Voorbeschouwing: Milaan-San Remo 2016
Aankomende zaterdag is het eindelijk zover. Met Milaan-San Remo staat dan het eerste monument van het seizoen op het programma. In de 107e editie van La Primavera strijdt men na 291 kilometer om eeuwige roem te behalen op de Via Roma. Wie zijn de belangrijkste kanshebbers? WielerFlits blikt vooruit.
De geschiedenis van Milaan-San Remo begint op 14 april 1907, toen om vijf uur ’s ochtends 33 renners aan de start stonden van de eerste editie. Er hadden zich eigenlijk zestig renners ingeschreven, maar door bar slechte weersomstandigheden kwam slechts de helft opdagen. Na ruim elf uur bereikte de Fransman Lucien Petit-Breton als eerste San Remo. Petit-Breton zou later dat jaar ook de Tour de France op zijn naam schrijven.
De eerste editie bleek een commercieel succes. Een jaar later kwamen daarom een hoop goede renners uit Europa naar Italië. De Belg Cyriel Van Hauwaert maakte zelfs een fietstocht van duizend kilometer om aan de start te kunnen verschijnen. Hij werd daarvoor uiteindelijk beloond met de overwinning, maar dat ging (letterlijk) niet zonder slag of stoot. Na een solo van ongeveer tweehonderd kilometer in de sneeuw probeerde de chauvinistische stationschef van Voltri een Italiaan te laten winnen door de slagbomen omlaag te doen zonder dat er treinen in de buurt waren. Van Hauwaert wilde echter van geen wijken weten en klom over de slagbomen, maar zag vervolgens dat de stationschef hem met een pistool bedreigde. De Belg reageerde met een aantal rake klappen en bereikte daarna alsnog als eerste de finish.
Ook de editie van 1910 mag met recht heroïsch worden genoemd. Een hevige sneeuwstorm teisterde de koers waardoor renners in huizen moesten schuilen en uiteindelijk slechts vier waaghalzen de aankomst bereikten. De Fransman Eugène Christophe was de eerste, al wist hij dat zelf niet toen hij in San Remo aankwam.
De geschiedenis van Milaan-San Remo bevat tal van zulke verhalen. Ook de huidige eeuw kent mooie anekdotes. Denk aan hoe Erik Zabel te vroeg juichte waardoor Rabobank-renner Óscar Freire (2004) als eerste over de streep kwam, hoe Fabian Cancellara (2008) dankzij een verrassingsaanval iedereen te kijk zette, hoe Mark Cavendish in de honderdste editie een ogenschijnlijk te groot gat op Heinrich Haussler (2009) dicht wist te sprinten en vooral hoe Gerald Ciolek (2013) won na een door sneeuw geteisterde editie.
Nederlanders wisten deze eeuw nog niet te winnen. Alleen Arie den Hartog (1965), Jan Raas (1977) en Hennie Kuiper (1985) hebben Milaan-San Remo op hun palmares staan. Vorig jaar was Sebastian Langeveld de beste landgenoot met een veertiende plaats. Toen ging de overwinning naar John Degenkolb. De Duitser versloeg Alexander Kristoff en Michael Matthews in de sprint. Dit jaar is het weer tijd voor een nieuwe bladzijde in de rijke geschiedenis van Milaan-San Remo.
Laatste tien winnaars
2006: Filippo Pozzato
2007: Óscar Freire
2008: Fabian Cancellara
2009: Mark Cavendish
2010: Óscar Freire
2011: Matthew Goss
2012: Simon Gerrans
2013: Gerald Ciolek
2014: Alexander Kristoff
2015: John Degenkolb
Parcours
De pagina van deze editie wordt geschreven op vrijwel hetzelfde parcours als vorig jaar. De route is alleen twee kilometer korter door een nieuwe weg in Genova Voltri. De totale afstand bedraagt daarom 291 kilometer.
De eerste helft van de wedstrijd is grotendeels vlak, pas na ruim 140 kilometer moet voor het eerst echt geklommen worden als de Passo del Turchino opdoemt. Snel daarna krijgen de renners voor het eerst de Middellandse Zee in zicht. Langs de wegen van de Ligurische kust gaat het vervolgens richting San Remo.
