Voorbeschouwing: BK wielrennen op de weg 2017
Het Belgisch kampioenschap is dit jaar op maat van de snelle, maar vooral sterke renners. In Scheldestad Antwerpen ligt een vlakke omloop, onderbroken door twee korte kasseistroken, op hen te wachten. Wie trekt aan het langste eind en kroont zich tot opvolger van Philippe Gilbert? WielerFlits blikt met Lotto Soudal-renner Tosh Van der Sande vooruit.
Historie
Het BK wielrennen staat al sinds 1894 op de kalender. De allereerste editie kwam op naam van de Waal Léon Houa te staan. Houa schreef twee jaar eerder ook de eerste editie van Luik-Bastenaken-Luik op zijn naam en zou dat daarna nog twee keer over doen. Het BK prijkt slechts eenmaal op zijn palmares.
Het record stond jarenlang op naam van Rik Van Steenbergen. Rik I, zoals zijn bijnaam luidt, mocht liefst drie keer de tricolore aantrekken. De triomfen van Van Steenbergen vonden plaats in de oorlogsjaren, toen de titelstrijd een aantal keer niet kon doorgaan. In 2004 werd hij dan toch overtroffen door de snelle benen van Tom Steels, die dan al voor de vierde keer met de Belgische titel naar huis mocht. Veteraan Stijn Devolder is de enige die dit jaar op gelijke hoogte kan komen.
In het verleden was Antwerpen slechts één keer gastheer van de nationale titelstrijd. In 2006 kroonde Nico Eeckhout zich, in regenachtige omstandigheden, tot Belgisch kampioen ten koste van Philippe Gilbert en Tom Boonen. Niet in een massasprint, wel in de spurt van een klein groepje: een scenario dat ook dit jaar vrij waarschijnlijk is.
Vorig jaar konden de heuvelspecialisten hun hartje ophalen in Les Lacs de l’Eau d’Heure. Een ideale gelegenheid voor Philippe Gilbert om zijn tot op dat moment teleurstellend seizoen toch wat kleur te geven. Gilbert sprong op iets meer dan twee ronden van het einde weg samen met Tim Wellens en Laurens De Plus. De Plus werd in extremis overboord gegooid, dus kregen we een sprint met twee om de titel. De Waal bleek duidelijk de snelste.
Parcours
Na de officieuze start op de Grote Markt van Antwerpen, tevens de nieuwe startplaats van de Ronde van Vlaanderen, trekken de renners naar de 17 kilometer lange omloop in Antwerpen, die ze veertien keer moeten afleggen. Goed voor een totale afstand van 238 kilometer.
De plaatselijke omloop, die de renners door de districten Antwerpen, Wilrijk en Hoboken loodst, bevat op het eerste gezicht weinig noemenswaardige hindernissen. Enkel de kasseizones van de D’Herbouvillekaai (1000 meter) en de Waalsekaai (450 meter) zouden voor opschudding kunnen zorgen. “Maar die kasseien vallen heel goed mee”, vertelt Tosh Van der Sande van Lotto Soudal na zijn verkenning aan WielerFlits. “Het is niet dat ze heel lang zijn en je komt er met zo’n hoge snelheid op aan dat je, voordat je het beseft, er al vanaf bent.”
“Toch hebben de kasseizones elk hun eigen moeilijkheid. Vlak voor de D’Herbouvillekaai ligt er een venijnige brug, dan ga je naar beneden en kom je op de kasseien. Dat zal in de laatste rondes wel pijn doen. Ook de Waalsekaai is gevaarlijk, omdat het daarvoor toch wat draaien en keren is. Je gaat daar het peloton niet uit elkaar rijden, maar er kan misschien wel nog een beslissende ontsnapping wegrijden.”
