Thymen Arensman verbaasde naast vriend en vijand ook zichzelf met zijn indrukwekkende prestaties in de Tour de l’Avenir. Na de tiende en laatste etappe te hebben gereden, stond de Nederlandse belofte op plaats twee in het algemeen klassement. “Ik heb mezelf zeker positief verrast”, schrijft Arensman op de site van de KNWU.

In juni brak Arensman in de Giro voor beloften zowel zijn duim als sleutelbeen. Vanaf begin augustus rijdt de pas 18-jarige renner weer koersen. “Ik kwam naar deze ronde om ervaring op te doen”, is de nuchtere verklaring van Arensman. “Toen ik derde werd in de rit naar Bretagne verbaasde ik mezelf door met de besten mee te kunnen. Later bleek dat ook bergop het geval te zijn. Op dat moment ga je wel hopen dat je hoog kunt eindigen.”

En dat gebeurde ook, Arensman maakte steeds een stapje hoger. Voorafgaand aan de laatste etappe stond de renner van SEG Racing Academy derde in het algemeen klassement. Op de hectische laatste dag klom hij nog een plaatsje. De Sloveen Tadej Pogačar bleek onklopbaar. Arensman beschrijft de laatste rit als volgt: “Ik kwam met de drager van het geel ten val en moest een gat van veertig seconden dicht rijden. Ik ben mijn eigen tempo gaan rijden en kon weer van voren aansluiten. Omdat de man voor me in het klassement al was weggevallen rolt er een tweede plek uit. Dat is echt een prestatie waar ik vooraf alleen maar van had kunnen dromen. Zeker ook omdat de wedstrijd zo lang en zwaar is.”

In de Ronde van de Toekomst, zoals de wedstrijd ook wel wordt genoemd, was Bauke Mollema in 2007 de laatste Nederlandse winnaar. Robert Gesink eindigde een jaar eerder als tweede. De twee genoemde namen hebben op profniveau het een en ander gepresteerd, iets wat Arensman de komende jaren mag gaan bewijzen. “Als ik het WK voor beloften in Innsbruck mag rijden, hoop ik daar opnieuw van voren mee te doen.”

https://www.instagram.com/p/Bm8zI2zg491/