De eerstvolgende hindernissen liggen daarna op ongeveer vijftig kilometer van de meet. In korte tijd moet het peloton de drie Capi (Capo Mele, Capo Cervo en Capo Berta) overwinnen. Deze korte hellingen gelden slechts als warmlopers voor de finale en zijn voor de meeste renners geen probleem, maar dat geldt niet voor de Cipressa. Deze beklimming van zes kilometer aan 4,1 procent is niet eens superzwaar, maar omdat het peloton dan al 270 kilometer onderweg is, wordt hier doorgaans het kaf van het koren gescheiden.
Na een technische afdaling komen de renners op negen kilometer voor het einde aan bij de voet van de Poggio. Deze 3,7 kilometer lange heuvel moet voor de laatste schifting zorgen. Het stuk vlak voor de top is het steilst met stijgingspercentages tot acht procent. Een ideale plek voor puncheurs om aan te vallen en met voorsprong aan de afdaling te beginnen.
Deze afdaling is eveneens lastig met een aantal scherpe haarspeldbochten. Vorig jaar gingen hier een aantal favorieten tegen de grond, waaronder Philippe Gilbert en Zdeněk Štybar. Eenmaal beneden is het nog twee kilometer tot aan de eindstreep op de Via Roma.
Favorieten
Voor de belangrijkste kanshebbers op de overwinning moeten we kijken naar snelle mannen die in staat zijn om de Poggio te overleven. Ook aanvallers kunnen winnen in San Remo, maar meestal eindigt de koers in een sprint met een beperkte groep.
Dat was ook de afgelopen twee jaar zo. Toen was Alexander Kristoff erg succesvol. In 2014 greep hij zelfs de zege en vorig jaar was alleen John Degenkolb sneller. Bij afwezigheid van de Duitser van Giant-Alpecin, die nog steeds niet hersteld is van het trainingsongeluk, mag Kristoff daarom gezien worden als topfavoriet. Weinig renners zijn na een lastige koers sneller dan de spurter van Katusha. Dat bleek ook in Parijs-Nice, toen hij in de lastige etappe met de Mont Ventoux relatief eenvoudig de groepssprint won.
De etappezege ging toen echter naar de vooruit gebleven Alexey Lutsenko, waardoor Kristoff op nul bleef staan in Frankrijk. Dat lag ook mede aan Michael Matthews, die twee etappes wegkaapte en vooral bergop indruk maakte. De Australiër liet nogmaals zien één van de best klimmende sprinters van het peloton te zijn. Voor iemand die Gilbert kan volgen op de Cauberg, moet de Poggio helemáál een makkie zijn. Dat biedt kansen. Als zijn ploeg Orica-GreenEDGE de koers dusdanig zwaar maakt dat de meeste sprinters kapot zitten, kan Matthews wellicht beter doen dan zijn derde plaats van vorig jaar.
Ook Peter Sagan heeft belang bij dat scenario. Het lijkt een zekerheidje dat hij de Poggio gaat overleven. Zijn kans op de overwinning hangt vervolgens af van hoeveel anderen dat ook gaat lukken. Dat bleken er tot dusver steeds te veel te zijn. De laatste vier jaar werd de regerend wereldkampioen achtereenvolgens vierde, tweede, tiende en opnieuw vierde. Zijn prestaties dit seizoen wijzen erop dat hij opnieuw een topnotering gaat halen. De vraag is welke.
Hetzelfde geldt voor Fabian Cancellara. De Zwitserse oud-winnaar eindigde in zijn laatste zeven deelnames vijfmaal op het podium. Hij deed dat op verschillende manieren: via late uitvallen, zowel op als na de Poggio, én in kleine massaspurten. Spartacus staat weliswaar niet te boek als sprinter, maar een spurt na bijna driehonderd kilometer is een geval apart. Dan telt vooral hoeveel energie je nog over hebt en Cancellara bleek vaak met overschot te zitten. Hij is momenteel bezig aan zijn laatste seizoen en lijkt erop gebrand om knallend afscheid te nemen. Cancellara is al goed op weg met de zege in Strade Bianche, maar ook Milaan-San Remo staat hoog op zijn verlanglijstje.
