Honderden keren draaien de renners op een avond moeiteloos hun rondjes af op de piste van het Kuipke in Gent, maar toch ging het de afgelopen dagen enkele keren flink fout.

Op de eerste dag kwam Mark Cavendish spectaculair ten val tijdens de baanronde en later zorgde een zware crash van Gerben Thijssen ervoor dat het verdere programma van de openingsavond werd stopgezet. Ook op de tweede dag werd er gevallen, ditmaal in wedstrijden voor G-sporters. Waar was dit aan te wijten: lag het aan de baan, maakten de renners een fout of was er sprake van botte pech?

50 procent
Belangrijk om mee te geven zijn de karaktereigenschappen van het fietsen op de baan: er wordt gereden aan hoge snelheid, de ruimtes zijn klein en de renners rijden op doortrappers (fixed gear-fietsen) zonder remmen, waardoor zij hun benen niet kunnen stilhouden. “Ik vind het veiliger dan op de weg fietsen”, vertelde voormalig pistier Stan Tourné aan Sporza. Met zijn wereldtitel op de puntenkoers in 1980 ging hij 39 jaar geleden Jan-Willem van Schip vooraf. “Maar je kunt niet alles uitsluiten. Die twee valpartijen op openingsavond is gewoon het noodlot.”

En dan is de piste van Gent ook nog eens bijzonder door haar formaat: 166 meter lang, tegenover bijvoorbeeld de olympische standaard van 250 meter. En dus zijn de bochten van het Kuipke ook een pak steiler: maximaal bijna 50 procent, terwijl veel velodrooms variëren tussen 40 en 45 procent. Het maakt het rondje van de Zesdaagse van Gent erg technisch, waardoor het zelfs voor de meer ervaren renners elk jaar weer zoeken is naar de juiste aanvliegroute. De afmetingen zorgen er ook voor dat de renners dichter op elkaar rijden.

Eenzijdig
Toch waren de crashes van Cavendish en Thijssen eenzijdige ongevallen. Cavendish schoof weg in de baanronde, een tijdrit, en weet zijn valpartij later aan een stuurfout. Thijssen viel vervolgens in de laatste ronde van de supersprint, een afvalkoers waar eerst zes koppels wegvallen en de overgebleven koppels sprinten om de winst. Collega’s vermoeden dat de jonge Belg de controle verloor door een gladde plek op de baan. Hij hield aan de val meerdere breuken en drie kleine hersenbloedingen over, maar kon intussen al praten met zijn ouders en vriendin Shari Bossuyt.

Mark Cavendish – foto: Cor Vos

Woensdagavond gingen opnieuw renners tegen de vlakte. Eerst was er een valpartij van de Nederlandse tandem Larissa Klaasen en Imke Brommer in de 500 meter tijdrit voor G-sporters. Later, in de teamsprint voor G-sporters, waren de Belgen Diederick Schelfhout en Kris Bosmans bij een crash betrokken. Bij Bosmans brak een pedaal af, waardoor hij zijn evenwicht verloor. Schelfhout kon hem niet ontwijken, waardoor beide renners over de balustrade op de tribune belandden. Bosmans liep een complexe breuk op aan zijn bovenbeen, Schelfhout een breuk in een rugwervel.

De piste van het Kuipke in Gent vereist weliswaar de nodige stuurvaardigheid, maar de ongevallen van de eerste twee dagen lijken toch vooral op botte pech terug te voeren. Immers is de betrokken renners ook geen gebrek aan ervaring te wijten. Tourné: “Uiteraard heb je wat techniek nodig. Iemand daartussen smijten zonder ervaring is gevaarlijk. Maar voor Cavendish, die al gewonnen heeft in Gent, en Thijssen, die een baanopleiding achter de rug heeft, is dat niet gevaarlijk. Integendeel: de baan is veiliger dan de weg vandaag de dag.”