Sven Kramer: “Kilometers maken en heel blijven is het belangrijkst”
Een opvallende verschijning bij de start van de Ronde van Overijssel. Nog voordat rugnummer 184 zijn krabbel op het wedstrijdblad kon zetten, moest hij al meermaals een lach op zijn gezicht toveren om met fans op de foto te gaan. Niemand minder dan drievoudig Olympisch en zevenvoudig wereldkampioen allroundschaatsen Sven Kramer stond aan het vertrek. Hij reed vandaag zijn eerste wielerkoers van het jaar, als voorbereiding op het schaatsseizoen.
Waar hij aan het begin van de koers nog vrolijk keuvelend achterin het peloton zat, was daar in de finale niets meer van te merken. Een grimas op het gezicht van de schaatslegende verraadde dat hij het moeilijk had. Na afloop was hij dan ook kapot, maar niet minder tevreden. “Het was na de Koningsronde van maandag in Beilen, weer mijn eerste échte wedstrijd. Meteen tweehonderd kilometer plus. Dan gaan de kilometers wel tellen, zeker omdat ik nog niet heel veel gedaan heb. Maar voor de rest ging het prima, ik ben blij met dit resultaat. Ik heb uitgereden, heb mijn kilometers gemaakt en ben niet gevallen. Dat is voor mij het belangrijkste”, vertelt hij na afloop aan WielerFlits.
‘Hier kun je niet tegen trainen’
Voor Kramer heeft het koersen – dat hij doet in het shirt van de Noordelijke Wielervereniging Groningen – veel meer waarde dan trainen. “Hier kun je niet tegen trainen, weet je. Je rijdt tweehonderd kilometer op zo’n hoge snelheid in een peloton. Je moet zo lang zo geconcentreerd blijven. Dan kun je trainen wat je wil, maar daarmee bereik je niet wat ik vandaag heb gedaan. Daarom ben ik ook blij dat ik hier mag koersen. Natuurlijk wil ik graag een goede uitslag rijden, maar voor mijn tweede wedstrijd van het jaar is dat natuurlijk niet helemaal reëel.”
Winnaar in Kramer wil meer
Toch was Kramer in de jeugd – naast schaatsbelofte – ook een groot talent op de fiets. Dat liet hij bijvoorbeeld tijdens het NK Tijdrijden 2004 voor junioren zien. Daar werd hij tweede achter Robert Gesink. Wil de winnaar in hem dan niet meer tonen dan enkel meerijden? “Ja, natuurlijk! Maar wat ik zeg, je moet ook reëel blijven. Ik heb nog niet verder dan 140 kilometer getraind, dus moet ik vandaag in een koers van tweehonderd kilometer mijn mond houden. Dat is toch even wat anders”, relativeert de NWVG-renner. Kramer moest uiteindelijk drie minuten en zestien seconden toegeven op winnaar Jeff Vermeulen. Nadat hij in de laatste pak ‘em beet veertig kilometer hard op kop had gereden van de tweede groep, besloot hij de Ronde van Overijssel uiteindelijk als nummer 110.
Het is geen criterium waarin eenlingen mogen meedoen.
Als andere deelnemers in het dagelijks leven postbode zijn, rijden ze toch ook niet in hun PostNL-overall?
In dit geval zou je Kramer kunnen verplichten om lid te worden van het clubteam De Jonge Renner. Maar sowieso laat Kramer zich dat niet verplichten en daarbij is de wielersport op dat niveau regionaal georganiseerd.
Niet overstappen maar combineren, alweer blijkt dat schaatsers een grote(re) motor hebben, nu nog naar de spelen in de vier zonder stuurman, wat een allrounder.