Terwijl de 101e editie van de Giro d’Italia in sneltreinvaart dendert richting Rome, vormt Noord-Europa vanaf woensdag ook het decor van een wielerwedstrijd. In Noorwegen staat de achtste editie van de gelijknamige Tour of Norway (2.HC) op het programma. Met LottoNL-Jumbo en Roompot-Nederlandse Loterij geven twee Nederlandse teams acte de présence. Kan titelverdediger Edvald Boasson Hagen opnieuw schitteren in eigen land? WielerFlits blikt vooruit.

Historie
Een Noor als wielrenner? Dag Otto Lauritzen was in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw een buitenbeentje in een voornamelijk door West-Europeanen gedomineerd peloton. Natuurlijk, buurland Zweden kende al een rijke wielergeschiedenis met de gebroeders Petterson, Sven-Åke Nilsson, Tommy Prim en Bernt Johansson. Maar Noorwegen vormde drie decennia geleden zelfs niet een voetnoot in de wielergeschiedenis. Lauritzen, die in 1987 zijn moment de gloire beleefde met Toursucces op de fameuze Pyreneeëncol Luz Ardiden, gold destijds als dé exponent van het prille Noorse wielrennen.

Dertig jaar later kunnen we een peloton zonder Noren niet meer voorstellen. Het enthousiasme – aangewakkerd door wereldtoppers Thor Hushovd, Edvald Boasson Hagen en Alexander Kristoff – heeft geleid tot een legio wielerkoersen in het land van de Jostedalsbreen (de grootste gletsjer op het Europese vasteland), componist Edvard Grieg, biatleet Ole Einar Bjørndalen en populaire series als Varg Veum en Lilyhammer. Kongeriket Norge laat zich in rondes als de Arctic Race of Norway en de Tour des Fjords op zijn mooist zien.

Dag Otto Lauritzen zette het Noorse wielrennen in de jaren tachtig en negentig op de kaart – foto: Sirotti

Vanaf woensdag staat die andere meerdaagse rittenwedstrijd op het programma: de Tour of Norway. De ronde is pas toe aan zijn achtste editie, maar kan al bogen op een puike erelijst. De eerste winnaar komt uit Utrechtse hoek; het was Wilco Kelderman die in 2011 als twintigjarig broekie het eindklassement naar zich toe wist te trekken. De koers kreeg toen nog het predicaat 2.2 opgeklapt, wat betekende dat de tegenstand bestond uit internationale talenten, lokale favorieten en verdwaalde exoten.

In 2012 werd de Tour of Norway ingeschaald als 2.1-koers, om vanaf 2014 door het leven te gaan als 2.HC-wedstrijd. Deze ontwikkeling leidde op den duur ook tot een gestoffeerd deelnemersveld. In 2012 én 2013 mocht het Noorse publiek zijn stem schor schreeuwen voor thuisrijder Edvald Boasson Hagen. De zwijgzame Noor wist de koers ook vorig jaar te winnen, waardoor hij zich met drie eindzeges niet geheel verrassend recordhouder mag noemen. De andere eindwinnaars luisteren naar de namen Maciej Paterski, Jesper Hansen en landgenoot Pieter Weening.

Jesper Hansen won de koers in 2015 – foto: Sirotti

Met twee eindzeges in zeven jaar tijd blijkt Noorwegen een uitstekend jachtterrein voor de Nederlandse wielerprofs. Naast de overwinningen van Kelderman en Weening, wonnen ‘we’ vanaf de oprichting van de koers maar liefst acht etappes, verdeeld over Raymond Kreder, Theo Bos, Marc de Maar, Bauke Mollema, Weening (tweemaal) en Dylan Groenewegen (tweemaal). Met slokoppen Groenewegen en Weening die opnieuw het startblad tekenen, is de kans aanwezig dat dit jaar de dubbele cijfers worden gehaald.

Laatste eindwinnaars Tour of Norway
2011: Wilco Kelderman
2012: Edvald Boasson Hagen
2013: Edvald Boasson Hagen
2014: Maciej Paterski
2015: Jesper Hansen
2016: Pieter Weening
2017: Edvald Boasson Hagen

Parcours
Het parcours kent flink wat gelijkenissen in vergelijking met vorig jaar. Asker, Brumunddal, Sarpsborg en Lillehammer hebben opnieuw de eer als aankomstplaats te fungeren. Onderweg dienen er flink wat heuveltjes te worden bedwongen, maar de Alpe d’Huez van Noorwegen – de Flisetjønnsskaret (11,3 km aan 7%) – wordt ditmaal gemeden.

