Veni vidi Vos: 250 overwinningen op de weg van Marianne Vos in statistieken
In veel andere sporten hebben ze het over de GOAT, in het wielrennen spreken we van de Vos. Haar overwinning in Dwars door Vlaanderen betekende 250ste overwinning op de weg in de carrière van Marianne Vos. Een schitterende mijlpaal voor de beste wielrenster aller tijden die gevierd mag worden. WielerFlits neemt met veel plezier een duik in de statistieken.
Voor we beginnen aan de statistieken is een van de grote vragen: heeft Vos daadwerkelijk haar 250ste overwinning gepakt? Daar is geen eenduidig antwoord op te geven. Als je nationale koersen, criteriums en jeugdwedstrijden ook allemaal opschrijft, kun je vast een afspraak plannen met de huisarts om je op RSI te laten testen, zoveel zijn het er.
250 of 252?
Maar zelfs als we, zoals in het geval van dit artikel, alleen de UCI-koersen op de weg bij de eliterensters meerekenen is er nog een dilemma. Want sommige (digitale) archieven komen uit op 252 zeges, terwijl we hier vrolijk praten over 250.
Vanwaar deze discrepantie? De Europese kampioenschappen wielrennen kent pas sinds 2016 een wedstrijd voor elite-vrouwen, maar daarvoor was er een wedstrijd voor U23-rensters, twee keer gewonnen door La Vos.
Het EK Wielrennen van 2006 vond plaats op 15 juli, zeventig dagen voor Vos de wereldtitel pakte bij de profs. Ze rekende in Valkenburg af met Tatiana Guderzo. Een jaar later was Vos te snel voor Marta Bastianelli en Rasa Leleivyte in het Bulgaarse Sofia. Mooie zeges tegen zeker niet de minste namen, maar het zou onterecht zijn om deze wedstrijden mee te nemen. Nu zien we koersen voor onder 23-rensters immers ook niet als profzeges.
Foutmarge, en wat met de rest?
Daarnaast kunnen we ook niet voor de volle honderd procent bouwen op de diverse statistiekensites. Hoe handig ze ook zijn, het blijft mensenwerk, en geen mens is zonder fouten. Een voorbeeld: over het aantal ritzeges van Vos in de Giro bestond rond haar dertigste ritzege enige verwarring bij enkele veelgebruikte naslagwerken. Sommigen hadden de administratie wel op orde, maar er waren er ook die een ritzege of twee waren vergeten..
Dit is intussen wel hersteld, maar, om met Abraham Lincoln te spreken, het illustreert dat we er niet blindelings vanuit mogen gaan dat alle getallen op het internet kloppen. Ook al omdat niet alle resultaten, zeker in de begindagen van Vos’ carrière, even goed zijn gearchiveerd. Om nog maar te zwijgen over de decennia daarvoor.
Desondanks kunnen we, na een serieus stukje grasduinen, met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid stellen dat Vos 250 overwinningen op UCI-niveau op de weg heeft gepakt. Dat zullen er in ieder geval niet minder zijn, hoogstens een of twee meer.
En als je alles mee gaat rekenen, wat dan? Als we alle andere fietsen waarop ze successen boekte ook nog meerekenen gaan we dik over de vierhonderd. Gaat natuurlijk hard met meer dan honderd overwinningen in de cross en nog een aantal aansprekende zeges op de baanfiets. En laten we maar helemaal niet beginnen aan alle mogelijke nevenklassementen…
Verdeling
Vos heeft al op alle terreinen al toegeslagen. Ze heeft bergetappes naar zich toe getrokken, maar ook op ’s werelds vlakste wegen kan ze prima uit de voeten. Dagje waaieren? Geen probleem. Kasseien? Kan ze. Tijdrijden? Kan ze, zeker in haar meest dominante jaren. Hellinkje opknallen? Maar natuurlijk.
Rit-in-lijn etappekoers: 136
Tijdrit etappekoers: 20
Klassement etappekoers: 28
Losse tijdritten: 2
Van een groot deel van die overwinningen zijn helaas geen beelden te vinden. Gelukkig zijn er ook triomfen die in het geheugen gegrift staan. Denk aan die olympische titel en die wereldtitels. Vergeet ook de zeges in La Course en de Tour de France Femmes niet, net als vele successen in de Giro en andere koersen op topniveau. Soms in een massasprint, dan weer nipt voor het peloton uit. En in de laatste meters iemand voorbij knallen is ook niets vreemds voor Vos.
2011 is Vos’ succesvolste jaar
De meeste wielrensters zijn al trots op het winnen van één UCI-wedstrijd. En niet onterecht, want dat is lang niet iedereen gegeven. Dat Van Vleuten, die zonder twijfel bij de allerbeste wielrensters ooit mag worden geschaard, in het slot van haar roemrijke carrière aan de honderd zeges kwam, is zeer bijzonder. Je hebt echter altijd baas boven baas en dat gaat in dit geval zeker op voor Marianne Vos.
