foto: Sirotti

De Vuelta a España is nog in volle gang, maar op zondag 7 september gaat ook de Tour of Britain van start. De rittenkoers zag vorig jaar thuisrijder Sir Bradley Wiggins winnen en ook dit jaar staat de Tourwinnaar van 2012 aan de start. Kan hij voor eigen publiek opnieuw voor de overwinning gaan? WielerFlits blikt vooruit op de achtdaagse wedstrijd.

Historie
De Ronde van Groot-Brittannië werd voor het eerst verreden in 1945. Pas in 1985 stonden er voor het eerst professionele wielrenners aan de start. In 2004 werd de wedstrijd nieuw leven ingeblazen, nadat de koers om verschillende redenen een aantal jaren geen doorgang vond.

foto: Tour of Britain

In dienst van het kleine Chocolade Jacques kroonde Mauricio Ardila zich dat jaar als winnaar. Na hem veroverden onder meer Nick Nuyens (2005), Edvald Boasson Hagen (2009), Michael Albasini (2010), Lars Boom (2011) de eindwinst. Vorig jaar ging de eindzege naar Bradley Wiggins. Na een kwakkeljaar bevestigde de renner van Team Sky zijn status. In de derde etappe sloeg hij zijn slag en reed hij de concurrentie op meer dan een halve minuut achterstand. Zijn leidende positie gaf Wiggins in het vervolg niet meer uit handen. Ondertussen won Mark Cavendish drie ritten en waren er ook dagzeges voor Elia Viviani, Gerald Ciolek, Sam Bennett en Simon Yates.

Parcours
Hooggebergte kennen ze niet in de Tour of Britain, maar een makkelijk parcours is het allerminst. Ongetwijfeld zullen er enkele etappes in een massasprint eindigen, maar er zullen ook ritten bij zijn waar een sprinter met tegenzin naar uitkijkt. De beslissing valt waarschijnlijk pas op de slotdag, wanneer er twee etappes op het programma staan: een tijdrit en een criterium.

Etappe 1 (7 september): Liverpool – Liverpool (104,8 km):

Liverpool, de havenstad die bekend is geworden door The Beatles en de plaatselijke voetbalploeg, is het podium voor de eerste etappe. Deze korte rit is op maat gemaakt is van de sprinters. Er zijn acht rondes van 13,1 kilometer en de start en finish ligt in het centrum van de stad. Er ligt een klein klimmetje op het parcours, maar dat zou geen probleem moeten zijn voor een doorgewinterde prof.

Etappe 2 (8 september): Knowsley – Llandudno (201 km):

Het startschot van de tweede rit wordt gegeven in Knowsley, vlakbij Liverpool. In de tweehonderd kilometer lange rit liggen drie bergjes: twee van de tweede categorie en in de laatste tien kilometer moet het peloton over een klimmetje van derde categorie. Is de drie kilometer lange Great Orme pittig genoeg om uit de greep van het peloton te blijven?

Etappe 3 (9 september): Newtown – The Tumble (179,7 km):

De derde etappe is er zeker geen voor de sprinters. In de rit in Wales van Newton naar The Tumble gaat het de hele dag op en af. In de beginfase zijn er drie heuvels die meetellen voor het bergklassement. Het venijn zit hem echter in de staart. De finish ligt op The Tumble, een beklimming van eerste categorie. Deze is 4,1 kilometer lang. De renners mogen echt aan de bak, want het gemiddelde stijgingspercentage is negen procent. Hier kunnen voor het eerst echte verschillen in het klassement gemaakt worden.

Etappe 4 (10 september): Worcester – Bristol (184,6 km):

Ook de finale van de vierde etappe is niet gemakkelijk. Op weg naar finishplaats Bristol is het allesbehalve vlak en daarbovenop komt nog de beklimming van Bridge Valley Road. Deze klim is één kilometer lang aan een gemiddeld stijgingspercentage van zeven procent. Boven is het nog wel twee kilometer tot aan de finish. Wint hier een goed klimmende sprinter, of een goed sprintende klimmer?

Etappe 5 (11 september): Exmouth – Exeter (177,3 km):

De rit van Exmouth naar Exeter heeft het zwaartepunt liggen na zestig kilometer, wanneer de beklimming van Haytor op het programma staat. Ook hier ligt vlak voor de streep nog de tweede categorie-klim Stoke Hill. Deze is twee kilometer lang aan zes procent. De top ligt twee kilometer van de aankomstlijn.

Etappe 6 (12 september): Bath – Hemel Hempstead (205,7 km):

Is de rit van Bath naar Hemel Hempstead dan wat voor de sprinters? Die kans is een stuk groter dan in de etappes hiervoor. Er moeten nog wat kleine klimmetjes verreden worden in de slotfase, maar na het laatste klimmetje van de dag moeten nog vijftien kilometer afgelegd worden. Zou Cavendish of Kittel hier voor een dagzege kunnen zorgen?

