Tim Declercq moet een kruis maken over het voorjaar in eigen land. Nadat de Belg begin februari corona en een ontsteking van het hartzakje opliep, mag hij bijna weer beginnen met trainen, maar hij verwacht niet meer mee te doen aan de Vlaamse klassiekers in maart en april. Dat vertelt El Tractor in gesprek met Het Laatste Nieuws.

De problemen van Declercq begonnen kort na de Saudi Tour, waar hij nog knap vierde werd. Uiteindelijk kon hij door corona en de ontsteking van het hartzakje meer dan twee weken niet trainen. “In totaal zal ik zeventien dagen niet hebben gefietst. Dat is bijna even lang als mijn traditionele winterbreak”, aldus de 32-jarige renner.

Hoewel Declercq inmiddels weer helemaal gezond is en naar eigen zeggen weer “voluit aan de slag” kan, ziet hij door zijn lange pauze niet meer de kans om op tijd fit te zijn voor zijn geliefde kasseiklassiekers. “Als je weet hoelang het duurt om terug op te bouwen naar het hoge niveau van het internationale wielrennen, wordt dat moeilijk”, aldus Declercq, die voor Parijs-Roubaix nog wel een slag om de arm houdt. “Afhankelijk van mijn conditieverloop is er misschien een heel, heel, heel minieme kans dat ik alsnog Parijs-Roubaix haal. Omdat die wedstrijd dit jaar uitzonderlijk een week later wordt georganiseerd. Maar dat zal dan eerder met een minipiekje zijn.”

De Tour als nieuw hoofddoel
“Het is maar de vraag of ik op 70 à 80 procent de selectie haal, sowieso een heel moeilijke opgave in onze ploeg”, reflecteert de renner van Quick-Step-Alpha Vinyl op de mogelijkheid dat hij erbij is in de Hel van het Noorden. “Het belangrijkste is dat ik opnieuw oké ben en kan opbouwen naar het tweede deel van het seizoen. Naar de Tour, hoop ik. Dat wordt nu mijn nieuwe hoofddoel.”