Sinds het begin van haar overstap naar de eliterensters wist ze, ondanks dat Vos toch ook haar portie pech wel heeft gehad, slechts in één seizoen geen enkele UCI-koers op de weg wist te winnen. Dat was in 2015, in een periode waarin het lichaam van Vos heel hard op de rem trapte. Slechts twee koersdagen op de weg reed ze dat jaar, al wist ze het in haar eigen Marianne Vos Classic nog wel ‘gewoon’ bijna af te maken. Ondanks een gebroken rib moest ze enkel Chloe Hosking voor zich dulden.
Om maar te zeggen: Vos wint veel, maar dat wist u al. Veruit de meeste wegkoersen won ze in 2011, toen ze liefst 31 (!) keer triomfeerde op de wegfiets. En als we alles meerekenen komen we op 48 overwinningen. 2 wereldtitels, 3 nationale titels, 14 veldritten, 2 nationale wedstrijden, 3 wereldbekermanches op de weg, 4 etappekoersen, 1 grote ronde.
Nu jullie weer.
Vos is het succesvolst in juli
Marianne Vos behoort tot het selecte gezelschap coureurs die in elke maand een UCI-wedstrijd heeft gewonnen, als we alle fietsen meerekenen waar ze op heeft gereden. Daarin is ze niet alleen, want ook onder anderen Kirsten Wild en Lucinda Brand presteerden dit in hun carrière, maar het blijft natuurlijk bijzonder.
Als we enkel naar we de weg kijken, en dat doen we in dit artikel, heeft ze acht van de twaalf maanden afgevinkt. Ook niet slecht. Onlangs nog februari, met een spectaculaire debuutzege in de Omloop Het Nieuwsblad. Juli, goed geholpen door 32 ritzeges en drie eindzeges in de Giro, spant de kroon met liefst 55 overwinningen. Vos boert daarnaast uitstekend in mei (48) en ook in juni mocht ze al meer dan veertig keer juichen.
Vos heeft al 58 zeges op Wereldbeker- en WorldTour-niveau
Sinds 1998 vormt de Wereldbeker de belangrijkste reeks koersen voor het vrouwenpeloton. In 2016 werd deze ingewisseld voor de Women’s WorldTour, waarmee ook etappekoersen tot de topdivisie zijn gaan behoren.
Hierdoor is het de laatste jaren een stuk ‘eenvoudiger’ geworden om koersen op hoogste niveau te winnen, omdat er simpelweg steeds meer wedstrijddagen zijn. Zo waren er in 2023 liefst 89 kansen. Maar als we enkel meerekenen Women’s WorldTour-koersen staat Vos in de ranglijst aller tijden nog altijd op een met Lorena Wiebes gedeelde plek twee met 39 overwinningen, niet ver achter Annemiek van Vleuten (46).
In die wetenschap zegt het aantal wereldbekerzeges op haar palmares, dus voor 2016, nog meer. 19 wereldbekeroverwinningen staan er in totaal op haar palmares, en dat met slechts een wereldbeker of negen à tien per seizoen. In 2013 waren er zelfs maar acht wereldbekers, waaronder een ploegentijdrit. Desondanks wist Vos er vijf van de acht te winnen; een record voor de meeste wereldbekerzeges per seizoen, zowel absoluut als percentueel.
Marianne Vos 2013: 5/8 (62,5%)
Marianne Vos 2012: 3/8 (37,5%)
Petra Rossner 2002: 3/9 (33,33%)
Nicole Cooke 2003: 3/9 (33,33%)
Marianne Vos 2011: 3/9 (33,33%)
Marianne Vos 2009: 3/10 (30%)
Lizzie Armitstead (Deignan) 2015: 3/10 (30%)
Overigens won Vos zowel het klassement van de Wereldbeker (2007, 2009, 2010, 2012, 2013) als de Women’s WorldTour (2019), hetgeen enkel Annemiek van Vleuten ook kan zeggen. Vijf eindzeges in de wereldbeker is eveneens een record.
Daarnaast bezit Vos het record voor het aantal overwinningen in dezelfde wereldbekerwedstrijd. Ze was immers vijf keer de beste in de Waalse Pijl, en daarmee troeft ze de gewezen Duitse grootheid Petra Rossner (vier keer winst in de Liberty Classic) en de Canadese Geneviève Jeanson af (vier keer winst in Montréal). Als we ook WorldTour-koersen in dit statistiekje meerekenen, dan heeft enkel Anna van der Breggen (nog een grootheid) het beter gedaan dan Vos, met zeven achtereenvolgende zeges in de Waalse Pijl.
