De Tour de France 2018 is met drie ritzeges en twee landgenoten in de top-10 van het algemeen klassement een groot succes voor Nederland geworden. Drie weken geleden verschenen veertien Nederlanders aan de start. Enkel Dylan Groenewegen haalde de finish niet. WielerFlits heeft aan alle Nederlanders die Parijs hebben gehaald, gevraagd om zichzelf een rapportcijfer te geven. Het resultaat is een prachtige cijferlijst voor de Nederlanders.

Tom Dumoulin is de eerste Nederlander sinds 1990 die op het podium van de Tour weet te eindigen. Maar liefst 28 jaar heeft Nederland moeten wachten op een opvolger van Erik Breukink.

Over zijn mooiste moment uit de afgelopen drie weken hoeft hij niet lang na te denken. “Dat was de tijdrit”, aldus Dumoulin. “Sowieso omdat het winst was. De dagen ervoor zat ik niet lekker in mijn vel. Dat kwam er in die laatste bergrit ook een beetje uit. Vervolgens win ik na een stressvolle morgen waarin ook nog eens mijn tijdritpak zoek raakte. Over die dag kun je een boek schrijven. Andere Tijden Sport over een paar jaar, kom er maar in.”

Dumoulin geeft zichzelf als rapportcijfer een 9. “Een hoog cijfer, want ik heb niet veel verkeerd gedaan deze Tour. Een 10 is voor de eindwinst.”

Steven Kruijswijk: 9

Voor de zesde keer in zijn carrière is Steven Kruijswijk in de top-10 van een grote ronde geëindigd. De kopman van LottoNL-Jumbo finishte in Parijs als vijfde in de Tour. “Met deze plek ben ik heel tevreden. Zeker als je ziet welke renners er voor mij zijn geëindigd.”

“Mijn mooiste moment deze Tour was toch wel mijn ontsnapping in de rit naar Alpe d’Huez. Het resultaat die dag was niet wat ik had gehoopt, maar het was wel een super mooie aanval. Die dag kende ik ook misschien wel mijn lastigste moment van de Tour. Zowel fysiek als mentaal was het zwaar toen ik werd bijgehaald. Als je ook voor een klassement gaat en je wordt dan bijgehaald, kan je niet rustig uitrijden want het was nog drie kilometer tot de finish.”

“Ik had graag een rit gewonnen, maar als ik nu terugkijk ben ik gewoon heel erg tevreden. Mijn ambitie was top-5 rijden en als ik dan kijk achter wie ik nu sta, vind ik toch wel dat ik een negen kan plakken op deze Tour.”

Bauke Mollema: 6

Door een valpartij in de Roubaix-rit kon Bauke Mollema een streep zetten door zijn klassementsambities. Vanwege rugpijn, veroorzaakt door de val, verloor hij veel tijd in de eerste Alpenrit. De Tour 2018 werd daardoor een editie met weinig hoogtepunten voor de kopman van Trek-Segafredo.

“De valpartij heeft een enorme impact gehad. Met dat lichaam kon ik geen klassement meer rijden. Ik heb een paar dagen nodig gehad om te herstellen. Deze Tour is voor mij dan ook een gemiste kans want zoveel kansen krijg je niet om een klassement in de Tour te rijden.”

Na enige aarzeling noemt hij zijn derde plek in de rit naar Carcassone “misschien een hoogtepunt.”

“Welk cijfer ik mezelf zou geven? Dat mogen anderen beoordelen.” Uit zijn woorden is op te maken dat hij zichzelf een krappe voldoende gunt. Wij noteren een 6.

Robert Gesink: geen cijfer

In zijn (nieuwe) rol als wegkapitein in een grote ronde was Robert Gesink goud waard bij LottoNL-Jumbo. In de eerste week nam hij in dienst van sprinter Groenewegen meermaals het peloton op sleeptouw en in de bergen stond hij paraat voor klassementsmannen Kruijswijk en Primoz Roglic. Als hoogtepunt noemt Gesink de eerste overwinning van Groenewegen. “Vanaf toen waren we vertrokken.”

