Ridley-CEO wil offroad-wereld bekampen: “Geen enkele ploeg kon antwoord bieden op onze vraag”
Interview De gloednieuwe Ridley Racing Team rondom Joris Nieuwenhuis was een ideetje van Ridley-baas en oprichter Jochim Aerts zelf. De Kempenaar weet heel goed wat hij wil en ging daarom nog voor hij überhaupt een ploeg had, met de Nederlandse kampioen veldrijden rond de tafel zitten. Dat project is intussen uitgegroeid tot een ploeg van drie mannen en één vrouwelijke belofte, maar de ambities in alle offroad-disciplines reiken ver, zo vertelt Aerts in gesprek met WielerFlits.
Je zou kunnen zeggen: de crossers van Pauwels Sauzen-Bingoal rijden al op een Ridley, Uno-X Mobility en Flanders-Baloise op de weg ook. Waarom dan toch een eigen ploeg oprichten?
“Als je teruggaat naar onze sponsoring van teams, dan zie je dat het iets is wat we al doen sinds het prille begin. We hadden amper drie fietsen verkocht en we waren al een team aan het sponsoren. Eerst met Spar, vervolgens Palmans-Colstrop en daarna zijn we heel snel in de teams van Hans Van Kasteren gestapt; Spaarselect en later Fidea.”
“Maar naar gelang je langer sponsor bent, krijg je andere noden en andere verwachtingen. De wereld is heel erg veranderd tegenover 25 jaar terug, toen Ridley werd opgestart. Wij zijn als sponsor altijd vragende partij geweest voor activatie en hospitality, maar alle teams waar we mee hebben samengewerkt, kunnen geen goed antwoord bieden op onze vraag om dat op een andere manier en op een hoger niveau te gaan brengen. Zelfs nu Uno-X Mobility niet.”
Hoe willen jullie dat zelf dan doen?
“We hebben een andere kijk op sponsoring. Het is heel belangrijk om niet alleen return on investment te brengen, wij willen return on involvement. We willen onze partners intensief betrekken bij het project. Niet van: als je ons sponsort, krijg je dit of dat. We willen eerder samen kijken wat de doelstellingen zijn. Als er iemand bij ons rond de tafel komt zitten en de doelstelling is gewoon: ik wil geld geven en in beeld komen in de cross, dan is er geen involvement in het project. Dan heb je geen duurzame connectie met het bedrijf.”
“Als we nog sponsors aantrekken en partnerships aangaan met dit project, dan mikken we op bedrijven die een doelstelling hebben die je niet op twee á drie jaar kan realiseren. Wat de Nationale Loterij al zo lang met de Lotto-ploeg doet is extreem, maar daar denk ik aan. De vraag die ik aan potentiële sponsoren heb, is: wat zijn je doelstellingen met het bedrijf, hoe ga je dat realiseren en kunnen we dat dan samen doen? Je merkt vandaag dat als je met professionele bedrijven in een gesprek komt, dat dit deel minstens even belangrijk is dan winnen. Als je de combinatie kunt maken van werken met toprenners en een doorgedreven activatie naar de noden van het bedrijf, is dat de toekomst. Dat is de essentie van onze eigen ploeg.”
En toch kan ik me voorstellen dat Jurgen Mettepenningen, waar je jarenlang mee hebt samengewerkt en tot op de dag van vandaag zijn crossers op een Ridley zet, niet meteen gelukkig wordt van dit project.
“Jurgen was meteen bezorgd toen hij het nieuws hoorde, natuurlijk. Terecht misschien, vanuit zijn standpunt. Maar ik heb meteen tegen hem gezegd: ‘Jurgen, we werken al meer dan tien jaar samen. En op de laatste contracten hebben we eigenlijk alleen maar de datum aangepast.’ Ik heb twee dingen duidelijk gemaakt. Punt één: als hij wenst om met ons door te gaan, dan gommen we op het nieuwe contract opnieuw alleen de datum uit en gaan we op deze manier door. Ten tweede, heb ik hem gezegd: ‘we zijn al die jaren heel loyaal geweest naar elkaar toe. We zullen namens onze ploeg nooit in jouw vijver vissen qua sponsors of personeel of renners.’ Dat respect moet er natuurlijk zijn.”
Hoe is dit idee concreet beginnen rijpen?