Andere moeilijkheden: de vele bochten en het bijhorende optrekken, de lange afstand én de hitte. “Vooral dat optrekken dan”, aldus Van der Sande. “De rechte banen worden altijd wel onderbroken door een bochtje en na een paar uur wedstrijd weegt dat door. Vooral voor de continentale renners dan, die geen Dauphiné of Ronde van Zwitserland in de benen hebben.”
Favorieten
Alle Belgische profs zijn, in tegenstelling tot in Nederland, verplicht om aan het vertrek te komen van de nationale titelstrijd. Dat maakt dat er zondag 159 renners de start zullen nemen. Onder hen zes grote blokken: de WorldTour-ploegen Quick-Step Floors en Lotto Soudal met respectievelijk acht en negentien renners, en de ProContinentale teams Sport Vlaanderen-Baloise, Wanty-Groupe Gobert, Veranda’s Willems-Crelan en WB Veranclassic Aqua Protect.
Als deze blokken de handen in elkaar zouden slaan, dan zou een massasprint in Antwerpen bijna onvermijdbaar zijn. Maar net daar wringt het schoentje. Quick-Step Floors heeft geen snelle man in zijn rangen, Lotto Soudal-sprinter Jens Debusschere is de voorbije weken een beetje op de sukkel en ook de ProContinentale ploegen hebben met Bert Van Lerberghe, Kenny Dehaes, Timothy Dupont of Roy Jans allesbehalve een garantie op winst bij een massasprint.
Resulteert dat in een open wedstrijd? Als je het Tosh Van der Sande vraagt, wél. “Het BK is eigenlijk als een grote kermiskoers”, zegt hij. “Volgens mij wordt het een open wedstrijd, waarin veel verschillende scenario’s mogelijk zijn. Dat kan zelfs iedere ronde veranderen. Ik denk dat er een grote groep van in het begin kan wegrijden. Als er een zo’n groep van vijftien à twintig renners voorop is, wie gaat dat dan dichten? Het is dan aan ons van Lotto Soudal om met een viertal renners mee te zijn. Dan is er altijd wel iemand om vooruit te schuiven.”
De rode brigade gaat zondag dus aanvallend koersen in en rond Antwerpen. “Als iemand van onze ploeg in een vlucht zit en hij heeft een kans om te winnen, dan mag hij voor zichzelf rijden en wordt hij beschermd. Als alles op twee ronden van het eind toch nog bij elkaar zit, dan is er een kans dat we de kaart van sprinter Jens Debusschere trekken. Maar dat is niet echt waarschijnlijk. Mijn persoonlijke favoriet is zelfs Jasper De Buyst, die heeft de Giro in de benen en durft aanvallend koersen.” Met winst in de Heistse Pijl bewees De Buyst dat hij klaar is voor de titelstrijd, terwijl Debusschere op de sukkel is. Andere snelle mannen in deze ploeg zijn Kris Boeckmans, Sean De Bie, Nikolas Maes en Jürgen Roelandts.
Quick-Step Floors moet het hebben van uittredend Belgisch kampioen Philippe Gilbert, vorige week nog verrassend winnaar van een massasprint in de Ronde van Zwitserland, en hardrijder Yves Lampaert. Die laatste is misschien wel de snelste Belg in de Quick Step-formatie en weet bovendien sinds Dwars door Vlaanderen wat het is om een solo succesvol af te ronden. De Quick-Step-formatie moet het hebben van een harde, open koers, liefst al van bij de start. Gilbert himself zal daar mede voor moeten zorgen, want de Waal wil zijn trui natuurlijk niet zomaar afstaan.
In de afgelopen voorjaarsklassiekers bleken Gilbert en Greg Van Avermaet perfecte bondgenoten, en waarom zouden ze het ook zondag niet op een akkoordje kunnen gooien? Van Avermaet heeft slechts vier BMC-ploegmaats aan zijn zijde en dus moet hij iets verzinnen. Eerder gaf de olympisch kampioen al aan dat hij geen schrik heeft van een massasprint, maar de eerlijkheid gebiedt ons te zeggen dat er andere renners in dat scenario over betere papieren beschikken. In een klein groepje daarentegen moet Van Avermaet niemand vrezen. Zijn trainingsmaatje Oliver Naesen (AG2R La Mondiale) en man in vorm Jens Keukeleire (Orica-Scott) zitten in hetzelfde schuitje.
