Sasha Weemaes: “Blij dat ik eindelijk eens tegen Jakobsen kon sprinten”
Interview Elf WorldTeams in de Ronde van Hongarije, maar het is wel ProTeam Sport Vlaanderen-Baloise dat na twee dagen koers alle mogelijke truien in handen heeft. Hun beste rituitslag tot nu toe komt van snelle man Sasha Weemaes (24), die vandaag alleen Fabio Jakobsen en Rudy Barbier moest voorlaten in de sprint.
“Het was een hectisch dagje”, vertelt Weemaes aan WielerFlits. “Zo scheurde het peloton een paar keer in waaiers, en dankzij een inspanning van Rune Herregodts was ik net mee in de eerste waaier. Op het einde kwamen er weer groepjes aansluiten, maar ik denk dat de meeste renners wel à bloc zaten voor de sprint. Het was ook veel geduw en getrek in de laatste twee bochten, waar je goed vooraan moest zitten. Een aantal renners zijn daar tegen de grond gegaan.”
Op zo’n driehonderd meter van de aankomst zette Weemaes vervolgens zelf de sprint in. “Toen ik dat bordje van de 300 zag, heb ik niet meer getwijfeld. Ik moest nog rondom Florian Sénéchal, die juist van de kop afkwam en pakte met dat manoeuvre veel wind. Aan het einde viel ik ook nog wat stil door de tegenwind. Maar ik klaag niet. Ik ben op mijn waarde geklopt en mag positief terugkijken op deze uitslag.”
Marge voor verbetering
Weemaes leek niet eens zo veel te kort te komen tegen een wereldsprinter als Fabio Jakobsen. “Nee inderdaad, ik zat er een tijdje naast te sprinten. Maar in die laatste meters is hij een tikkeltje sneller. Dat is logisch denk ik. Ik reed ook heel de tijd mee in de wind, terwijl Barbier heel de tijd in de slipstream zit en zo nog tweede wordt. Ach, ik ben al heel content dat ik eens tegen Jakobsen kon sprinten. Dat was nog nooit gebeurd. Ik wilde me graag eens mengen met grote kanonnen zoals hij, en ik denk dat ik nog marge heb om te groeien en wat dichterbij te komen.”
Waar zit die marge dan juist? “Kijk hoe Fabio Jakobsen hier voorbeeldig wordt afgezet. We moeten het hier opnemen tegen veel verschillende treintjes van de grote ploegen. Dan is het niet gemakkelijk om op het juiste moment op de juiste plek te zitten. We hebben als ploeg nog niet zo veel sprints samen gedaan, dus als lead out Sander De Pestel eens de laatste 400 meter voor zijn rekening neemt en ik vanuit de beste positie kan vertrekken, dan kom je al verder. Maar dat is niet simpel in dit deelnemersveld.”
Het moet voor Weemaes al een opluchting zijn dat hij er na een gescheurde achillespees vorige zomer weer bijzit. “Je weet zelf dat je het kunt, maar het is niet simpel om dat te tonen als je pech hebt. Vorig jaar heb ik sinds augustus niet meer kunnen koersen door die blessure, maar ik heb in tussentijd gelukkig wel een goede winter afgewerkt. Veel op volume kunnen trainen, hard gewerkt in de fitness. En sinds ik op Mallorca goed aan het seizoen begonnen ben, zit alles eindelijk eens mee.”
Jaar van de waarheid
In de Ronde van Hongarije volgen er de komende dagen nog twee sprinterskansen, en nadien een aankomst bergop. “Maar ons rondje is nu al geslaagd. Jens Reynders heeft dankzij zijn vele aanvalspogingen de leiderstrui en de puntentrui, Aaron Van Poucke de bergtrui. En ik rijd een goede sprint. Ik kijk er al naar uit om me, met veel moraal, nog eens in die sprints te mengen. Voor mij is het namelijk ook een beetje het jaar van de waarheid. Ik voel een beetje druk om eindelijk te tonen dat ik aan het einde van het jaar ook een stapje hoger kan mikken.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.