Tour 2024: Voorbeschouwing etappe 3 naar Turijn – De eerste kans voor de sprinters
Op dag drie van de Tour de France zullen de sprinters goedgemutst uit bed stappen. De renners koersen in 229 kilometer van Piacenza naar Turijn, waar een massasprint de meest waarschijnlijke uitkomst is. We blikken vooruit!
[unibet id=”1021113993″ link=”https://rebrand.ly/unibet-tdf24-etappe3″ title=”Tour 2024: Wie wint de derde etappe?”]
Parcours
De startlocatie van etappe drie staat in Italië ook beter bekend als La Primogenita, ofwel de eerstgeborene. Piacenza, dat op z’n Frans Plaisance wordt genoemd, wordt namelijk gezien als een van de eerste steden van het koninkrijk Italië, toen Italië in 1861 werd verenigd onder koning Victor Emanuel II. Tegenwoordig is Italië echter een republiek en is Piacenza meer bekend vanwege stadsgenoten als Giorgio Armani of oud-voetballer Filippo Inzaghi.
De plaats van aankomst is een stad met vele gezichten. Bovenal kent Turijn, hoofdstad van de regio Piëmont, vanwege haar Romeinse historie indrukwekkende architectuur en kunst. Maar ook op muzikaal vlak stond de stad recentelijk in de spotlights. Het Eurovisie Songfestival werd er in 2022 gehouden, waar Oekraïne er met de winst vandoor ging.
Daarnaast blinkt de stad ook op sportief vlak uit. De Olympische Winterspelen van 2006, voetbalclubs Juventus en Torino en de finish van de eeuwenoude semi-klassieker Milaan-Turijn zijn namelijk allemaal verbonden aan deze stad. De wielerkoers wordt al sinds 1876 georganiseerd en is daarmee de oudste klassieker ter wereld.
Milaan-Turijn eindigde drie van de laatste vier edities in een massasprint. Deze uitkomst lijkt ook in de Tour het meest waarschijnlijk voor de derde etappe richting Turijn. Hoewel de route drie gecategoriseerde klimmetjes kent, hoeven de sprinters maandag niet te vrezen. Wie van hen slaat de eerste slag in de strijd om de groene trui?
Maandag 1 juli, Etappe 3: Piacenza – Turijn (229 km)
Start: 11.35 uur
Finish: tussen 16.55 en 17.30 uur
Favorieten
Zes massasprints, vier overwinningen: er stond in de Tour de France van vorig jaar bijna geen maat op Jasper Philipsen. De buitenlandse pers kwam dan ook superlatieven tekort om de prestaties van de renner van Alpecin-Deceuninck te omschrijven. ‘Op de rand van perfectie.’ ‘Een veelvraat, de nieuwe sprintreus.’ ‘Een nieuwe les voor de concurrentie van de grote meester.’ ‘De koning van de sprint’. De razendsnelle Belg werd vanuit allerlei kanten bedolven onder superlatieven.
Maar: in het wielrennen is er nauwelijks tijd om stil te staan bij in het verleden behaalde resultaten. Je bent zo goed als je laatste koers: dit geldt ook voor Philipsen. De Vlam van Ham hoopt zich de komende weken weer te ontpoppen tot de snelste man op twee wielen, tot de koning der massasprints, maar de concurrentie is klaar om hem te onttronen.
In aanloop naar de Tour de France zette Philipsen in eigen land (Baloise Belgium Tour en BK) de puntjes op de i. Met een zege in Scherpenheuvel-Zichem deed hij het nodige vertrouwen op. In de overige twee sprintritten werd hij dan weer geklopt door zijn landgenoot Tim Merlier, die er niet bij is in deze Tour. Op het BK moest hij dan weer zijn meerdere erkennen in Arnaud De Lie.
Dit is voor Philipsen echter geen reden tot zorg, laat staan paniek. “Op zich zit alles goed richting de Tour. We hebben onze lead out op de rails gekregen, iedereen weet wat hij moet doen. Het is zien dat ik nu op mijn beste niveau geraak”, vertelde Philipsen na zijn tweede sprintnederlaag in de Baloise Belgium Tour. “De groene trui en ritzeges zijn het doel, daar gaan we ons best voor doen.”
