Ryan Kamp trekt aan de alarmbel na moeizame zoektocht: “Het gaat niet goed met de cross”
foto: Cor Vos
Niels Bastiaens
donderdag 11 januari 2024 om 07:15

Ryan Kamp trekt aan de alarmbel na moeizame zoektocht: “Het gaat niet goed met de cross”

Interview Ryan Kamp crost sinds de jaarwisseling rond als man in black, maar vergis u niet: de 23-jarige Nederlander heeft wel degelijk onderdak gevonden, na zijn gedwongen vertrek bij Pauwels Sauzen-Bingoal na de jaarwisseling. Maar of alle zorgen nu weg zijn? “Dat is lastig in te schatten. Maar ik heb wel het nieuwe vertrouwen gekregen dat – als ik zo door blijf gaan – er wel altijd een oplossing komt”, zegt Kamp aan WielerFlits.

Laat ons eerlijk zijn: de constructie die de broers Roodhooft voor Kamp hebben opgezet, was een ultieme reddingsboei. Met het aantrekken van de sponsoren Colnago en Campagnolo gaven ze Kamp in laatste instantie de kans om zijn carrière voort te zetten als individueel renner. “Drie weken geleden wisten ze niet hoe ze me zouden helpen. Alles moest heel snel geregeld worden. En nog steeds is niet alles rond. Mijn eerste twee fietsen heb ik pas de avond na Zolder opgehaald, maar ik ben heel blij dat ik de winter zo kan overbruggen.”

Vind je het gek dat wij een beetje geschrokken waren dat iemand als Ryan Kamp geen ploeg vindt?
“Ik ben er zelf ook van geschrokken, dus het is niet raar dat jullie datzelfde gevoel hadden. Het is gewoon ook gek. Volgens mij sta ik zevende in het klassement van de Wereldbeker, ik werd vijfde op het EK. En ook in de UCI-ranking ben ik nog stevig aan het opschuiven, omdat ik vorig jaar in deze periode geen punten kon pakken door een hersenschudding. Dat je dan nergens welkom bent, dat is heel frustrerend.”

Jij hebt je manager toch aan het werk gezet, de afgelopen weken?
“Ik werk samen met Zelo Sports. En ja, die zijn gaan rondbellen en hebben hun werk goed gedaan. Alleen kregen ze bijna overal hetzelfde antwoord. Geen geld. Geen plaats. Er waren ook een aantal teams die zeiden: je bent een Nederlander en onze Belgische sponsoren zijn alleen op zoek naar Belgen. Dus ja, dan wordt het in één keer een heel lastig verhaal om het rond te krijgen.”

Gelukkig zijn er nog de Roodhoofts! Wat was hun motivatie om jou toch aan boord te brengen?
“Wat ze tegen mij hebben gezegd, is dat ze het gewoon zonde vonden dat mijn carrière verloren zou gaan. En volgens mij vonden ze het zelf een keer leuk om mijn fietsen en mijn materiaal te testen. Dat is natuurlijk niet het gebruikelijke, hedendaagse spul, en ik vermoed dat ze daar iets mee wilden proberen.”

De overeenkomst loopt tot begin maart. Wat daarna?
“Daar heb ik nog geen zekerheid over. Zij hopen natuurlijk ook dat, als er nu een shirtsponsor komt, zij daar misschien ook iets mee kunnen. Maar het eerste doel was om mij te laten fietsen. Misschien blijf ik nu de rest van mijn carrière als individueel renner rondrijden. Maar even goed is er morgen een of andere sponsor die met dit project in zee wil gaan, en wordt het opeens meer. Dat is nu lastig in te schatten. Maar ik heb wel het nieuwe vertrouwen gekregen dat – als ik zo door blijf gaan – er wel altijd een oplossing komt.”

Kamp aan het werk in Koksijde – Foto: Cor Vos

Eerder zei je ons nog dat je ook wegambities koesterde. Ga je de zomer dan niet in de Alpecin-Deceuninck Development-ploeg mogen doorbrengen?
“Dat was wel mijn ambitie inderdaad, ja. Natuurlijk zou dat hier perfect kunnen met hun Development Team. Maar hoe ze dat in het vat gaan gieten, dat is iets voor na de winter, denk ik.”

Wat zeggen jouw problemen om een ploeg te vinden over de algemene toestand van het internationale veldrijden?
“Het is eerst en vooral een hele kleine wereld. Waarschijnlijk hangen ook de sponsorkringen sterk aan elkaar via vrienden, liefhebbers en zulke dingen. Mijn conclusie is wel: als er geen plaats meer is voor een vaste top-10-renner zoals ik, dan gaat het naar mijn idee niet echt goed met de sport. Dat betekent dan dat de top 10 en al de rest daarachter over een paar jaar zijn koffers kan pakken. Er is te weinig budget voor de subtoppers.”

Dan krijg jij het gevoel: wat kan ik eigenlijk nog meer doen om een contract te versieren?
“Ja, je bent professioneel bezig, je staat ermee op, je gaat ermee slapen. Je doet er alles voor. En toch blijf je elke week tegen diezelfde confrontatie aanlopen dat je nergens terecht kan, dat is voor het moraal niet goed geweest. Maar gelukkig heb ik mezelf door vrienden, familie en door professionele hulp erdoor kunnen trekken. Het is een lastige wereld.”

Heeft deze hele toestand de afgelopen weken grote impact gehad op je vorm en je prestaties?
“Ja, ze spreken weleens over slapeloze nachten, maar ik heb er echt enkele gehad. Natuurlijk heeft dat wel een impact. De laatste paar weken heb ik zo’n intensief contact gehad met Christoph en Philip, dat ik bijna elke dag op en neer aan het rijden was om kleding te passen, fietsmeting, dit materiaal, dat materiaal. Toen is er niet veel van trainen gekomen.”

Kun je intussen alweer aan presteren denken?
“Ik heb nog een fatsoenlijk wereldbekerklassement. Dat zou ik nog graag willen behouden of zelfs verbeteren. Voor de rest: de kampioenschappen. Dat is altijd wel een doel en ook een hele mooie gelegenheid om mezelf in de kijker te rijden.”

Tot slot nog een woordje over je nieuwe materiaal. Colnago en Campagnolo hebben een grote traditie in de cross, maar toch is het een sprong in het diepe.
“Niels Albert, Sven Nys, Paul Herygers en Richard Groenendaal: die hebben allemaal op een Colnago gereden. Maar de laatste paar jaar is het uit de cross verdwenen. Toch is het een snelle fiets. In Baal merkte ik meteen al dat de fiets heel goed stuurt, goed reageert en doet wat ik wil. Verder wordt het een kwestie om zo snel mogelijk te wennen, door in plaats van wegtrainingen af en toe een leuke mountainbikeroute uit te kiezen.”

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.