Voorbeschouwing: NK op de weg voor Beloften 2016
Het is de bakermat waar alle grote Nederlandse wielertalenten onder 23 jaar samenkomen om jaarlijks uit te wijzen wie van hen de beste van dat betreffende jaar is. Mede daarom staan er op de erelijst van het Nederlands kampioenschap voor beloften enkele namen die uit zouden moeten groeien tot de beste coureurs van ons land. WielerFlits neemt de favorieten onder de loep.
De beloften- of U23-categorie zag in 1995 pas het levenslicht. Steven de Jongh kreeg de eer om als eerste ooit het rood-wit-blauw aan te trekken na een NK voor beloften. Sinds 1997 werd de strijd om de nationale titel bij de beloften een feestje voor de in dat jaar opgerichte opleidingsploeg van Rabobank. Enkel Tim Kerkhof (Etixx, 2014), Ronan van Zandbeek (Van Vliet-EBH Elshof, 2008) en wijlen Arno Wallaard (Löwik Meubelen, 2001) wisten sindsdien de hegemonie te doorbreken. Rabobank bracht bovendien de enige winnaar van het Nederlands beloftenkampioenschap voort die niet de Nederlandse nationaliteit droeg. Mathew Hayman won als Australiër in 1999, al reed hij destijds wel op een Nederlandse licentie. In 2017 komt de winnaar in ieder geval niet meer uit de stal van Rabobank, omdat de sponsor er na dit jaar mee ophoudt.
De grootste vreemde eend in de bijt is ongetwijfeld Johan Bruinsma, die in 1997 het eerste NK voor beloften won voor Rabobank. De renner uit het Drentse dorp Westerbork (bekend van het doorgangskamp in de Tweede Oorlog) eindigde in de weken voorafgaand nog als derde in de Omloop der Kempen en de Ronde van Limburg, die nu beide onderdeel zijn van de Topcompetitie. In Meerssen nam hij tijdens het NK vervolgens de maat van zijn ploeggenoot Karsten Kroon. Bruinsma werd door grote baas Jan Raas beloond met een profcontract voor het daaropvolgende jaar en zo werd hij – samen met Marc Lotz en Bert Hiemstra – het eerste product van het opleidingstraject van Rabobank.
Dat was volgens Rabobank-topman Herman Wijffels een van de vereisten toen hij in 1995 de sponsoring van de profploeg startte. “Neem van mij aan dat een jongen als Jan Ullrich met zijn 23 jaar in Nederland niet voorhanden is”, temperde Raas de verwachtingen rondom Bruinsma en consorten destijds tegenover het NRC Handelsblad. Bruinsma zelf was na anonieme jaren bij Rabobank en Batavus-Bankgiroloterij aan het einde van 2000 echter alweer prof-af. Op zijn palmares bij de profs staat enkel de gewonnen tweede etappe in Olympia’s Tour van 1999. Lotz en Hiemstra hielden het op hun beurt uit tot 2005.
Vorig seizoen volgde er al vroeg in de koers een breuk in het peloton, waardoor er een kopgroep van zestien man ontstond. Bij het ingaan van de laatste plaatselijk ronde bedroeg de voorsprong nog altijd veertig seconden, maar in het peloton – waarin Rabobank er alles aan deed om Mathieu van der Poel niet terug te brengen aan kop van de wedstrijd – kwam de samenwerking nooit op gang. Uiteindelijk zou deze groep, waarin Rabobank met vijf renners het beste vertegenwoordigd was, strijden om het rood-wit-blauw. Stan Godrie bleek van hen de snelste aan de meet en versloeg het SEG Racing-duo Fabio Jakobsen en Davy Gunst.
