Tom Dumoulin geniet van steeds jongere wereldtoppers, maar: “Mij zou het opbranden”
Interview Tom Dumoulin is een kleine anderhalf jaar met wielerpensioen, maar desalniettemin is hij niet weg te slaan uit de wielersport. Als analist bij de NOS en ambassadeur van Giant volgt hij het peloton nog op de voet. WielerFlits sprak de Limburger over zijn carrière en de huidige generatie renners, waar hij met volle teugen van geniet. “Ik hoop dat Josh Tarling het tijdrijden gaat domineren.”
Toch was het goed zo, vertelt Dumoulin in gesprek met WielerFlits. “Ik heb het hartstikke naar mijn zin in mijn nieuwe leven. Of het helemaal gewend is? Het is nog steeds af en toe wel heel anders dan ik verleden jaren gewend was. Er zijn echt wel momenten dat ik denk: het was een hele mooie en gave tijd als wielrenner.”
“Ik kijk er ook nog wel eens op terug dat ik, nou ja, ‘missen’ is een groot woord, maar je mist ergens wel een stukje avontuur en adrenaline. Daar ben ik me van bewust: dat ga je nooit meer ergens zo vinden. Onderweg hier (Velofollies, red.) naartoe kom je een beetje langs de Vlaamse Ardennen en moet je denken aan de Omloop en die eerste koersen. Dan heb ik wel zoiets van: dat komt nooit meer terug, dat vechten op de fiets in het peloton”, vertelt Dumoulin.
Er is dus enig gemis, maar er is vooral ook berusting. De wielerliefhebber in Dumoulin is echter nog altijd sterk aanwezig. Hij volgt niet enkel als analist voor de NOS menig wedstrijd, maar ook omdat hij geniet van de koers.
Daar ziet hij oud-collega’s, maar ook nieuwe jongens die de koers sieren. Zeker dat laatste valt hem op. “Je ziet dat ze steeds jonger goed worden. Vanaf 15 of 16 jaar krijgen die jongens vaak al dezelfde begeleiding als de profs. Het is zo doorgerekend en gestructureerd geworden op het gebied van training en voeding”, stelt hij.
“Op mijn zestiende was die kennis niet voorhanden. Ik wist niet hoe Michael Boogerd trainde, maar nu kan iedere zestienjarige op Strava kijken en kopiëren wat de profs doen”, gaat hij verder.
Of dat pieken op jonge leeftijd ook zijn keerzijde heeft, vindt Dumoulin moeilijk oordelen. “Ik ben benieuwd of dat ze gaat opbranden. Mij zou het in ieder geval opbranden, maar het zijn andere karaktertypes. Ik ben een beetje een vrije vogel, een liefhebber. Het avontuur en het trainen vond ik leuk, maar niet als op het op de minuut en het wattage gespecificeerd was.”
“Een ander karaktertype, zoals Evenepoel, die vindt dat fantastisch. Die zegt ook: schrijf mij maar uit wat ik moet doen en wat ik moet eten. Vingegaard doet ook precies wat de trainer zegt en hij vindt dat geweldig, hij heeft daar baat bij. De jongere generatie wordt hier echt mee opgevoed en die vinden dat normaal.”
Op de vraag of die almaar groeiende structuur en professionalisering van de sport Dumoulin parten heeft gespeeld, is hij duidelijk. “Ja, dat past gewoon niet bij wie ik ben en wil zijn”, vertelt hij. “Ik denk wel dat zeker voor de oudere renners die hun eigen dingetje gewend zijn, die iets sneller zullen zeggen: het is wel goed eigenlijk”, voegt hij toe.
Tijdrijdersgilde
Die ontwikkelingen zien we op het vlak van training, voeding en coaching, maar ook op het gebied van tijdrijden lijken er de voorbije jaren reuzensprongen gezet te zijn. Zeker dat, volgt de oud-toptijdrijder met argusogen.
Vorig jaar reed Vingegaard in de Tour bijvoorbeeld de sterren van de hemel, tijdens etappe zestien, waarin hij met overmacht de zege greep en Tadej Pogacar, nummer twee in de daguitslag, op maar liefst 1:38 zette. “Dat komt zeker ook door technische ontwikkelingen, maar niemand had die tijdrit van Jonas berekend hoor”, stelt Dumoulin.
Destijds noemde hij het de beste tijdrit die hij ooit had gezien, een uitspraak waar hij nog steeds achter staat. “Soms heb je gewoon zo’n superdag dat je gewoon vliegt. Daar zit wel al die voorbereiding en ontwikkeling in, maar bij hem viel het wel echt enorm op zijn plaats. Dat was wel bijzonder om te zien.”
Toch is er één tijdrijder, waar Dumoulin nog liever naar kijkt en met nog meer passie over spreekt: Joshua Tarling. De slechts 20-jarige Brit verraste vorig jaar met enkele imponerende uitslagen, waaronder een derde plaats op het WK tijdrijden. “Ik hoop dat hij het tijdrijden gaat domineren”, is Dumoulin duidelijk over het jonge tijdrittalent.
De voormalig wereldkampioen tijdrijden is onder de indruk van de jonge Brit, waar hij met veel plezier naar kijkt. “Evenepoel, dat vind ik niet om aan te zien, maar die heeft zo’n lage luchtweerstand. Hij is echt een stylist en heeft heel veel voordeel uit zijn kleine gedrongen postuur, dat gewoon perfect op de fiets valt. Maar die Josh Tarling is gewoon een beest. Dat is niet normaal! Hij heeft gewoon niet het lichaam om met een super lage CDA-waarde (een waarde om de luchtweerstand uit te drukken, red.) te rijden, maar hij moet belachelijke vermogens ronddraaien.”
Gevraagd of Dumoulin en Tarling daarin een beetje op elkaar lijken, ontkent de Limburger. “Ik was denk ik wel iets ranker gebouwd, die Tarling zie ik niet zo snel een grote ronde rijden voor een klassement”, stelt hij.
Als hij Tarling of andere tijdrittoppers ziet gaan, kriebelt het dan af en toe wel een beetje? “Als ik dan kijk, zeker die momenten dat het allemaal in elkaar viel… Dan zit je in zo’n tunnel, dat is zo speciaal. Dan heb ik ook wel zoiets als: dat had ik ook wel willen doen.”
Maar, die uitspraak wordt gelijk weer genuanceerd en wederom blijkt dat er de berusting is: Dumoulin blikt met tevredenheid terug op zijn carrière. Steeds meer zelfs. “Nee, ik denk niet dat ik er meer van had moeten genieten, want ik denk dat als je teveel bezig bent met hoe leuk is het en hoe erg je het naar je zin hebt… Je moet gewoon die focus hebben op je doel en als dat voorbij is, je focus op het volgende doel. Dat je dan te weinig stilstaat bij je carrière is een natuurlijk proces en ik denk dat dat ergens ook functioneel is. Ik geniet er nu veel meer van, juist meer dan toen.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.