Er is Philipsen dus veel aan gelegen om goed uit de startblokken te komen en meteen toe te slaan in de eerste de beste sprinterskans. Wat in zijn voordeel spreekt, is dat hij kan rekenen op de (op papier) sterkste sprinttrein in deze Tour. Aan Gianni Vermeersch, Axel Laurance, Søren Kragh Andersen, Robbe Ghys, Jonas Rickaert en – last but not least – Mathieu van der Poel de taak om Philipsen naar zeges te piloteren. Zien we maandag een eerste keer de sprinttrein van Alpecin-Deceuninck in volle glorie aan het werk?
Met Tim Merlier, Olav Kooij en Jonathan Milan zijn er enkele grote sprintafwezigen in de Ronde van Frankrijk, maar dit mag de pret niet drukken. Er zijn nog genoeg kapers op de kust, klaar om Philipsen het vuur aan de schenen te leggen. Misschien krijgen we wel een eerste België versus Nederland op sprintgebied, want met Dylan Groenewegen en Fabio Jakobsen mogen de Nederlandse wielerfans dromen van ritwinst.
We verwachten zeker iets van Groenewegen, aangezien de 31-jarige coureur in aanloop naar de Tour mooie resultaten liet optekenen. Met een ritzege in de Ronde van Slovenië wist Groenewegen een eerste visitekaartje af te geven en de sprinttroef van Jayco AlUla liet vervolgens op het NK wielrennen nogmaals zien dat het met de vorm wel snor zit. Met een indrukwekkende aanzet veroverde hij in Arnhem voor de tweede keer in zijn carrière de rood-wit-blauwe trui.
Kortom: Groenewegen koerst momenteel rond met het nodige zelfvertrouwen en is klaar om weer eens te zegevieren op het allerhoogste niveau. Voor zijn laatste zege op WorldTour-niveau moeten we namelijk terug naar begin 2023, toen hij de snelste was in de vijfde etappe van de UAE Tour. Hij krijgt in zijn jacht op Tourritzeges steun van Luke Durbridge, Christopher Juul-Jensen, Elmar Reinders, laatste man Luka Mezgec en joker Michael Matthews. Die laatste zal zich normaal wegcijferen voor Groenewegen, maar kan natuurlijk ook zelf sprinten, mocht er onderweg iets gebeuren met de kopman.
De tweede Nederlandse sprinter die de derde etappe naar Turijn heeft aangekruist, is Fabio Jakobsen. Voor de 27-jarige renner telt maar één ding deze Tour de France: een etappe winnen. De kopman van dsm-firmenich PostNL heeft na een tegenvallend voorjaar en een teleurstellende Giro d’Italia zijn trainingen aangepast, in de hoop beter voor de dag te komen in de sprints. “We hebben wat accenten veranderd, al is dat vooral praten voor de camera”, vertelde hij in aanloop naar de Tour aan WielerFlits. “We gaan zien of het wat gedaan heeft.”
“Vier, vijf weken is veel, maar ook weer niet”, doelt hij op de periode na zijn opgave in de Giro. “We zijn hier met een sterke ploeg, maar het blijft de Tour. “Ik sta hier wel met meer vertrouwen dan toen voor de start van de Giro”, is de rappe man uit Heukelum hoopvol. “Zeker na het voorjaar had ik wel wat vragen, maar qua gevoel zaten we er niet ver vanaf. […] Ik sta hier nu in de beste vorm van het hele jaar. Ik ben goed getraind en fris, hier moet het gebeuren.”
Team dsm-firmenich PostNL heeft – ondanks de mindere resultaten – nog altijd vertrouwen in zijn aanwinst. Met John Degenkolb, Nils Eekhoff en Bram Welten heeft Jakobsen dan ook een sterke sprinttrein tot zijn beschikking. Hoeveel last valt er van zijn schouders als hij die etappe wint? “Dan krijg je wel bevestiging dat we een stap hebben gezet in de goede richting, dat het in grote lijnen staat. Dat is maandag te zien. Ik mis hier en daar nog een procent of 2, maar als je het bij elkaar optelt is het soms 10 procent. Dan is het gat tussen winst en verlies opeens groter.”