Vos wint 11 kampioenschappen
Een van Vos’ twee olympische titels behaalde ze tijdens een drijfnatte wegwedstrijd in Londen en omgeving, die ander op een Chinese wielerbaan. Drie keer werd Vos wereldkampioene op de weg. In 2006 voor het eerst in Salzburg, na vijf opeenvolgende zilveren plakken (nog maar eens een unicum) zou ze ook nog in Valkenburg en Florence triomferen. Op Europees niveau zijn de twee beloftentitels die niet meetellen al genoemd, maar ze wist het EK ook bij de profs een keer te winnen. Daar zullen ze in Herning (2018) nog altijd best wel trots op zijn.
En daar komen nog een paar titels bij, maar dan op nationaal niveau. Zowel in 2010 (Oudenbosch) als in 2011 (Veendam) pakt ze de tijdrittitel en daar komen nog vier wegtitels bij. In 2006 (Maastricht), 2008 (Ootmarsum), 2009 (Landgraaf) en 2011 (opnieuw Ootmarsum) hebben ze Vos een rood-wit-blauwe trui om mogen doen. Haar slechtste uitslag op een NK op de weg? Een achtste plaats in 2021. Verder altijd vierde (2x), derde (4x) of tweede (x5). Of eerste dus.
Vos’ langste winstreeks is acht overwinningen op rij
Wie vaak wint, wint vaak ook enkele keren op rij. In het geval van Vos is dat niet anders. Zo slaagde ze er al tweemaal in om alle etappes in een etappekoers op haar naam te schrijven. In 2007 deed ze dat voor het eerst in de driedaagse Giro di San Marino, elf jaar later lukte het nogmaals in de Ladies Tour of Norway, een koers waarin Vos sowieso overwinningen pakt alsof het warme broodjes zijn.
Opvallend genoeg komen die koersen niet terug in de langste winstreeks van Vos. Want die vond plaats in 2011 (hetgeen dan weer niet heel verrassend is). Achtereenvolgens noteren we overwinningen in het Festival Elsy Jacobs, de GP Nicolas Frantz, de Dorpenomloop Aalburg, Gooik-Geraardsbergen-Gooik, GP Ciudad de Valladolid, Durango-Durango en de eerste twee ritten van de Emakumeen Bira. Geen wedstrijden tegen de bakker en de slager op de hoek, maar stuk voor stuk koersen met een serieus startveld.
Dit aantal had overigens nog veel hoger kunnen zijn als Vos even daarvoor de Omloop van Borsele had gewonnen. Daarbij werd ze in etappes drie en vier van de Bira werd ze ook ‘gewoon’ tweede. Als ze die ook allemaal had gewonnen, en ze had zich in de Ster Zeeuwsche Eilanden niet een dag laten verrassen door een groepje vluchters, dan had de reeks van 14 april tot en met 1 juli geduurd, met daarin 24 overwinningen.
Ach, een kniesoor die erop let.
8 (2011): Festival Elsy Jacobs, GP Nicolas Frantz, Dorpenomloop Aalburg, Geraardsbergen-Gooik, GP Ciudad de Valladolid, Durango Durango, Emakumeen Bira (etappe 1 en 2)
7 (2014): Women’s Tour (etappe 3, 4, 5 + eindklassement), Dorpenomloop Aalburg, Geraardsbergen-Gooik, Durango-Durango
7 (2019): Ladies Tour of Norway (etappe 2, 3, 4 + eindklassement), Tour Feminin de l’Ardèche (etappe 1, 2 + 3)
7 (2007): Van 21 april tot en met 12 mei. Ronde van Gelderland, Waalse Pijl, Giro di San Marino (proloog, etappe 1, 2 + eindklassement), Omloop van Borsele
5 (2011): Rabo Ster Zeeuwsche Eilanden (etappe 3 + eindklassement), NK Tijdrijden, NK Wegwedstrijd, Giro d’Italia (etappe 1)
Vos boekt de meeste overwinningen in eigen land
Altijd interessant is het om te zien welke landen een coureur ligt. Nu kon een Vos zeker in haar grootste kannibaaljaren in elk land uit de voeten, maar alsnog heeft ze een duidelijke voorkeur voor een aantal landen. Thuisland Nederland spant met 50 UCI-zeges de kroon. Italië gaat, zeker dankzij die karrenvracht aan Giro-ritten, ook erg lekker met 48 zeges. De top vijf wordt vervolledigd door Frankrijk (38), Spanje (24) en België (24).