“Renners als Gilbert en Van Avermaet doen op elk parcours mee”, vindt ook Van der Sande. “Ik heb in Gullegem Koerse eens een hele koers met Van Avermaet en Lampaert vooruit gereden. Dan voel je het wel (lacht). Die mannen kunnen alles aan en eigenlijk zie je hen op elk BK vooraan. Ze hebben ook een zware Ronde van Zwitserland in de benen, iets waar je zondag ongetwijfeld een voordeel van kan ondervinden in de diepe finale van de wedstrijd.”
Eén aanvaller hebben we dan nog niet besproken: veldritwereldkampioen Wout van Aert. De jonge alleskunner heeft zijn limieten nog lang niet ontdekt en kan eigenlijk in alle scenario’s winnen. Dat bewees hij de afgelopen weken nog maar eens met winst in de Ronde van Limburg en de Elfstedenronde in Brugge. Veranda’s Willems-Crélan beschikt daarnaast ook over een aalvlugge pion: Timothy Dupont. De Belgische zegekoning van vorig jaar kwam moeilijk op gang, maar vertelde ons dat hij stilaan aan de beterhand is. Het BK is een groot doel voor de 29-jarige West-Vlaming.
Andere sterke mannen om in de gaten te houden? In de eerste plaats Edward Theuns, intussen misschien wel de snelste man van België, en zijn Trek-Segafredo-ploegmaat Jasper Stuyven. Beide klasbakken zijn bovendien niet vies van een aanval in de finale. Dat geldt voor Sep Vanmarcke (Cannondale-Drapac), die net op tijd zijn goede vorm weer lijkt gevonden te hebben, maar hij heeft met Tom Van Asbroeck een nog snellere man aan zijn zijde. Het is ook opletten voor Lawrence Naesen (WB Veranclassic), die bijzonder goed op dreef is, en Guillaume Van Keirsbulck (Wanty-Groupe Gobert).
Favorieten volgens WielerFlits
**** Greg Van Avermaet
*** Wout van Aert, Jasper De Buyst
** Jens Keukeleire, Philippe Gilbert, Jasper Stuyven
* Oliver Naesen, Edward Theuns, Jens Debusschere, Timothy Dupont
Weer en TV
Sporza is er vanaf 13.30 uur live bij op de zender één met een voorbeschouwing, de koers en een nabeschouwing. Wat het weer betreft wordt het zondag warm in Antwerpen. De thermometer tikt de 23 graden aan, al ligt de gevoelstemperatuur iets hoger. De wind komt met kracht 2 à 3 uit het westen.
'Veteraan Stijn Devolder is de enige die dit jaar op gelijke hoogte kan komen'. Niet dat dat ook gaat gebeuren...
Ik geef ze niet gelijk een grote kans op de overwinning.
Ze worden nochtans (indirect) genoemd. In welk deel van het artikel hadden ze met naam en toenaam geplaatst moeten worden?
Zat het me meer af te vragen, doordat Wielerflits 'Nederlands' is (met veel Belgen als bezoekers) had ik gedacht dat de Belgische renners in Nederlandse dienst ook specifiek benoemd zouden worden.
zodat bepaalde renners bijna zeker zijn van een groot kampioenschap te mogen rijden
Begrijp je het verschil tussen 'moeten' en 'mogen'?
Tom houdt niet van spek en bonen en had daar altijd de eer aan een ander gelaten, niks ergers dan een jaar met de hollandse vlag rond te rijden.
Veel te opvallend en vluchten kan niet meer.