Woensdag 16 mei – Etappe 1: Svelvik-Horten (186 km)

Het peloton start woensdag met een inrijetappe naar de gemeente Horten, dat in negentiende eeuw een belangrijke steunpunt was van de Noorse marine. Onderweg liggen wel twee klimmetjes, maar de laatste ligt op ruim dertig kilometer van de streep. Kan Dylan Groenewegen zijn favorietenstatus meteen waarmaken?

Donderdag 17 mei – Etappe 2: Hønefoss-Asker (169 km)

Waar de sprinters op de openingsdag waarschijnlijk aan hun trekken komen, is het op dag twee de beurt aan de aanwezige puncheurs. Na ontelbaar veel hoogtemeters en dito klimmetjes draaien de renners na 144 kilometer het lokale circuit op – met daarin telkens een niet in het routeboek opgenomen beklimming – dat voert naar Asker, een voorstad van hoofdstad Oslo.

De renners zullen een tweede maal de finishlijn passeren op elf kilometer van de streep. De explosieve lieden zullen waarschijnlijk wachten op de laatste twee kilometer, als het wegdek stijgt aan goed 4%. De finishstreep is vervolgens getrokken op 169 meter hoogte. Vorig jaar zegevierde Boasson Hagen hier voor Tosh Van der Sande en Simon Gerrans.

Vrijdag 18 mei – Etappe 3: Moss-Sarpsborg (175 km)

Op dag drie wordt eveneens een oude bekende aangedaan. Vorig jaar schoot Groenewegen in Sarpsborg – hoofdstad van de provincie Østfold – naar zijn tweede zege in de Tour of Norway. In de laatste twintig kilometer ligt met de Yven (1 km aan 5,7%) nog wel een klimmetje te wachten, maar deze is waarschijnlijk niet zwaar genoeg om het veld uiteen te slaan. Verwacht ook dit jaar een ziedende spurt en een schreeuw van victorie in de finishstraten van Sarpsborg.

Zaterdag 9 mei – Etappe 4: Kongsvinger-Brumunddal (218 km)

Op de voorlaatste dag staat er een niet te onderschatten etappe op de planning. Na een vlakke openingsfase moet er in de finale flink worden geklommen. De Gåsbu (7 km aan 3,7%) en de Byflaten (2,7 km aan 3,4%) zijn echter niet dermate lastig, waardoor een sprint in de toeristische trekpleister Brumunddal niet ondenkbeeldig is. Houden de favorieten hun kaarten op zak met het oog op de slotrit? Of mag er vuurwerk worden verwacht op het lokale circuit?

Zaterdag 10 mei – Etappe 5: Moelv-Lillehammer (154 km)

De organisatie kiest duidelijk voor het credo ‘het lekkerst voor het laatst bewaren’. De slotrit naar Lillehammer mag dan weliswaar niet over de gevreesde Flisetjønnsskaret gaan, er blijft nog genoeg klimwerk over! Vanuit startplaats Moelv gaat het over de Hafjell (2,8 km aan 6,7%), Musdalen (5,8 km aan 6,3%) en enkele niet gecategoriseerde beklimmingen naar de steile Kanthaugen.

Deze 2,5 kilometer lange klim stijgt aan een gemiddelde van maar liefst 9,3%, en is daarmee voer voor de klimmers. Eenmaal de top bereikt volgen er nog twintig kilometer naar de fiks oplopende finishstraat in Lillehammer, bekend als gastheer van de Olympische Winterspelen van 1994. Opvallend: in deze voormalige handelsstad was het een zekere Thor Bjørklund (1889-1975) – timmerman van beroep – die in 1925 de kaasschaaf uitvond.

Favorieten
De organisatie van de Tour of Norway verwelkomt dit jaar met Sky, Dimension Data én LottoNL-Jumbo drie WorldTour-teams. Daarnaast kregen ook elf ProContinentale ploegen en vijf continentale formaties een uitnodiging op de deurmat.