Op continentaal niveau is het vrij duidelijk. Op Europese bodem boekte Vos 241 zeges. Verder tellen we vooral met dank aan El Salvador negen overwinningen in Pan-Amerika (we delen de landen in bij een van de vier continentale wielerbonden). Op Aziatische bodem wist ze nog geen wegkoers te winnen, al werd ze in Beijing in 2008 natuurlijk wel kampioen op de baan. Enkel in Afrika kunnen we ons niet direct een UCI-zege voor de geest halen, al kan de echte kenner zich misschien nog een zege in de 94,7 Cycle Challenge in Zuid-Afrika herinneren.
Vos wint het vaakst in Limburg
Vijftig overwinningen op Nederlandse bodem dus, behaald in zeven van de twaalf provincies. Enkel in Friesland, Flevoland, Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht heeft Vos geen UCI-koersen op haar palmares bij kunnen schrijven. Niet geheel verrassend steekt Limburg er met kop en schouders bovenuit, maar ook in haar eigen Noord-Brabant, Zeeland en Drenthe heeft Vos lekker geoogst.
Kleine kanttekening: bij deze statistiek is uitgegaan van finishplaats van de wedstrijd. Zo werd de Holland Ladies Tour van 2010 natuurlijk in meerdere provincies verreden, maar de etappekoers finishte in het Overijsselse Hellendoorn.
Vos rijdt 1 op 3
Volgens de statistiekensite FirstCycling staat Vos dan weliswaar op 252 zeges (maar zij rekenen de twee Europese beloftentitels dus wel mee), maar we zien wel een aantal andere mooie statistieken. Namelijk dat Vos ongeveer één op drie loopt, wat betreft aantal overwinningen per koersdagen. Natuurlijk scheelt het dat hierin klassementen ook in mee worden genomen (zorgt regelmatig voor twee zeges op een dag), maar dat maakt het er wat ons betreft beslist niet minder indrukwekkend op.
We hebben het niet gecontroleerd (anders zouden we de 251e overwinning van Vos waarschijnlijk missen, en dat zou pas echt zonde zijn), maar FirstCycling komt op 736 UCI-koersdagen in haar carrière. En daarin kwam ze dus 250 keer als eerste over de meet. Dat zorgt voor een winstpercentage van 33,97% (of 34,2% als we uitgaan van 252 overwinningen).
Vos wint iedere 296 kilometer
Als uitsmijter nog een statistiekje dankzij het overzicht van FirstCycling. Ook deze moet met een korrel zout worden genomen, daar het onbegonnen werk is om van alle koersen te achterhalen of de afstanden wel precies kloppen. Maar opnieuw is de statistiek te mooi om ‘m niet mee te nemen: Vos legde in haar carrière zo’n 74.000 kilometer in koers af. Dat betekent dat ze gemiddeld steeds 296 kilometer nodig heeft om tot een nieuwe overwinning te komen.
En verder?
Zelfs met deze cijfers, getallen en grafieken is het niet gelukt om de grootsheid van de carrière van Vos te vatten. Zelfs niet als we alle puntentruien — ze is trouwens de eerste renster die het puntenklassement in de traditionele grote rondes voor mannen weet te winnen — en bergklassementen meerekenen. Want statistieken zijn slechts statistieken. Vos’ grootsheid zit ‘m juist in de regelmatig spectaculaire manier waarop ze wedstrijden wint.
En het zit ‘m ook in haar inzet voor de sport. Want niet alleen wint ze veel: ze is tevens een groot advocate voor het vrouwenwielrennen. Zo zette ze bijvoorbeeld samen met Emma Pooley, Chrissie Wellington en Kathryn Bertine de publiekscampagne Le Tour Entier op, die kan worden gezien als de eerste serieuze aanzet tot de terugkeer van de Tour de France Femmes.
En dan zijn er nog anekdotes als die van tweevoudig Giro-winnares Mara Abbott die wel wat zeggen. Tijdens haar carrière heeft de Amerikaanse last gehad van een eetstoornis. Een groot probleem, niet alleen in het wielrennen, maar maatschappijbreed. In 2011 besloot ze om het wielrennen even de rug toe te keren. Tijdens haar laatste koers, de Giro, vertelde iedereen hoe scherp ze stond en hoe goed ze daardoor zou moeten klimmen.
Vos, een directe concurrente van Abbott, keek haar op een bepaald moment na de finish van een etappe recht in haar ogen aan en zei: “zorg goed voor jezelf”. Vos en Abbott waren geen goede vrienden, volgens Abbott kenden ze elkaar ook niet heel goed, maar dat maakte voor Vos niet uit. “Zij zag wat zoveel anderen niet zagen, en het kon haar genoeg schelen om het te zeggen — met empathie, zonder oordeel. Dat ben ik nooit vergeten.”
Vos’ nalatenschap is dus veel groter dan enkel haar overwinningen.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.