Laatste tien winnaars
2006: Kai Reus
2007: Tom Leezer
2008: Ronan van Zandbeek
2009: Steven Kruijswijk
2010: Tom-Jelte Slagter
2011: Ramon Sinkeldam
2012: Moreno Hofland
2013: Dylan van Baarle
2014: Tim Kerkhof
2015: Stan Godrie
Parcours
Er wacht op Goeree-Overflakkee een weinig uitdagend parcours voor de meest getalenteerde renners. De stevige westenwind kan er echter voor zorgen dat er op de lange en rechte stukken van de Brouwersdam waaiers kunnen ontstaan. Aangezien beloftenkoersen vaak vanaf het begin ontvlammen en daarna geen moment meer stil vallen, kan de wind een bepalende factor spelen. Ook de grote Rabobank-ploeg is gebaat bij een zware koers, om zo de sterkste sprinters overboord te kieperen. In totaal leggen de U23-renners het rondje van Brouwersdam naar Ouddorp en vice versa (ongeveer 14,6 kilometer) twaalf keer af, wat neer komt op een koers van 175 kilometer. Het startschot klinkt vrijdagmiddag om 15.30 uur, terwijl er rond half acht ’s avonds de finish wordt verwacht.
Favorieten
Uittredend winnaar Godrie is inmiddels 23 en daarmee te oud om zijn titel te mogen verdedigen. Normaliter was de 21-jarige Mathieu van der Poel op zijn beurt een van de favorieten geweest. De alleskunner van Beobank-Corendon rijdt echter zaterdag mee bij de elite, omdat hij onlangs aangaf zich meer prof dan belofte te voelen. Bijzonder detail: Dylan Groenewegen en Danny van Poppel behoorden tot vorig jaar ook nog – op basis van leeftijd – tot de beloften, terwijl men hen zaterdag bij de elite tot de voornaamste kanshebbers rekent.
**** Fabio Jakobsen
Op het vrijwel biljartlaken vlakke parcours op Goeree-Overflakkee zijn hoogstwaarschijnlijk de sprinters aan het woord. Waar Nederland bij de profs op dit moment niets te klagen heeft, ligt het spurtgeweld bij de beloften wat minder voor het oprapen. Het grootste sprintkanon wat er op dit moment bij ons rondrijdt, is de 19-jarige Fabio Jakobsen van SEG Racing Academy. Vorig jaar werd hij nog verrassend tweede achter Godrie in Emmen, maar dit jaar moet men niet verbaasd opkijken als hij met een gouden medaille blinkt op het erepodium. In april vloerde hij nog Simone Consonni in de UCI Nations Cup U23-koers ZLM Roompot Tour. Consonni is vice-wereldkampioen bij de beloften en men beschouwt hem als de beste sprinter van het mondiale beloftencircuit.
*** Bram Welten & Cees Bol
De kans dat er een vrij jonge belofte met de nationale titel aan de haal gaat, is groot. Bram Welten hoeft zich niet bijzonder sterk te wapenen om de strijd met Jakobsen aan te gaan. Het 19-jarige neefje van Jean-Paul, Boy en Danny van Poppel is weliswaar eerstejaars belofte, maar hij lijkt over minstens net zo veel talent te beschikken als zijn familieleden. Bovendien is ook Welten een renner met een snel eindschot in de benen. Dat liet de renner van BMC Development aan het begin van dit seizoen al zien in de zware Belgische 2.2-koers Le Triptyque des Monts et Châteaux, waar hij in de eerste rit het gehele peloton zijn kuiten liet zien. Ook in zijn laatste jaar als junior liet hij vorig seizoen enkele klinkende resultaten optekenen, met Parijs-Roubaix U19 als hoogtepunt.
Bij Rabobank kan men wel een dozijn konijnen uit de hoge hoed toveren. De talentenformatie van Grischa Niermann zal in haar laatste jaar hoe dan ook het NK voor beloften op haar naam willen brengen. Een van de gegadigden om die missie te volbrengen, is de 20-jarige Cees Bol. Bol, geen familie van Jetse overigens, is bezig aan zijn derde seizoen bij Rabobank. Op basis van resultaten valt te concluderen dat dit zijn beste jaar tot op heden is, met mooie noteringen in de Ronde van Vlaanderen U23 (tiende), ZLM Roompot Tour U23 (twintigste) en Boucles de la Mayenne (achtste). Bol heeft net als Jakobsen en Welten een goede sprint in de benen, maar of hij ze in een massasprint kan kloppen, is nog maar de vraag.
