Tim Merlier kent geen angst voor concurrenten: “Kijk alleen naar mezelf”
Interview Bij Alpecin-Fenix gaat vanuit de media en toeschouwers de meeste aandacht uit naar geletruidrager Mathieu van der Poel. Tim Merlier zal dat allemaal wel best vinden, de 28-jarige Belg hoeft niet per se in de schijnwerpers te staan. Grote kans dat dit vanaf de derde rit wel gaat gebeuren, want Merlier hoort tegenwoordig bij de beste sprinters ter wereld. “Ik ben voor niemand bang”, vertelt hij aan WielerFlits. Naar verluidt vallen de blessures van zijn val van zaterdag mee.
Merlier is alvast geen fan van grote (pers)aangelegenheden. De spurter raast net zo rap door de vragen heen als dat hij normaal de laatste honderden meters van een massasprint doet. Daarover gesproken: bij Alpecin-Fenix hebben ze met Merlier en Jasper Philipsen twee sprinters in de ploeg, als je Van der Poel daarbij rekent zijn het er zelfs drie. Luxe én lastig te verdelen, lijkt het. “Dat zal goed meevallen. Normaal gesproken gaan de lastigere sprints voor Jasper zijn, al kan Mathieu dat ook.” Maandag wacht in Pontivy de eerste kans op een vlakke massaspurt.
In die vlakkere sprints zal Alpecin-Fenix normaal gesproken de kaart van Merlier trekken. Net als in Tirreno-Adriatico zal Van der Poel daar ook zijn rol in spelen, maar de Belg legt uit dat zijn trein er nu wel iets anders uitziet. De Nederlander zal eerder aan de bak moeten en zal niet als leadout fungeren. “Normaal gesproken is Mathieu de man die ons naar voren moet loodsen. Vervolgens neemt Jonas Rickaert het over, waarna Jasper de leadout zal doen. Uiteraard kan die samenstelling wijzigen, maar normaal zullen we het zo gaan proberen.”
Wie gaat voor wie rijden?
In de sprints zullen we voornamelijk de Belgische teams aan het werk zien. Alpecin-Fenix moet daarin opboksen tegen WorldTeams Deceuninck-Quick-Step (met de trein Michael Mørkøv-Mark Cavendish) en Lotto Soudal (met de tandem Jasper De Buyst-Caleb Ewan). Die laatste kwam Merlier ook al tegen in de Giro d’Italia van dit jaar, waar de Belg de eerste massasprint won. “We zullen in de eerste spurt zien wie de beste trein heeft, dat is nu nog lastig om te voorspellen. Maar het staat vast dat we alle drie onze rol kunnen spelen.”
Met acht kansen op een potentiële massasprint zijn de spurters goed bedeeld deze Tour. Welke sprinter wanneer zijn kans krijgt, bepaalt de ploegleiding op voorhand. “Het zal erop uitdraaien dat Jasper de ene dag mijn leadout doet en ik de zijne de andere dag. Op dit moment weet ik dus nog niet hoeveel kansen ik voor mezelf krijg, maar ik hoop natuurlijk op veel. Het hangt echt af van waar de streep ligt. In de lastigere ritten komt het meer op overleven aan. In dat opzicht is Jasper sterker dan dat ik ben. Maar dat is afwachten.”
Voor Alpecin-Fenix kan deze Tour al niet meer stuk na de dubbelslag van Van der Poel zondag. Maar ook Merlier hoopt op winst. “Mijn Tour is geslaagd als ik één zege kan meenemen naar huis. Daar zou ik al heel blij mee zijn”, lacht hij. “Ik ben in ieder geval voor niemand bang. Ik kijk alleen naar mezelf. Het is belangrijk dat ik mijn eigen sprint kan rijden. Ik focus me daarom op de bordjes van nog tweehonderd meter te gaan, om te beginnen spurten. Naar concurrenten kijk ik niet. Als ik mijn eigen sprint kan rijden, weet ik dat ik sterk genoeg ben om hier een rit te winnen.”
Geen groene bril
Merlier startte eerder dit seizoen dus ook al in de Giro d’Italia, waar hij meteen een rit won. “Ik denk dat ik nu op hetzelfde niveau zit”, legt hij uit. “Voor de Giro ging ik op hoogtestage naar Tenerife, na de Giro heb ik in een hoogtetent geslapen. Om die reden gingen de Elfstedenronde en Dwars door het Hageland ook niet zoals ik wilde. Maar nu zit ik op een goed niveau. Waartoe ik met deze vorm in staat ben, zullen we de komende dagen weten.”
De groene puntentrui is in ieder geval niet aan Merlier besteed, vind hij zelf. “Iedereen weet dat ik niet de beste klimmer ben. Ik denk dat je beter voor de dag moet komen in de bergen dan dat ikzelf kan, wil je kans maken op de groene trui. Ik heb wel geen schrik voor de bergen. In de Giro heb ik die ook steeds goed overleefd, zonder dat het spannend werd om de tijdslimiet te halen. Ik weet dat het niveau hier heel hoog ligt. Maar nu zullen er nog meer sprinters en leadouts in de grupetto zitten, die zal daardoor iets groter zijn en dat is goed.”
Wie vijf jaar geleden na diens zege in de GP Stad Zottegem had gezegd dat Tim Merlier zaterdag aan de Tour de France zou beginnen, die had nu goed geld kunnen verdienen. “Wat deze deelname met me doet? Ik denk dat ik nog steeds dezelfde persoon ben en blijf. Voor mij verandert dat niet veel. Natuurlijk ben ik trots. Het is mijn grote droom om te winnen op de Champs-Élysées, toch het officieuze WK voor sprinters. Dat duurt nog even, maar ik kijk er nu al naar uit om daar mee te sprinten.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.