“Het begon allemaal te spelen toen ik in de wandelgangen hoorde dat Joris Nieuwenhuis vrij kwam. Mijn eerste reflex was Jurgen bellen. ‘Joris Nieuwenhuis komt vrij. Dat is een topper, die moeten we hebben’, zei ik. Waarop Jurgen reageerde: ‘daar hebben we geen budget voor, dat gaat niet.’ Op dat moment dacht ik terug aan een paar maanden eerder.”
“Toen had ik immers alle ploegen die we toen sponsorden, samengebracht op het bureau van Ridley, om met hen te praten over een idee van mij. ‘Als we al deze ploegen tot één geheel zouden samenvoegen, en wij met onze marketingafdeling gaan dat allemaal activeren en op een hoger niveau brengen voor ons allemaal, dan kunnen we samen het meest sterke offroad-project van de branche worden.’ Iedereen was ervan overtuigd dat dit de juiste visie was en dat het toekomst had, maar natuurlijk ging niet iedereen zomaar fusioneren. Jurgen Mettepenningen zei, volledig begrijpelijk: ‘Pauwels Sauzen-Bingoal is mijn eigen bedrijf, eentje dat ik zelf heb opgericht en waar mijn familie in mee werkt. Dat kan ik niet zomaar opgeven.'”
“Maar toen Joris dan vrij kwam en er geen plaats was bij Jurgen, dacht ik: misschien is dit wel een moment om in het speelveld te stappen en het zelf te doen. We hebben al veel jaren die visie over hoe het anders zou kunnen en hoe het in onze ogen beter zou kunnen. Ik heb altijd feedback gegeven naar de ploegen waar we al jaren mee samenwerken, dat we het anders zouden wensen. Maar vanuit de tribune is dat gemakkelijk. Dus moesten we ons nu zelf bewijzen. Met een ploeg waarin we vol inzetten op het offroad-gedeelte: gravelen, mountainbiken en veldrijden. We hebben geen ambitie om een ProTeam te worden.”
-
Lees ook Richard Groenendaal stapte speciaal voor Nieuwenhuis in Ridley-ploeg: “Ik ben heel nerveus”
Hoe reageerde Joris Nieuwenhuis op dat voorstel?
“Het was een supergoed gesprek. Het was wel met een bang hartje in de auto stappen naar hem thuis. We hadden niets, niets, niets. Alleen onze fietsen. Maar we hadden wel een visie, en Joris heeft heel veel moed gehad om daarin mee te gaan. Met zijn palmares en status lagen er ook voorstellen klaar bij de concurrenten, die top georganiseerd zijn. Ik ben fan van de Roodhoofts hun werk, écht. Maar als zo iemand ons kiest boven zo’n gerenommeerde ploeg, dat bewijst dat we een goede visie hebben die aanspreekt.”
Is het nog lastig geweest om alles op tijd klaar te krijgen tegen de start van het veldritseizoen?
“Het was een race tegen de tijd. Operations Manager Bob (De Cnodder, red.) heeft heel veel gedaan, we moeten hem echt bedanken. Het moeilijkste aan dit project was dat het allemaal zo laat dag was. Eind juni kreeg ik het telefoontje dat Joris het contract wilde tekenen. Juli en augustus zijn vakantieperiodes, dus is pas in september en oktober al het werk verricht. We moesten een vergunning aanvragen, een stamnummer hebben, een licentie als UCI Crossploeg te pakken krijgen om op de parking en in uitslagen te komen. Veel papierwerk, maar daar is Bob goed in geslaagd. De Belgische federatie en Jef Robert van Balen BC hebben ons ook geholpen.”
Tot nu toe telt het project amper vier renners. Maar dat is nog maar de start, nemen wij aan?
“Helemaal waar. De ambitie is om Traka en Unbound te winnen in het gravel. Joris heeft zijn eigen ambities in het veld, waar hij al tweede op de UCI-ranking was en dezelfde positie behaalde op het WK. Hij is klaar om het straks nog beter te doen. Dit doen we nu allemaal met het budget van Ridley zelf. De volgende stap zal zijn om partners aan boord te brengen die zeggen: in dit project zien we een lange termijnplan om onze doelen te realiseren. Niet gewoon sponsors, maar echte partners. Enkele daarvan zullen op termijn ook drager van de naam van de ploeg worden, dat is niet meer dan logisch.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.