** Peter Lenderink, Davy Gunst & Lennard Hofstede
Of Rabobank tijdens een massasprint de kaart van Bol speelt, is daarom afwachten. Het kan ook dat ze met Peter Lenderink een andere troef op tafel gooien. De 20-jarige Lenderink was in 2014 als laatstejaars junior een van de betere renners van Nederland. Hij won de Internationale Driedaagse van de Axel in Zeeland, nog voor mannen als Jakobsen en Welten bijvoorbeeld. Aan het einde van het seizoen sprintte hij op het WK in Ponferrada na een lastige koers bovendien naar het brons, achter winnaar Jonas Bokeloh en Alexandr Kulikovskiy. Zijn eerste jaar als belofte vergde voor hem nog de nodige aanpassingstijd, maar sinds dit seizoen laat hij zich ook in het U23-circuit en de Topcompetitie opmerken.
Een belofterenner die normaal gesproken ook tot de betere sprinters binnen deze leeftijdsgroep in Nederland hoort, is Davy Gunst. De 21-jarige Zeeuw werd als gezegd vorig jaar dus derde, maar kwam afgelopen winter zwaar ten val. Daarbij brak hij zijn bekken, waarna hij lang moest revalideren en pas in april terugkeerde in het peloton. Zijn voordeel kan zijn dat hij nu voor Rabobank uitkomt en daardoor kan gebruikmaken van het grote aantal ploeggenoten om hem zo fit mogelijk naar de streep te brengen. Weet Gunst dat voor elkaar te boxen, dan kan hij zomaar eens verrassen op de Brouwersdam.
We blijven nog even in het kamp-Rabobank. Met Lennard Hofstede hebben zij namelijk de beste Nederlandse belofte van dit moment in haar rangen. De 21-jarige renner uit het Zuid-Hollandse Poeldijk rijdt een ‘thuiswedstrijd’, al woont hij tegenwoordig samen met prof Dylan van Baarle in Veenendaal. Hofstede heeft het liefst een loodzware koers met vele klimkilometers, getuige zijn goede prestaties in Luik-Bastenaken-Luik U23 en de door hem gewonnen Rhône-Alpes Isère Tour. Vorig jaar zat Hofstede tijdens het NK mee in de beslissende kopgroep en werd uiteindelijk zevende. Op het vlakke parcours in Goeree-Overflakkee moet hij echter alleen aankomen of in een klein groepje met mindere sprintgoden, als hij wil winnen.
* Tim Ariesen, Jan-Willem van Schip, Bob Olieslagers & Piotr Havik
SEG Racing Academy is de tweede Nederlandse opleidingsploeg, al heeft dit team een meer internationaal karakter. Zij starten tijdens het NK met zes renners en zullen ongetwijfeld Jakobsen uitspelen als kopman. Met Tim Ariesen heeft SEG Racing Academy echter nog een snelle man in haar rangen. Het jongere broertje van Metec-TKH-sprinter Johim Ariesen kan zo maar verrassen. In het shirt van Jo Piels won hij in 2015 een aantal etappes en kleinere koersjes, maar dit jaar staat hij nog droog. Verandert Ariesen dat op Goeree-Overflakkee?
Bij Join-s|De Rijke rekent men tijdens het beloftenkampioenschap op Jan-Willem van Schip. De 21-jarige renner is dit seizoen nieuw bij de formatie van Frank Kwanten, maar beschaamd dat vertrouwen tot op heden allerminst. Op nationaal niveau wist hij al te zegevieren in de Omloop van de Houtse Linies, terwijl hij in de Turkse Tour of Mersin (2.2) naar winst snelde in de openingsetappe. Van Schip is zich aan het voorbereiden op de Olympische ploegenachtervolging op de baan, samen met onder andere Wim Stroetinga. Die liet afgelopen week in de Ster ZLM Toer zien dat die ambities zijn huidige prestaties niet in de weg hoeven te zitten. Een Nederlandse beloftentitel zou Van Schip in ieder geval een enorme vertrouwensboost geven.
