kleine banen voor de afzink. Dat was al beter, maar nog niet genoeg. De valpartijen zaten er ieder jaar toch aan te komen.”

Bol was de beste op Nokereberg in 2019 – foto: Cor Vos
Dat zag ook Allegaert in die laatste vier sprints. “Niet de kasseiklim zelf was gevaarlijk, wel de aanloop via de afdaling daarvoor. Je moest bovenin al goed vooraan zitten, als je mee wilde doen voor de prijzen. En op een bepaald moment ging de weg van twee rijvakken naar één. In de afdaling lagen een paar linke bochten en dan had je nog de gleuf tussen de betonplaten in het midden van de weg. Dat zorgde voor een zeer gevaarlijke cocktail van risico’s. Iedereen wilde natuurlijk voorin zitten en dan moet je mee.”
Bol: “En dan met name die chicane vlak voor Nokereberg was heel stressvol. Het verschil in snelheid zorgde voor een heel atypische situatie. Op 500 meter van de finish reed je veel sneller dan in de laatste 200 meter. Dat wist iedereen en die situatie zorgde voor een soort file-effect, zoals op de snelweg. Niemand wil in de remmen gaan, want dan verlies je snelheid. En op die manier ging het te vaak fout. Heel zelden bij de eerste vijf. Pas als je iets verder zat, rond positie twintig, was je vaak de pineut. Helemaal voorin zat je wel safe.”
Nog altijd lastig
De organisatie kiest vanaf dit jaar voor een gloednieuwe finish op de Waregemsestraat, dat is de plaats waar de renners vroeger links opdraaiden na de beklimming van Nokereberg. Men komt daar nu in omgekeerde richting toe, voor een oplopende kilometer aan 4 procent. De laatste bocht wacht op meer dan twee kilometer van de aankomst. “Het is niet dat ik echt volledig tegen de vorige finish was, maar qua veiligheid valt hier niets op af te dingen. De snelheid ligt veel lager dan voorheen het geval was”, stipt Allegaert aan.
Menten: “Deze aankomst is vooral veel lastiger. Vroeger kwam je gelanceerd aan 75 kilometer per uur aan voor Nokereberg en was het twintig seconden sprinten. Ik heb daar nooit zotte waardes geduwd, omdat je moest blijven zitten. Tim Merlier deed daar toch altijd hetzelfde door zich al voor de kasseien te lanceren, dan was de sprint al gereden. De zwaardere renners waren ook vaak in het voordeel. Dat is nu omgekeerd. Het gaat anderhalve minuut echt lastig zijn en zonder kasseien, wat het iets voor lichtere types maakt. Alleen heb je ook hier een spleet tussen de betonplaten. Daar heb ik het niet op. Hopelijk hebben ze die gevuld.”

Aan Merlier was de voorbije jaren niets te doen – foto: Cor Vos
Bol: “Fysiek blijft het een mooie inspanning met de weerstand die naar je toekomst. Dat is altijd het leuke en unieke van een sprint bergop, wat maakt dat je in de laatste meters nog behoorlijk kunt stilvallen. Veel meer dan voorheen het geval was. Je zal die snelheid niet zomaar kunnen meenemen.”
Leuker koersverloop?
Verliest de wedstrijd nu niet aan eigenheid? “Dat is onvermijdelijk”, vindt Menten. “Het was toch altijd best mooi op de kasseien. Dat had iets. Het was een speciale aankomst, zoals je ze niet vaak ziet op een seizoen. Maar belangrijk: het is niet ‘zomaar’ een andere weg die ze nu nemen. Het is nog steeds een mooie en lastige sprint.” Allegaert: “Ik denk dat de mensen die komen kijken zelfs blij gaan zijn. In de nieuwe aankomstzone, kunnen ze meer fans kwijt. Het was meestal daar dat de grote VIP-tenten stonden.”
Bol verwacht daarnaast ook een leukere koers. “Deze wedstrijd gaat er op vooruit. Ik ben benieuwd wat het doet met het koersverloop. Op papier ziet het eruit als een best wel zware slotkilometer, maar eigenlijk weet je het pas nadat de eerste editie verreden is. Dat is wel spannend, voor iedereen. En daarom kan je misschien wel vreemde dingen zien in de tactieken bij de grote ploegen”, denkt Bol.
Menten beaamt: “In Nokere wordt altijd attractief gekoerst op de kasseistroken, maar nu denk ik dat veel renners met minder zelfvertrouwen gaan rondrijden. Dan denk ik vooral aan de pure sprinters zoals Gerben Thijssen. Misschien dat de ploegen van de snelle mannen daarom minder gaan controleren en meer pionnen meesturen in de aanval. Het zal in ieder geval niet zo zijn als in de GP Monseré dat ze automatisch op kop gaan rijden, behalve misschien Alpecin-Deceuninck voor hun topfavoriet, Jasper Philipsen.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.