Gesink wilde over zijn rapportcijfer nog een nachtje slapen. In het feestgedruis in Parijs hebben we hem niet meer getroffen. Met drie ritzeges en een vierde (Roglic) en vijfde (Kruijswijk) plek in de algemeen klassement was er alle aanleiding voor een feestje bij LottoNL-Jumbo.

Antwan Tolhoek: 8

“Persoonlijk heb ik een supermooie Tour gereden. Met de ploeg hebben we drie keer gewonnen en eindigen we als vierde en vijfde in het klassement. Ik kan mezelf bijna geen beter debuut voorstellen. In de bergen heb ik tot diep in de finale met de klassementsmannen mee te kunnen gaan. Dat geeft veel vertrouwen en dat is ook mijn hoogtepunt. Ik heb al een aantal seizoenen bergop een goed niveau laten zien, maar dat was nog niet in de Tour. Ik ben blij dat ik niet meer op school zit, maar met een 8 ben ik dik tevreden.”

Laurens ten Dam: 7,5

De Tour de France stond niet op de planning van Laurens ten Dam, maar door het afhaken van de geblesseerde Wilco Kelderman werd Ten Dam als vervanger opgeroepen voor La Grande Boucle. “Ik ben wel tevreden met hoe het is gegaan als invaller. Gezien het aantal koersen en mijn voorbereiding was mijn niveau bergop goed. Qua niveau zat ik op mijn plek. Het is altijd goed als je heelhuids de finisht haalt. Ik ben één keer gevallen toen ik over Groenewegen heen reed en hij zijn voorvork brak. Qua persoonlijke hoogtepunten was het een vrij vlakke Tour. Bocht 7 op Alpe d’Huez was wel een kippenvel momentje. Als eindcijfer is een 8 net iets te hoog. Ik geef mezelf een 7,5.”

Wout Poels: 7,5

Team Sky heeft met Geraint Thomas opnieuw de winnaar van de Tour in haar rangen. Bovendien verovert de Britse succesformatie met Chris Froome ook nog de derde plek. Wout Poels mag opnieuw met trots terugkijken op een voor zijn ploeg succesvolle drieweekse door Frankrijk. Op zijn eigen prestatie is hij enigszins kritisch. “Dit was niet mijn allerbeste Tour die ik met de ploeg heb gereden. Ik heb gelukkig wel mijn steentje kunnen bijdragen op belangrijke momenten. En als een ploeggenoot uiteindelijk wint, is dat natuurlijk helemaal mooi.”

“Het mooist is om als laatste man te rijden voor de kopmannen. We hadden nu een heel sterke Bernal en Kwiatkowski, dus dan schuif je wat terug in de rang. Desalniettemin ben ik heel tevreden. Ik geef mezelf een 7,5. Met een 10 zou ik zelf de Tour winnen, een 9 is op het podium eindigen en een 8 is heel goed in de bergen rijden”, verklaart Poels met een knipoog zijn oordeel.

Tom-Jelte Slagter: 7,5

“Dit was qua parcours en niveau een van de zwaarste rondes die ik heb gereden”, vertelt Tom-Jelte Slagter. “Achteraf gezien ben ik tevreden met mijn niveau. Ik heb iets van vijf keer meegezeten met de juiste ontsnapping, maar ik bleef nooit echt met de beste klimmers over. Dat kon ik vooraf ook niet verwachten, want dat is mijn specialiteit niet. Maar jammer is het wel.”

“Mijn taak deze Tour was meegaan in de ontsnappingen en in de sprintritten werken voor de sprinters. Ik weet dat de ploeg tevreden is over mijn prestaties deze Tour dus als cijfers geef ik een 7 á 7,5. Je streeft naar een 10, maar dit is nu mijn plek. Als ik in de toekomst mee kan doen om de ritzege wordt het een 10.”

