‘Tadej Pogacar verdient geen ongegronde verdachtmakingen’
foto: Cor Vos
Raymond Kerckhoffs
maandag 5 juli 2021 om 14:00

‘Tadej Pogacar verdient geen ongegronde verdachtmakingen’

Opinie Met eenzelfde overheersing waarmee hij vorig jaar op La Planche des Belles Filles de Tour de France in zijn voordeel besliste, vervolgt Tadej Pogačar zijn pad in deze Ronde van Frankrijk. Met nieuwe records op zware cols en met een zeldzaam speels gemak degradeert hij zijn al zijn rivalen tot figuranten. De Franse sportkrant L’Équipe stelt vandaag op pagina vier en vijf terecht de vraag: ‘Heeft Pogacar de spanning gedood?’

Een must have voor alle wielerfans! Met de Black Friday deal van RIDE Magazine haal je het ideale cadeautje voor de feestdagen in huis. Voor slechts € 13,95 ontvang je de najaars- en de winter-editie in jouw brievenbus. Dat betekent meer dan 300 pagina’s aan schitterende wielerverhalen. Wacht niet te lang, want OP=OP. Bestel nu jouw magazines en verzeker je van uren leesplezier.

L’Équipe refereert aan drie mokerslagen uit het recente verleden van latere Tourwinnaars die direct in de eerste de beste bergrit ook een kloof sloegen. Geraint Thomas in 2018 op La Rosière, Vincenzo Nibali in 2014 op La Planche des Belles Filles en Chris Froome in 2013 op Ax 3 Domaines. Al waren de verschillen waarmee deze kampioenen hun tegenstanders op achterstand reden kruimelwerk, in vergelijking met de kloof van liefst 3.20 minuut die Pogačar zaterdag op Col de Romme en Col de la Colombière sloeg.

Lance Armstrong was ook een winnaar die het liefst in de eerst bergrit een knockout uitdeelde. Denk aan Sestrière (1999), Hautacam (2000), L’Alpe d’Huez (2001) en La Mongie (2002). Dit was steeds met een aanval op de slotklim en het tijdsverschil dat hij realiseerde was nooit meer dan drie minuten.

De laatste Tourwinnaar die met een vergelijkbare raid als Pogačar zo ver van de finish vele minuten wist te pakken, is Marco Pantani. Hij koos in 1998 het hazenpad op de Col du Galibier richting Les Deux Alpes. Dat was destijds, evenals afgelopen zaterdag, onder erbarmelijke weersomstandigheden. Het populaire Italiaanse ‘olifantje’ pakte destijds ook op alle concurrenten 1.59 minuut of veel, héél veel meer.

Tadej Pogačar op de klim naar Tignes – foto: Raymond Kerckhoffs

Zweem van doping
Om het recente nummer van Pogačar op weg naar Le Grand Bornand te duiden, moeten we dus teruggaan naar de belangrijkste ontmaskerde dopingzondaar uit de Tour-geschiedenis Lance Armstrong én naar de Ronde van Frankrijk van 1998 die in de boeken staat als de Tour de Dopage. Prestaties in het heden die associaties oproepen met het roemruchte verleden, zorgen dat er direct een zweem van doping rond de betreffende wielrenner komt te hangen.

De Salle de Presse, de perszaal, in de Tour de France is nog altijd een snelkookpan voor insinuaties. De nieuwe nickname ‘Pogarstrong’ dook zelfs al op in de Franse media. En op de persconferentie werd Pogačar gevraagd wat hij ervan vindt dat zijn prestaties door velen als verdacht worden betiteld. Omdat de microfoon bij het begin van de vraag niet aan stond, begreep de 22-jarige Sloveen het niet goed en antwoordde hij dat zijn vorm zaterdag beter dan zondag was.

Alle insinuaties komen echter niet alleen van de media. Al decennialang wordt er vooral in het peloton naar elkaar gewezen. Wanneer een team enkele koersen sterk presteert, vragen andere teams zich af wat daar aan de hand is of doen vermoeden dat er een nieuw product op de markt is. Daarmee heeft het wielrennen (ploegen en renners) steeds zelf een bodem voor de dopingcultuur gelegd.