Edvald Boasson Hagen heerst al jaren in eigen land – foto: Sirotti

De topfavoriet is – net als in vele andere edities – thuisrijder Edvald Boasson Hagen (Dimension Data). Het jaar van de Noor begon met een valse noot door een operatief verwijderde galblaas, maar in zijn laatste koersen stak hij de neus weer aan het venster. Vooral zijn optredens in de Brabantse Pijl (vijftiende) en Eschborn-Frankfurt (achtste) waren meer dan hoopvol. Dat Eddy altijd wat meer kan in eigen land, blijkt uit zijn indrukwekkende track record op eigen bodem. Zowel in de Tour of Norway (drie eindzeges + zes ritzeges) als de Tour des Fjords (eindwinnaar in 2017 + vier dagwinsten) vierde hij al successen. Kan hij zijn titel met succes verdedigen, en voor een vierde maal de eindzege veroveren?

Eduard Prades zal graag de goede run van zijn ploeg Euskadi-Murias willen voortzetten – foto: Sirotti

Boasson Hagen mag echter serieuze concurrentie verwachten uit Baskische hoek. Eduard Prades maakte afgelopen winter de overstap van Caja Rural-Seguros RGA naar het onlangs naar het ProContinentale niveau gepromoveerde Euskadi Murias. De heuvelsprinter is de laatste weken uitstekend op dreef met puike eindnoteringen in de Gran Premio Miguel Induráin (vierde) en de Vuelta a Castilla y Leon (derde). In de recente Tour de Yorkshire ontpopte hij zich op de slotdag zelfs tot voornaamste uitdager van latere eindwinnaar Greg Van Avermaet. Hij verliet het graafschap uiteindelijk met een knappe tweede plaats in de eindstand. Met zijn snelheid en klimvermogen moet hij in staat zijn om de Noor het vuur aan de schenen te leggen. Kan Prades in Noorwegen zijn eerste zege van 2018 binnenhalen, en daarmee de derde overwinning van de ploeg in één week tijd?

Iemand die onlangs ook heeft aangetoond uitstekend in vorm te zijn, is Pieter Weening. De kopman van Roompot-Nederlandse Loterij moest in de Tour of Croatia alleen Kanstantsin Siutsou laten voorgaan. De 37-jarige Fries zal ongetwijfeld hopen op een evenaring van de laatste twee edities, toen hij het nodige klatergoud wist te verzamelen. Zo won hij de ronde in 2016, en bezette hij vorig jaar het laagste podiumtreetje. Kan hij dit jaar opnieuw het hoogste schavot betreden? Hij krijgt assistentie van Pim Ligthart en Jeroen Meijers, die in Noorwegen aast op een goed resultaat na problemen door een verkeerde zadelhoogte. Nick van der Lijke is eveneens van de partij; de Zeeuw kan zelf ook een goed resultaat najagen.

Kan August Jensen zijn benen van vorig jaar weer vinden? – foto: ASO

Het Noorse wielrennen bestaat niet alleen bij de gratie van Boasson Hagen en Kristoff. Het Noord-Europese land kan vissen in een poel aan beloftevolle renners, met August Jensen, Carl Frederik Hagen en Rasmus Tiller als luxe karpers. Israel Cycling Academy-coureur Jensen mag dan ‘al’ 26 jaar oud zijn, hij was vorig seizoen – in dienst van het nietige Coop – een revelatie met maar liefst 35(!) top 10-noteringen, waaronder vier overwinningen. Zowel in de Tour of Norway (vijfde), Tour des Fjords (vierde) als de Arctic Race of Norway (tweede) streed hij mee om de winst. Hij kon in dienst van zijn nieuwe werkgever nog geen potten breken, maar zal voor eigen publiek willen schitteren.

Frederik Hagen is met zijn 26 lentes ook niet meer te beschouwen als toptalent, maar is de laatste weken wel uitstekend op dreef. Hij won enkele weken geleden de niet te onderschatten Tour du Jura, en stond na de Sunvolden GP op het podium. Aangezien hij vorig jaar goede eindklasseringen wist te behalen in de Tour of Norway (dertiende), Tour des Fjords (elfde) en de Arctic Race of Norway (achtste), mag ook deze week het nodige van hem worden verwacht. De nog altijd maar 21-jarige Tiller maakte dit seizoen indruk door als vijfde te eindigen in de Tro-Bro Léon. Hij leek in de Bretoense grindklassieker zelfs op weg naar winst, maar kwam onfortuinlijk ten val in de finale. Kan hij die teleurstelling doorspoelen op eigen bodem?

