Tadej Pogacar sluwer in psychologische oorlogsvoering dan Jonas Vingegaard
Opinie Anderhalve kilometer lang vochten ze op de steilste flanken van de Puy de Dôme voor iedere centimeter. Niet schouder aan schouder zoals Jacques Anquetil en Raymond Poulidor in 1964, maar het wit van Tadej Pogacar enkele tientallen meters voor het geel van Jonas Vingegaard. Het was meer een strijd in taaiheid dan een ‘survival of the fittest’. Met acht seconden voorsprong was Pogacar de morele winnaar op de vulkaan, maar na het eerste deel van de Tour zit het ‘maillot jaune’ nog altijd om de schouders van Vingegaard.
De grootste rivalen in de sportwereld hebben vrijwel allemaal een hekel aan elkaar. Wanneer ze voor het oog van de camera over elkaar spreken, hebben ze het over koetjes en kalfjes. Diep in hun hart spreken ze vaak haat en nijd uit over hun concurrent. Zo was het in 1964 in het, zeker voor de Fransen, mooiste duel dat op de Puy de Dôme tussen Jacques Anquetil en Raymond Poulidor plaatsvond. Zo is het anno 2023 wanneer Pogacar en Vingegaard elkaar op iedere meter bergop uitdagen.
Terug naar de Tour van 1964. De Vlaamse journalist Robert Janssens was er destijds bij. Voorbij de finish bovenop de Puy de Dôme rent hij achter Anquetil aan, die op dat moment op 48 uur van Parijs overtuigd is dat hij zijn gele trui aan Poulidor heeft verspeeld. ‘Monsieur Chrono’ duikt in een auto van zijn ploeg en ligt kapot op de stoel. Brutaal opent Janssens het portier zodat hij Anquetil in zichzelf kan horen mompelen.
Voor het boek ‘Triomf en tragiek op de Tourcols’, dat Janssens met mij in 2003 schreef, haalde hij de woorden van Anquetil terug. Een korte samenvatting van Anquetils relaas boven op de vulkaan over Poulidor: “Die smeerlap, ik haat hem, ik haat hem. Pootjes geven aan de mensen, dat kan hij. Maar mee een wedstrijd maken, neen, dat gaat niet voor meneer. Ik kan zijn smoel niet meer zien. Hij moet mij straks geen handje meer komen geven. Ik sla hem tot moes. Smeerlap, vandaag heb je misschien de gele trui, maar in Parijs nooit, nooit of nooit.”
Toen even later een commissaris Anquetil kwam vertellen dat de gele trui met 14 seconden voorsprong om zijn schouders bleef, veranderde zijn blik. Op het podium voor het oog van de fotografen en het publiek bleef hij maar de hand schudden van Poulidor. Alsof de publieklieveling ‘Poupou’ zijn grootste vriend was.

foto: Cor Vos
Ga er maar vanuit dat Pogacar en Vingegaard elkaar ook niet het licht in de ogen gunnen. Trap niet in alle vriendelijkheid voorbij de finish wanneer ze elkaar achter het podium weer treffen. Alle middelen zullen ze aangrijpen om elkaar te bestrijden. En juist in de psychologische oorlogsvoering lijkt Pogacar sluwer dan Vingegaard.
Pogacar is de publiekslieveling. Een rol waar hij zich ook naar gedraagt. Hij glimlacht naar iedereen en ontpopt zich tot de ‘chouchou’ (of misschien wel de ‘Poupou’) van deze Tour. Hij weet dat kenners hem de beste wielrenner sinds Bernard Hinault vinden. Dat zijn aanvalsdrift het publiek bekoort. En nadat hij vorig jaar strijdend ten onder is gegaan, is hij door velen omarmd. De uitdager is immers meer geliefd dan de heerser.
Pogacar en Vingegaard zijn als persoonlijkheden elkaars tegenpolen. Extravert versus introvert. Openhartig tegen terughoudend. Man van het volk versus de ideale echtgenoot. De Sloveen is iemand die met het gros van het peloton een praatje maakt, waar de Deen zich liever helemaal op de wedstrijd concentreert.
Slim als hij is weet Pogacar zijn populariteit uit te spelen. Andy Schleck zei drie jaar geleden in een interview met WielerFlits al dat hij zichzelf vaak in de jonge ‘Pogi’ terugziet. En juist de jongste Schleck-telg wakkerde het vuurtje tussen de twee Tour-favorieten dit weekend in een interview met L’Equipe aan.

