Dylan van Baarle is, naast Niki Terpstra, de enige Nederlander die zich de afgelopen twee jaar in de top 10 van de Ronde van Vlaanderen reed. Van Baarle eindigde als zesde in 2016, vorig jaar als vierde, maar gaf ons dit seizoen vooralsnog geen signalen dat een evenaring van die prestaties er komende zondag inziet. WielerFlits vroeg na de persconferentie van Sky aan Van Baarle hoe hij zich voelt.

“Ik voel me klaar voor de Ronde van Vlaanderen”, stelt Van Baarle zijn supporters gerust. “Ik besef dat ik vorig weekend in de E3 Harelbeke en Gent-Wevelgem en ook in het openingsweekend niet mijn beste uitslagen heb gereden. Ik had nooit echt dat goede gevoel, en daarom ben ik nu een aantal dagen naar huis teruggekeerd. Zo kon ik wat fysieke en mentale rust nemen in aanloop naar de Ronde van Vlaanderen. Dat heeft mij deugd gedaan. Ik denk dat ik nu frisser en scherper ben.”

Van Baarle maakte dat scenario ook twee jaar geleden mee. “Ook toen kende ik niet zo’n heel goede aanloop. Ik ben dan na Gent-Wevelgem een aantal dagen naar huis gegaan en stond er toen toch weer in de Ronde. Daarom dat ik nu datzelfde recept heb toegepast. Of mijn mindere prestaties tot dusver misschien met de ‘meer trainen, minder koersen’-aanpak van Sky te maken heeft? Dat zou mij eerlijk gezegd verbazen. Ik heb niet eens zo veel minder competitie in de benen dan bijvoorbeeld vorig jaar.”

Kwiatkowski
Een opvallende pion aan de zijde van Van Baarle, is alleskunner Michal Kwiatkowski. Wat verandert zijn aanwezigheid in de selectie voor de 25-jarige Nederlander? “Dat ik misschien iets minder druk op mijn schouders krijg, denk ik. Hij mag van mij gerust de kopman zijn, omdat hij al zoveel bewezen heeft in de grote klassiekers. Ik heb eigenlijk nog nooit bewezen dat ik effectief een klassieker kan winnen en moet dus ook geen grote mond opzetten. Ik denk dat ik zelfs beter kan functioneren in een vrijere rol.”

“Vorig jaar was de Ronde natuurlijk een prachtige koers voor mij, met een vierde plaats als prachtig resultaat. Ik kijk er dus enorm naar uit om daarnaar terug te keren”, sluit Van Baarle af. “Als ik wil meedoen voor de prijzen, zal ik net als vorig jaar moeten anticiperen. We hebben verschillende renners die al vroeg kunnen openen en hopelijk rendeert dat dan. Ik ben zeker niet aan mijzelf gaan twijfelen.”