Het is in de eerste sprintersrit van deze Tour de France niet alleen uitkijken naar de rappe mannen uit de Lage Landen. Er staan ook de nodige ‘buitenlandse’ sprinttoppers aan het vertrek. Lidl-Trek trekt – net als de voorbije jaren – de kaart Mads Pedersen. De oersterke Deen heeft misschien niet de intrinsieke snelheid om mannen als Philipsen en Groenewegen te vloeren, maar wist deze mannen in het verleden wel het vuur aan de schenen te leggen. Het is voor de oud-wereldkampioen van belang om kort te eindigen, aangezien hij een doel heeft gemaakt van de groene trui.
Nu we toch in de Scandinavische hoek zitten: Uno X-Mobility heeft met Alexander Kristoff misschien wel een kandidaat-winnaar in de gelederen. Voor zijn laatste Tourritzege moeten we toch alweer vier jaar terug in de tijd, naar de corona-editie van 2020, maar Kristoff is op zijn 36ste nog altijd een renner om rekening mee te houden. De machtssprinter boekte in de weken voor de Tour de nodige overwinningen. Weliswaar op een iets lager niveau, maar het laat toch zien dat de winnaar van Milaan-San Remo en de Ronde van Vlaanderen nog allerminst versleten is.
Kristoff mag over een paar dagen 37 kaarsjes uitblazen, maar is niet de oudste sprinter in dit Tourpeloton. Zijn generatiegenoot Mark Cavendish is namelijk nog twee jaar ouder. De Britse sprintlegende vierde in mei zijn 39ste verjaardag, maar Cavendish is still going strong. Akkoord, de renner van Astana Qazaqstan is niet meer de gevreesde sprinter van weleer, die in één Tour goed was voor vijf, zes of zelfs zeven ritoverwinningen. Maar Cavendish kan af en toe – als alles puzzelstukjes in elkaar vallen – nog verrassend snel uit de hoek komen.
Cavendish hoopt dat de sprintsterren de komende weken nog één keer goed staan. Hij is klaar voor zijn afspraak met de wielergeschiedenis. De Brit doet dit jaar een nieuwe – en meteen laatste – poging om zijn 35ste etappezege in de Tour de France te behalen en zo alleen-recordhouder te worden. Cavendish deelt het ritzegerecord in de Ronde van Frankrijk nu nog met Eddy Merckx. Beiden wisten 34 etappes te winnen in de Tour. Cav heeft dus nog slechts één etappe nodig, om een stukje wielergeschiedenis te schrijven.
“Het verhaal rond die 35e ritzege is mooi. Voor de sponsors, voor de fans en voor de media. Maar ook voor mezelf als wielrenner en atleet is het leuk. Het is een doel”, steekt Cavendish zijn ambities niet onder stoelen of banken. “Het geeft me de motivatie om elke dag opnieuw op mijn fiets te stappen. Ik wil 36, 37, zelfs 40 ritten winnen”, blijft hij onverminderd ambitieus. Om zijn droom waar te maken, kan hij rekenen op een sterke lead-out met Yevgeniy Fedorov, Davide Ballerini, Cees Bol en Michael Mørkøv. Is Cavendish alweer voldoende hersteld van zijn jour sans op weg naar Rimini?
We zijn er nog niet, want wat doen we met de winstkansen van de overige Belgische sprinters? Arnaud De Lie zal in zijn Belgische tricolore trui hoe dan ook opvallen, maar kan hij zich ook mengen in het sprintgeweld? De renner van Lotto Dstny – bezig aan zijn eerste Tour – komt normaal beter tot zijn recht in uitgedunde groepssprints. De Lie wil zich in een hectische finale weleens laten wegdrummen, waardoor hij van te ver moet komen. De Belgische kampioen blijft dan ook bescheiden. “Het is mijn eerste Tour, het is al een heel iets dat ik kan meedoen.”