Etappe 7 (13 september): Camberley – Brighton (226 km):

Dit is de langste etappe van de ronde: 226 kilometer lang. Dit lijkt dan weer geen mogelijkheid voor de rappe mannen. In de laatste twintig kilometer moet er flink geklommen worden met twee beklimmingen van de eerste categorie. Ditchling Beacon is de eerste: anderhalve kilometer aan negen procent. De tweede, Bear Road, heeft dezelfde lengte aan een percentage van 7,7 procent. Na de laatste top zijn er nog zes kilometer te rijden in dalende lijn.

Etappe 8a (14 september): Londen (Individuele tijdrit – 8,8 km):
Voor de slotdag trekt het peloton naar de Britse hoofdstad Londen. Eerst wordt er een tijdrit verreden over 8,8 kilometer. Hier zal het klassement een definitieve vorm krijgen. Er wordt begonnen en geëindigd aan Whitehall. De renners rijden langs de Thames heen en weer naar de Tower of Londen. Kan Wiggins hier weer zijn slag slaan?

Etappe 8b (14 september): Londen – Londen (88,8 km):
Later op de dag mogen de renners over hetzelfde parcours een criterium van tien ronden rijden. Hier zou Cavendish de ronde van zijn eigen land ongetwijfeld willen afsluiten met een ritzege.

Favorieten

Geen grote rondes dit jaar voor Sir Bradley Wiggins, maar de in Gent geboren renner mag van zijn ploeg Team Sky wel zijn titel verdedigen in de Ronde van Groot-Brittannië. Het vele heuvelachtige werk zou de 34-jarige renner niet moeten deren en in de tijdrit zou hij kunnen toeslaan, net zoals vorig jaar het geval was. Kan ‘Wiggo’ na de Ronde van Californië dit jaar opnieuw een rittenkoers op zijn naam schrijven ?

Daarmee is het profiel van de potentiële winnaar geschreven. Je moet aardig omhoog kunnen en ook nog een stevige tijdrit in de benen hebben. Dan kom je in dit deelnemersveld al snel uit bij Michal Kwiatkowski. De Poolse alleskunner van Omega Pharma-Quick Step is in staat om in alle facetten mee te kunnen en kan door een vlotte sprint wellicht ook nog bonificaties meepakken. Sylvain Chavanel was vorig seizoen bij Omega Pharma-Quick Step nog een ploeggenoot, maar rijdt dit jaar bij IAM Cycling. Na winst in de Tour de Poitou-Charentes en de GP Ouest France-Plouay lijkt ‘La Machine’ zijn vorm eindelijk gevonden te hebben. Kan hij ook in Groot-Brittannië meestrijden voor winst? IAM Cycling beschikt daarnaast over de 25-jarige talentvolle Zwitser Sebastien Reichenbach

Nicolas Roche is de grootste naam in de selectie van Tinkoff-Saxo. De Ier zou vooral zijn winst moeten pakken in de etappes die een zwaar slotstuk hebben en de schade moeten beperken in de tijdritten. Leopold König heeft ondanks zijn zevende plaats in de Tour en zijn negende stek in de Vuelta van vorig jaar nog geen grote naam, maar in dit deelnemersveld behoort de Tsjech toch zeker tot de favorieten. De renner van NetApp-Endura heeft een goede rit tegen de klok in de benen.

Belkin staat aan de start zonder echte topfavoriet voor de eindzege. Oud-winnaar Lars Boom ontbreekt, maar de ploeg neemt wel Lars-Petter Nordhaug mee. De Noor moet op het heuvelachtige terrein goed uit de voeten kunnen. Giant-Shimano heeft helemaal geen klassementsman meegenomen en rekent vooral op sprinter Kittel.

Er is verder nog een stapel outsiders voor de overwinning. Bij Movistar hebben ze geen uitgesproken kopman, maar met Ion Izaguirre en Giovanni Visconti beschikken de Spanjaarden over twee renners die hun neus aan het venster kunnen steken. Bij BMC Racing is Stephen Cummings de man die het moet doen. Eerder dit jaar won de 33-jarige Brit de Ronde van de Middellandse Zee. En wellicht kan Linus Gerdemann nog een keer meedoen voor de zege in een etappekoers. Al is het voor de Duitser al lang geleden dat hij nog een mooie uitslag reed in een klassement: vijfde in de Ronde van Polen 2012.

Als het om sprintzeges gaat zijn Mark Cavendish (Omega Pharma-Quick Step) en Marcel Kittel (Giant-Shimano) de grote blikvangers van dit deelnemersveld. Zijn krijgen concurrentie van onder meer Sam Bennett (NetApp-Endura), Barry Markus (Belkin), Tyler Farrar (Garmin-Sharp) en Adam Blythe (NFTO).

Favorieten volgens WielerFlits
**** Bradley Wiggins
*** Michal Kwiatkowski, Sylvain Chavanel
** Lars Petter Nordhaug, Leopold König, Nicolas Roche
* Stephen Cummings, Linus Gerdemann, Sebastien Reichenbach, Ion Izaguirre

Website organisatie
Deelnemerslijst (4 september)