Vermoedens
Julien Jurdie ploegleider van AG2R Citroën liet in L’Équipe optekenen: “Pogačar domineert de debatten, omdat hij op een buitengewoon niveau presteert. Sinds het Criterium du Dauphiné rijdt ook de Bahrain Victorious-ploeg opvallend sterk in de bergen. Men kan zich de vraag stellen of zo’n overheersing kan, maar ik heb er geen antwoord op. Ik begrijp dat er vermoedens ontstaan, sommige renners rijden immers zeer sterk. Ik kan alleen maar zeggen dat de wielersport op een felle manier tegen de doping strijdt.”

foto: Cor Vos

De NOS-documentaire Code Geel over de Jumbo-Visma-ploeg in 2020 leverde ook zo’n beeld op. “Ik heb 110% gegeven”, verontschuldigde Primož Roglič zich direct na de tijdrit naar La Planche des Belles Filles waar hij verrassend de Tour alsnog verloor. De onboard-camera in de auto registreerde zijn woorden. “Ik kan het niet geloven. Twee minuten was hij sneller. Dat is een enorm verschil. Ze moeten eens uitrekenen welk vermogen daarvoor nodig is. Het is wielrennen van een andere planeet. Ik kan het niet begrijpen. Als je zo hard kunt rijden, dan win je elke etappe op één been. Hoe hebben ze dit in godsnaam klaar gespeeld?”

Pogačar zal de komende weken zijn gele trui moeten verdedigen in een omgeving van verdenkingen. ‘Omdat de recente geschiedenis van de wielersport hierom vraagt en de geest van een wielersport à deux vitesses (twee snelheden) nog niet is verdwenen’, geeft L’Équipe nog eens aan waarom dit debat gevoerd moet worden.

De Franse krant wijst naar het verleden van de teammanager van UAE Emirates, Mauro Gianetti, die ook aan het hoofd stond van het roemruchte Saunier Duval met onder anderen de ‘pakhazen’ Riccardo Ricco, Juan José Cobo en Leonardo Piepoli. En zijn ploegleider, de Sloveen Andrej Hauptman, mocht in de Tour van 2000 niet van start gaan vanwege een te hoge hematocrietwaarde. Dat er vraagtekens worden gesteld over de omgeving waarin Pogačar bivakkeert, is logisch.

Bewijslast
Zolang er geen bewijslast ligt, verdient echter iedereen het voordeel van de twijfel. Waar in de normale maatschappij geldt dat je onschuldig bent tot je schuld is bewezen, moeten in de wielersport de renners de laatste jaren steevast hun onschuld aantonen. De wielersport heeft dit, volgens velen, aan zichzelf te danken. Het is de erfenis van het epo-tijdperk dat de geletruidrager tegenwoordig dagelijks vragen over doping moet beantwoorden. De traditionele vraag ‘waarom moeten we je geloven’, zal de komende dagen ook herhaaldelijk aan Pogačar worden gesteld.

foto: Cor Vos

Maar kun je Pogačar het verleden van zijn sport kwalijk nemen? Toen Marco Pantani zijn Tour de France won, was de Sloveen niet eens geboren. En bij de zevende Tourzege van Lance Armstrong ging hij net naar de lagere school. We hebben nu te maken met een nieuwe generatie die de zwarte periode van de wielersport nooit heeft meegemaakt. Het is inmiddels ook alweer tien jaar geleden dat het USADA-rapport Lance Armstrong ontmaskerde.

Door de keiharde strijd die de wielersport heeft gestreden is het aantal positieve gevallen redelijk geminimaliseerd. Natuurlijk, iedere bedrieger is er een te veel. We moeten zeker niet zo naïef zijn te denken dat we het bedrog compleet uit het peloton kunnen halen. Dat lukt ons ook niet in de normale maatschappij.

Het epo-tijdperk heeft ons geleerd dat we nooit onze ogen mogen sluiten voor wat er in het peloton gebeurt. We moeten er echter ook voor waken dat we niet iedereen met een bijzondere prestatie verdacht gaan maken. Dat we gaan wijzen naar renners die wellicht onschuldig zijn. De wielersport heeft het afgelopen decennium verdiend om weer gelijke rechten als de normale maatschappij te krijgen. Je bent pas schuldig als de schuld bewezen is. Laten we die regel nu ook handhaven voor de huidige renners. Dus laten we ook met respect naar de nieuwe heerser van de Tour de France kijken.

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.