foto: Cor Vos
“Ik kan me niet herinneren dat we zulke verschillende favorieten hebben gezien in de Tour”, zei Andy Schleck. “Tadej is iemand die altijd aan het lachen is en plezier maakt. Zodra hij een bergje ziet, wil hij aanvallen. Jumbo-Visma is meer een leger van Duitse tanks. Jonas is daarbij superverlegen, praat weinig en laat nooit iets los. Hij straalt een vorm van arrogantie uit. Ik zie hem steeds de bus verlaten zonder een woord te zeggen. Hij is onzichtbaar.”
Nu deel ik zeker niet de mening van Andy Schleck dat Vingegaard arrogant is. Eerder timide en verlegen. Juist in de twee langere interviews die ik met de Deen maakte, kreeg ik het beeld dat hij uiterst beleefd, vriendelijk en correct is. Dat is echter een beeld dat hij in volle concentratie rond de wedstrijden niet uitstraalt. Voor alle duidelijkheid: daar is niks mis mee.
Vingegaard werd vervolgens door L’Equipe met de woorden van Schleck geconfronteerd. Natuurlijk kun je doen alsof alles langs je kleren afglijdt, maar een deel van de boodschap blijft altijd in je hoofd hangen. Het kost altijd negatieve energie.
Ook de opmerkingen van Pogacar over Vinegaards luitenant Wout Van Aert in de eerste dagen van de Tour horen allemaal bij het spel. Dat de Belg zich gedroeg als een klein kind, nadat hij na rit 2 met een bidon smeet. En dat Van Aert in de eerste massasprint niet de benen had om Jasper Philipsen te verslaan.
Vingegaard heeft op de eerste rustdag de leiding met 17 seconden voorsprong op Pogacar. Toch staat de Sloveen in de onderlinge veldslagen van deze Tour met 3-1 voor. Baskenland, Cauterets-Cambasque en de Puy de Dôme zijn voor hem, terwijl de Deen op de Marie Blanque oppermachtig was. De mindere dag in de eerste Pyreneeënrit van ‘Pogi’ werd door zijn ploegmaat Matteo Trentin uitgelegd als de eerste echte zware wedstrijddag van zijn kopman sinds de polsbreuk in Luik-Bastenaken-Luik: “Die hardheid qua competitie had hij nog niet in de benen. Hij had die dag daarvoor nodig.”
Bij Jumbo-Visma is bekend dat ze al voor deze eerste rustdag hun slag in de Tour hadden willen slaan. Profiteren van de gebrekkige aanloop van Pogacar en gebruikmaken van het extreem lastige parcours in de openingsweek. In de Dauphiné zagen we al dat Vingegaards voorbereiding hierop afgestemd was en hun ‘masterplannen’ voor beide Pyreneeën-ritten bevestigden deze tactiek.

foto: Cor Vos
De afgelopen dagen werd ook opnieuw duidelijk hoe belangrijk Wout van Aert voor de klassementsambities van Vingegaard is. De afgelopen twee jaren speelde de Belg een cruciale rol in alle Tour-successen van zijn ploeggenoot. Jumbo-Visma moet er nu serieus rekening mee houden dat Van Aert eerder de Tour verlaat omdat zijn vrouw hoogzwanger is. Daarbij heeft de Belg aangegeven dat hij met het oog op het WK in Glasgow in de slotweek van de Tour sowieso niet meer zo diep wil gaan als vorig jaar.
Vingegaard weet dit en moet hiernaar handelen. Het zal de komende dagen de druk alleen maar vergroten om Pogacar zo snel mogelijk achter zich te laten. De Deen wilde dit de afgelopen dagen al doen. Zo makkelijk bleek dat toch niet te gaan. Voor het eerst sinds de rit naar Le Grand Bornand in 2021 heeft Vingegaard in deze Tour nu al twee keer geen antwoord gehad op de explosieve versnelling van zijn grote concurrent. Kleine tikjes die raak aankomen.
De veronderstelling is dat Pogacar na zijn gebrekkige voorbereiding in deze Tour alleen maar beter in vorm zal geraken. Al is het maar de vraag of je in de Tour beter kunt worden. Ook kun je je afvragen of zijn aanloop naar de Tour wel voldoende is geweest om drie weken het allerhoogste niveau vol te houden.
Duidelijk is wel dat Pogacar zijn rivaal Vingegaard op alle vlakken onder druk zet.

Om te reageren moet je ingelogd zijn.