Met Bob Olieslagers heeft Rabobank nog maar eens een kanshebber in huis die zich in een massasprint kan mengen om de medailles. De 19-jarige coureur leek onlangs nog naar winst te sprinten in de Vredeskoers, die deel uitmaakt van de UCI Nations Cup U23. Op de meet wist enkel de 21-jarige Oostenrijker Daniel Auer nog over hem heen te wippen. Daarmee gaf hij zijn optredens als laatstejaars junior een gevolg, want ook daar liet hij zien dat hij tijdens sprints op een oplopende finishstrook een gevaarlijke klant is voor de zege. En laat de eindstreep op de Brouwersdam nu net volgen na een oplopende aankomst, waar hij zich als machtssprinter op zal verheugen.
Een andere snelle man moet men zoeken bij het Belgische 3M. Sinds dit seizoen is dat de werkgever van Piotr Havik, die de voorbije twee jaren voor Rabobank uitkwam. Havik, ook geen familie van zijn ploeggenoot Yoeri, werd in 2014 al eens derde op het NK. Toen moest Mike Teunissen namens Rabobank met de Nederlandse titel aan de haak gaan, maar hij kwam op tweehonderd meter van de streep ten val en brak daarbij ook nog eens zijn sleutelbeen. Na een superieure koers voor Rabobank, dat van A tot Z die editie in handen had, werd op die manier Kerkhof kampioen. Havik redde toen met brons de eer, maar hij zal het dit jaar alleen moeten opknappen. Hij beschikt ook over snelle benen na een lange koers, waardoor men hem niet uit het oog mag verliezen.
Outsiders
Er zijn echter renners zat die het evenals Hofstede niet op een massasprint uit willen laten draaien. Bas Tietema (BMC Development) was dat vorig jaar ook niet van plan, demarreerde in de volle finale en werd uiteindelijk pas op enkele tientallen meters voor de meet teruggepakt. Zo’n zelfde scenario zou hij nu maar wat graag wél willen afronden. Wellicht dat hij bij een aanvalspoging bijval kan krijgen van renners als Jaap de Jong (Chambéry CF), Jordi Talen (Join-S|De Rijke), Rob van Broekhoven, Koen van de Klundert (beiden Willebrord Wil Vooruit), Jelle Wolsink (Jo Piels), Jasper de Laat (TWC Tempo Hoppenbrouwers Veldhoven) en Pascal Eenkhoorn (BMC Development). Bij Rabobank moet men ook de in vorm verkerende Hartthijs de Vries en Merijn Korevaar in de gaten houden, terwijl Stan Wijkel (NWVG) in een massasprint een gevaarlijke dark horse is.
Favorieten volgens WielerFlits
**** Fabio Jakobsen
*** Bram Welten, Cees Bol
** Peter Lenderink, Davy Gunst, Lennard Hofstede
* Tim Ariesen, Jan-Willem van Schip, Bob Olieslagers, Piotr Havik
Weer & TV
De beloften wacht vrijdagnamiddag en -avond een koers met aangenaam weer. Volgens Weeronline stijgt het kwik rond de Brouwersdam vrijdag naar 21 graden Celsius. Er staat windkracht vier uit het westen, terwijl de neerslagkans 80% is. Dit valt echter vooral ’s morgens. De koers is niet op TV te zien. Het verloop van dit NK is wel te bespreken in de gebruikelijke Volg Hier van WielerFlits.
* Tim Ariesen, Jan-Willem van Schep, Bob Olieslagers & Piotr Havik
Wie?
Bovendien, die is gisteren 'ingestort'. Geen logische kanshebber dus, lijkt me.