“Dat ik Jasper Philipsen heb kunnen kloppen in Zottegem, is geweldig. Maar de Tour is een andere koers met een ander niveau. Gelukkig heb ik een goede trein. Dat is nodig in de Tour. Je hebt echt mannen nodig die je brengen, want alleen een massasprint doen is echt lastig. Ik heb Cédric Beullens en Jarrad Drizners voor de slotkilometers, waarbij Cédric als mijn laatste man moet fungeren. Daarvoor kunnen Brent Van Moer en Sébastien Grignard hun duit in het zakje doen”, staat de 22-jarige Waal stil bij zijn sprinttrein.
Een andere Belg die de verwachtingen probeerde te temperen, is Wout van Aert. De negenvoudig ritwinnaar in de Tour wist zichzelf na zijn zware valpartij in Dwars door Vlaanderen op tijd klaar te stomen voor de Ronde van Frankrijk, maar vond het moeilijk om zichzelf in te schatten. “Het is ook moeilijk voor mij om de juiste verwachtingen uit te spreken. Wat wel zeker is: ik sta hier in de slechtste vorm aan de start van alle Tours die ik al gereden heb. Het is echt afwachten en zien wat dit niveau waard gaat zijn in de Tour.”
Daar was in het openingsweekend weinig van te merken, want Van Aert werd in de eerste – zeer veeleisende – etappe meteen derde. Het zorgde na de finish voor de nodige emoties, maar bovenal vertrouwen voor de komende ritten. Of hij zich gaat mengen in de massasprints, laat de Belg voorlopig in het midden. “Vorige week heb ik geprobeerd mee te sprinten tijdens het Belgisch kampioenschap op de weg, maar dat werkte niet goed. Je moet echt in topvorm zijn wil je jezelf daarin mengen”, aldus Van Aert, die in 2022 nog op een glansrijke manier de groene puntentrui wist binnen te halen.
Verder houden we in een sprint zeker rekening met de snelle Duitser Phil Bauhaus van Bahrain Victorious, die vorig jaar al behoorlijk dicht was bij een eerste Tourzege. Sam Bennett won in het verleden al Tourritten en de Ier van Decathlon AG2R lijkt na enkele mindere jaren weer klaar om een hoofdrol te vertolken op het grootste toneel. De Fransen hopen op een uitschieter van Arnaud Démare (Arkéa-B&B Hotels) of Bryan Coquard (Cofidis), terwijl Fernando Gaviria (Movistar) de Colombiaanse sprinteer moet hooghouden.
Tot slot noteren we de namen van Nederlanders Danny van Poppel (BORA-hansgrohe) en Marijn van den Berg (EF Education-EasyPost), Duitser Pascal Ackermann (Israel-Premier Tech) en het sprintduo van Intermarché-Wanty: Biniam Girmay en Gerben Thijssen. Voor de rit van maandag schuiven we Thijssen naar voren, aangezien de Belg over net iets meer intrinsieke snelheid beschikt. De Belgische formatie zal in de vlakke sprintritten dan ook zijn kaart trekken.
Favorieten volgens WielerFlits
**** Jasper Philipsen
*** Dylan Groenewegen, Mads Pedersen
** Wout van Aert, Phil Bauhaus, Arnaud De Lie
* Fabio Jakobsen, Mark Cavendish, Alexander Kristoff, Gerben Thijssen
Weer en TV
Wanneer de wielrenners naar het noorden trekken – met de route naar Turijn – neemt de kans op regen toe. Momenteel is de verwachting dat de renners maandag in Turijn met enkele buien te maken krijgen. Dit gaat gepaard met een hoge luchtvochtigheid. Het kwik stijgt in de middaguren naar een graad of 23. De zwakke wind zal geen rol van betekenis spelen.
De derde etappe van de 111e Tour de France is van start tot finish live te zien bij Eurosport.nl, HBO Max en Discovery+. Sporza en de NOS schakelen later in. Voor de exacte uitzendtijden kun je altijd terecht in onze tv-gids Wielrennen op TV.
WielerFlits komt tijdens de Tour de France dagelijks met een voorbeschouwing op de 21 etappes. In die vooruitblik wordt het parcours extra geduid en wijzen we, zoals jullie van ons gewend zijn, tien favorieten voor de dagzege aan.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.