Marco Minnaard: 7,5

“Als ik het vergelijk met vorig jaar is mijn conditie veel verbeterd. Dit jaar heb ik ook minder slechte dagen gekend. Mijn rol deze Tour was echter heel anders dan de vorige keer. Ik heb me volledig weggecijferd voor Guillaume Martin. Op veel momenten ben ik er voor hem geweest. Hij wordt uiteindelijk 21^e terwijl ons doel top-20 was. We zijn daar dus heel dichtbij geweest.”

“Ik denk dat we kunnen terugkijken op een heel geslaagde Tour. Mijn persoonlijke hoogtepunt was de ontsnapping op 14 juli. Dat was fantastisch met al dat Franse volk langs de kant op de nationale feestdag. Hoewel ik het niet moet hebben van vlakke ritten heb ik die dag mijn kans gegrepen om in de aanval te trekken. Persoonlijke prestaties heb ik deze Tour nauwelijks kunnen leveren, maar wel goed werk gedaan voor onze kopman. Ik geef mezelf een 7,5. Die 2,5 punt laat ik liggen op een mooie uitslag.”

Koen de Kort: 8

“Het is moeilijk om mezelf af te rekenen op het mislukte klassement van Mollema. In de eerste week was ik continu bij hem en heeft hij geen tijd verloren, zelfs niet door een valpartij in Roubaix. De eerste tien dagen waren mijn taak en daar scoor ik denk ik 10/10. Helaas was Bauke, door die val, de rest van de Tour niet goed genoeg voor een klassement, want rijd hij hier top-5 dan geef ik mezelf misschien wel een 10. Ik heb ook nog een keer meegezeten en ook toen weer geholpen, net als in de sprints. Natuurlijk zijn er altijd verbeterpuntjes vandaar dus geen 10, maar al met al ben ik heel tevreden.”

Niki Terpstra: 7

De rit naar Roubaix had dé dag voor Niki Terpstra moeten worden. Het werd uiteindelijk een kleine nachtmerrie. Aan de gevolgen van een valpartij hield hij klachten over aan zijn hoofd en heup. In de dagen na Roubaix werd het vooral overleven en afzien. “De tweede week was moeilijk voor mij. Ik had serieus last van mijn heup. Als je drie weken hard fietst is de kans groot dat je een keer op je plaat gaat.”

“Maar als ploeg hebben wij een top Tour gehad met ritoverwinningen en de bolletjestrui. Voor deze Tour geef ik mezelf een 7.”

Ramon Sinkeldam: 8

“Deze Tour was het mijn werk om de sprints aan te trekken voor Arnaud Démare. Ik ben er op één keer na alle keren geweest dus dat is wel een 8 waard. Uiteindelijk is mijn werk niet waardeloos, maar het moet wel worden afgemaakt. Als dat gebeurt, ben je helemaal tevreden. Alleen gebeurt dat niet altijd. Ik kan mijn werk perfect doen, maar de sprinter moet het afmaken. Uiteindelijk zijn wij wel een van de weinige sprinters die de bergen hebben overleefd. In de sprints was ik fysiek goed, maar bergop was het minder. Bergop was het een 3,5”, lacht Sinkeldam.

Timo Roosen: 7

foto: WielerFlits

Timo Roosen is sinds dit seizoen de vaste lead-out man van Dylan Groenewegen. In de eerste week van de Tour was hij van grote waarde voor zijn sprinter. Zijn voorbereidende werk werd bekroond met twee sprintzeges van Groenewegen. Echter een valpartij de dag voor de Roubaix-rit maakte de Tour een stuk zwaarder voor Roosen. “In de Alpen heb ik zware dagen gekend. Dat was echt overleven doordat ik in de Roubaix-rit mijn knieën en rug kapot had gereden op de kasseistenen. Daardoor kon ik in de bergen weinig doen, daar had ik het graag beter willen zijn. Mijn hoofdtaak waren de sprints en dat is, met twee sprintzeges van Groenewegen, goed gelukt. Welk cijfer ik mezelf geef? Met een 7 kan ik leven. Al probeer ik altijd te gaan voor een 10.”