Dat gaat ook op voor Nacer Bouhanni. De Fransman heeft er zelfs zijn hoofddoel van gemaakt. “Ik weet dat ik kan winnen”, vertelde hij eerder aan L’Equipe. “Vorig jaar zat ik met nog tweehonderd meter te gaan in het wiel van Sagan, maar durfde ik niet om vroeg de sprint te openen. Dat was een grote fout en dat zal mij nu niet meer gebeuren.” De generale repetitie in Parijs-Nice verliep in ieder geval uitstekend. Bouhanni kwam tweemaal als eerste over de streep, al werd hij de eerste keer gedeclasseerd.
Nu Greg Van Avermaet het etiket van ‘eeuwige tweede’ definitief van zich lijkt te hebben afgeworpen, behoort ook hij tot de favorieten. Zijn track record in San Remo is weliswaar niet erg indrukwekkend, een negende plaats in 2011 is zijn beste uitslag, maar de Belg mag vanwege zijn opvallende prestaties dit seizoen niet genegeerd worden. De BMC-renner gaat na zijn overwinningen in Omloop Het Nieuwsblad en Tirreno-Adriatico met veel vertrouwen naar Milaan.
De tweede Belgische topper, Tom Boonen, heeft daarentegen nog niet kunnen imponeren. Hij laat het kopmanschap daarom aan Zdeněk Štybar en Fernando Gaviria. Eerstgenoemde kan zijn explosiviteit uitstekend kwijt op de Poggio en ook de daaropvolgende afdaling ligt hem als gegoten. De drievoudig wereldkampioen veldrijden is technisch zeer begaafd en zou in de lastige haarspeldbochten een verschil kunnen maken. Achter de naam van Gaviria staat nog een groot vraagteken. De pas 21-jarige Colombiaan beschikt duidelijk over veel talent, getuige ook zijn ritzege in Tirreno-Adriatico, maar het is de vraag of hij een koers van bijna driehonderd kilometer nu al aankan.
Bij Dimension Data zijn de ogen voornamelijk gericht op Edvald Boasson Hagen. De 28-jarige Noor, die na een paar mindere jaren zijn oude topvorm weer gevonden lijkt te hebben, beschikt over de ideale kwaliteiten voor een koers als Milaan-San Remo. Zijn ploeg heeft daarnaast met Mark Cavendish een oud-winnaar in de gelederen, maar vorig jaar raakte hij niet in de voorste groep over de Poggio. Op basis van Tirreno-Adriatico, waar Cavendish telkens achteraan eindigde, lijkt de kans klein dat het hem dit seizoen wél weer gaat lukken. Dimension Data heeft daarnaast met Reinardt Janse van Rensburg, Youcef Reguigui en Kristian Sbaragli nog een aantal andere sprinters achter de hand.
Ook Sky kan op meerdere paarden wedden. Ben Swift werd al eens derde voor de Britse formatie en lijkt opnieuw in goede doen. De 28-jarige sprinter maakte afgelopen week indruk in Parijs-Nice door bergop lang Geraint Thomas bij te blijven staan. Thomas zelf mag ook niet uitgevlakt worden. De winnaar van Parijs-Nice viel vorig jaar nog aan in de finale en werd pas net na de top van de Poggio weer ingerekend. Met ook Michał Kwiatkowski in de gelederen gaan we Sky waarschijnlijk opnieuw in de aanval zien.
Outsiders
Het zoeken van de aanval is ook voor een aantal Nederlanders een mogelijke route naar succes. Sebastian Langeveld, Tom-Jelte Slagter (beiden Cannondale), Lars Boom (Astana) en Tom Dumoulin (Giant-Alpecin) behoren niet tot de topfavorieten, maar zouden met een goed getimede aanval de kleppers kunnen verrassen. Mocht de koers wederom eindigen in een (kleine) massasprint, dan is de Nederlandse hoop voornamelijk gevestigd op Moreno Hofland. Vorig jaar was hij bij zijn debuut weliswaar naar eigen zeggen ‘in één keer helemaal leeg’ na de Cipressa, maar een extra jaar ervaring kan wonderen doen. Toch zet zijn ploeg LottoNL-Jumbo voornamelijk in op Sep Vanmarcke.