Andere Noren die kunnen verrassen zijn de eigenzinnige Sondre Holst Enger – de nummer drie van 2016 -, LottoNL-Jumbo-coureur Amund Grøndahl Jansen en Odd Christian Eiking (Wanty-Groupe Gobert). Daarnaast is het uitkijken naar Bjørn Tore Hoem en Andreas Vangstad, die namens Virtu Cycling kunnen uitblinken. De 26-jarige Vangstad reed vorig jaar nog naar een negende stek in de eindstand.

Timo Roosen zal namens LottoNL-Jumbo een goed resultaat willen neerzetten – foto: Marcel Koch

Mauro Finetto en Jérôme Baugnies zijn twee ‘buitenstaanders’ die het Noorse blok kunnen slechten. De 33-jarige Italiaan Finetto is een vertrouwd gezicht in de heuvelkoersen. Kan hij zijn ploeg Delko Marseille Provence KTM een overwinning bezorgen? De eigenzinnige Baugnies sprokkelt dit seizoen zijn ereplaatsen bijeen. Zo finishte de Belg van Wanty-Groupe Gobert in de Volta Limburg Classic al verdienstelijk als zesde, terwijl hij in de recente Rhône-Alpes Isère Tour op het podium eindigde. Iemand die dergelijke adelbrieven kan voorleggen, moet ook in een koers als de Tour of Norway zijn streng kunnen trekken.

Er staan ook flink wat outsiders aan het vertrek. Zo stuurt Caja Rural-Seguros RGA Australiër Nick Schultz naar de frontlinie, de nummer zeven van vorig jaar. Virtu Cycling rekent op de onvoorspelbare maar van het talent bulkende Alexander Kamp, Asbjørn Kragh Andersen en toptalent Niklas Larsen. Alexander Kirsch (WB Aqua Protect Veranclassic) is een renner die zich moet kunnen uitleven op de Noorse heuvels. Het is ook uitkijken naar Lorenzo Rota (Bardiani-CSF) en het Sport-Vlaanderen Baloise-duo Preben Van Hecke en Dries Van Gestel. Aqua Blue Sport vertrouwt dan weer op Amerikaans kampioen Lary Warbasse en de jonge Britse klimmer Daniel Pearson, terwijl Tarteletto-Isorex op landgenoot Rob Ruijgh rekent.

Tot slot is het uitkijken naar Timo Roosen. De Nederlander liet dit jaar op de steile Hatta Dam (derde) zien over een fikse spurt bergop te beschikken. De vraag is echter of hij al op punt staat; de Tour of Norway zal de eerste koers van de LottoNL-Jumbo-renner worden sinds Parijs-Roubaix. Een ander opvallend feit: de laatste jaren met klierkoorts kampende Beñat Intxausti (Sky) maakt in Noorwegen zijn eerste wedstrijdkilometers van 2018.

Sprinters

Dylan Groenewegen zal in Noorwegen zijn zegetotaal willen uitbreiden – foto: ASO

Boasson Hagen zal ook in de (potentiële) massasprints een gevaarlijke klant zijn, maar dé referentie is Dylan Groenewegen. De Nederlandse spurter van LottoNL-Jumbo won dit jaar al vijfmaal, en zal zijn zegetotaal hier willen opkrikken. Hij mag echter fikse concurrentie verwachten van thuisfavoriet en toptalent Kristoffer Halvorsen. De voor Sky uitkomende beloftewereldkampioen zoekt nog altijd naar zijn eerste zege van 2018.

In de schaduw van deze rivaliteit hopen man in vorm Jon Aberasturi (Euskadi Basque Country-Murias), landgenoot Dennis van Winden (Israel Cycling Academy), Alan Banaszek (CCC Sprandi Polkowice), Brenton Jones (Delko Marseille Provence KTM) en Justin Jules (WB Aqua Protect Veranclassic) op een verrassing.

Favorieten volgens WielerFlits
**** Edvald Boasson Hagen
*** Eduard Prades, Pieter Weening
** August Jensen, Mauro Finetto, Sondre Holst Enger
* Rasmus Tiller, Carl Frederik Hagen, Nick van der Lijke, Jérôme Baugnies

[poll id=”795″]

Deelnemerslijst
Website organisatie

Weer en TV 
De renners mogen zich de komende dagen opmaken voor de nodige regenval. Vooral tijdens de eerste dagen worden de hemelsluizen bij momenten opengezet. De gemiddelde temperatuur zal schommelen tussen de dertien en vijftien graden Celsius. De koers is niet live te volgen op TV.