• maandag 31 maart 2025 om 10:07

SD Worx-Protime zit ondanks zegereeks nog niet ‘in de oude flow’

Video SD Worx-Protime rijgt de zeges weer aaneen. Vooral in de persoon van Lorena Wiebes wordt de ene na de andere wedstrijd gewonnen, met zondag nog Gent-Wevelgem. Dat doet deugd, vertelt Mischa Bredewold bij WielerFlits, maar volgens haar zit de ploeg nog niet ‘in de oude flow’.

Vooral na de Omloop Het Nieuwsblad was er de nodige kritiek op (onder meer) SD Worx-Protime. Het team van Danny Stam werkte niet mee in de achtervolging op de vroege vluchters, waardoor Lotte Claes en Aurela Nerlo voorop konden blijven. Wiebes won daarna wel de sprint van het peloton, maar omdat Demi Vollering en Puck Pieterse weg waren gereden uit de groep der favorieten, eindigden ze bij SD Worx-Protime naast het podium.

Nieuw team
“Wij hadden ook de tijd nodig om weer helemaal in balans te komen, als een nieuw team”, wijst Bredewold, dit jaar zelf al winnares van een rit in de Ronde van Valencia, erop dat de selectie deze winter enkele wijzigingen onderging.

Zo verlieten sterkhouders Demi Vollering en Marlen Reusser de ploeg. “Maar dat ging wel heel snel. En nu is Lotte Kopecky terug in de koers. Dat maakt natuurlijk wel een wereld van verschil. Ze is niet voor niets de wereldkampioen.”

“Ik wil niet zeggen dat we alweer in de oude flow zitten”, vervolgt de 24-jarige renster. “We hebben echt een nieuwe ploeg, een nieuwe groep, een nieuwe dynamiek, een nieuwe sfeer. Het voelt nu echt als een nieuwe ploeg. Het is echt een andere groep meiden en een andere staf.”

“Het DNA van de ploeg blijft hetzelfde, maar er is een frisse wind. Naar elkaar is er hoge gunfactor. Wij werken met het ‘geven en nemen’-concept. Het is lekker dat dat nu zo goed klikt.”

Lotte Kopecky
Dat de rensters voor elkaar door het vuur willen gaan, lieten ze ook weer zien in Gent-Wevelgem. Lotte Kopecky trok hier (nog maar eens) de sprint aan voor Lorena Wiebes. “Lotte kan zelf ook winnen, zoals ze het nu ook geprobeerd heeft. Ze krijgt alle ruimte gekregen om aan te vallen. Lorena geeft haar daar ook alle ruimte voor: ze zei dat Lotte mocht blijven aanvallen zolang het zin had.”

“Maar op twintig kilometer voor de meet weet je dat het een sprint gaat worden. Dan is Lotte heel professioneel. De knop gaat om, omdat we met Lorena de grootste kans hebben om die sprint te winnen. En zo gaat het bij ons altijd. Hopelijk kan ik binnenkort daar ook eens van profiteren.”