De Belg beschikt na een zware wedstrijd vaak nog over een snel eindschot, maar hij is daar niet bepaald de enige in. Ook Giacomo Nizzolo, Niccolo Bonifazio (beiden Trek-Segafredo), Luka Mezgec (Orica-GreenEDGE), Juan José Lobato (Movistar), Jens Debusschere (Lotto Soudal), Sacha Modolo, Davide Cimolai (beiden Lampre-Merida), Heinrich Haussler, Leigh Howard (beiden IAM Cycling), Arnaud Démare (FDJ), Elia Viviani (Sky), Ramunas Navardauskas (Cannondale) en Sonny Colbrelli (Bardiani-CSF) zouden op deze manier voor een verrassing kunnen zorgen.
De deelnemerslijst telt ook een aantal gerenommeerde aanvallers waar rekening mee dient te worden gehouden. Vincenzo Nibali springt daarvan het meest in het oog. De Astana-renner is in La Primavera al meermaals in de aanval gegaan en in 2012 leidde dat zelfs tot een podiumplaats. Renners als Jan Bakelants (AG2R La Mondiale), Diego Ulissi (Lampre-Merida), Alejandro Valverde (Movistar), Tony Gallopin, Tim Wellens (beiden Lotto Soudal), Filippo Pozzato (Southeast-Venezuela) en Simon Geschke (Giant-Alpecin) zullen hopen op een soortgelijk scenario.
Tot slot aandacht voor nog zo’n aanvaller: Maarten Tjallingii. De 38-jarige veteraan kleurde de laatste jaren steevast de vroege vlucht en begint zaterdag aan zijn laatste Milaan-San Remo. Winnen zal hij waarschijnlijk niet doen, maar wees niet verbaasd als hij nog één keer zijn oude kunstje gaat flikken. Dat zou een mooi afscheid zijn.
Favorieten volgens WielerFlits
**** Alexander Kristoff
*** Peter Sagan, Michael Matthews
** Fabian Cancellara, Greg Van Avermaet, Nacer Bouhanni
* Zdenek Stybar, Edvald Boasson Hagen, Ben Swift, Fernando Gaviria
TV
De wedstrijd gaat om 10:10 van start en zal naar verwachting tussen half vijf en half zes eindigen. Milaan-San Remo is vanaf 14:30 te zien op Sporza, de NOS begint een half uurtje later. Eurosport komt volgens haar website alleen met een herhaling op TV.
Weer
Het peloton hoeft zich geen zorgen te maken over een herhaling van de sneeuweditie van 2013. Volgens Weeronline stijgt het kwik aanstaande zaterdag zelfs naar vijftien graden. De verwachting is bovendien dat het droog blijft. Prima koersweer dus.
Website organisatie
Deelnemerslijst Milaan-San Remo 2016
[poll id=”197″]
Laat de 'Zweedse balletjes' smaken :-)
Die voormalig winnaar is in San Remo. En wie prima knechtenwerk heeft verricht voor z'n ploeggenoot in de Tirreno. En waarvan ook de klimmende capaciteiten heus wel in orde zijn. (Aangezien hij in de 6e rit in de Tirreno naar Cepagatti, waarvan de laatste 45 kilometer "op en af" waren, ook gewoon in de voorste groep eindigde.)
Uiteraard heb ik het hier over, dhr. Mark Cavendish.
Hij zal waarschijnlijk weinig gespeeld worden in de diverse wielerspelletjes. Maar ik zou me toch kapot lachen als hij er met de winst vandoor ging.
**** Van Avermaet, Bouhanni, Sagan
*** Styby, Gaviria, Cavendish
** Boasson Hagen, Vanmarcke
* Trentin, Démare, Hansen, Swift, Viviani, Kwiatkowski, Debusschere, Modolo, Cimolai, Bonifazio, Nizzolo, Lobato, Clarcke, Nibali, Gallopin, Dumoulin, Navardouskas
Btw, mooie Voorbeschouwing wielerflits!
Hmm, riskante keuze opzich.
Ik zeg Bouhanni die het uitvecht met Sagan.
Toch hoop ik op Cancellara of Sagan.
Kwibus - 18 maart 2016 om 23:09
Waar is Le Manie gebleven (((
Die is eruit gegooid ten faveure van de Pompeiana.
(En nooit meer teruggekomen.)
Ik verwacht dat de groep aan de finish groter zal zijn, dan de 25 à 35 man die we de laatste jaren hebben gezien.
Eindelijk weer eens een "ouderwetse" sprint op de Via Roma.
te lui om bovenstaand artikel te lezen? tussen half 5 en half 6 staat er.