Voorbeschouwing: Vredeskoers U23 2022
foto: Jan Brychta/Vredeskoers 2018
Youri IJnsen
donderdag 2 juni 2022 om 07:00

Voorbeschouwing: Vredeskoers U23 2022

Na het klassieke voorjaar en de opwarmrondjes, is ook het beloftencircuit toe aan de eerste zware rittenkoersen van het seizoen. Te beginnen met de Závod Míru Grand Prix Jeseníky, oftewel de Vredeskoers U23 2022. Deze Tsjechische vierdaagse – onder de vlag van een nieuwe organisatie – duurt van donderdag 2 juni tot en met zondag 5 juni. WielerFlits blikt vooruit!

Historie

De historie van de Vredeskoers an sich loopt al heel lang terug. Die wedstrijd werd namelijk kort na de Tweede Wereldoorlog in het leven geroepen achter het IJzeren Gordijn. De koers vond steevast plaats in Oost-Duitsland, Polen en – net zoals nu – Tsjechië. Daarbij werden in ieder geval altijd de hoofdsteden aangedaan: Oost-Berlijn, Praag en Warschau. Tijdens de Koude Oorlog was de Vredeskoers ook de tegenhanger van de immens populaire Ronde van Frankrijk. De wedstrijd genoot toen vooral bekendheid als Internationale Friedensfahrt of Course de la Paix. Er zijn in de geschiedenis namelijk tientallen boeken over verschenen.

De eerste twee edities van deze koers werden verreden in 1948, waarbij er eerst van Warschau naar Praag gereden werd en later dat jaar vice versa. August Prosinek uit Joegoslavië won de eerste van de twee, zijn landgenoot Alexander Zoric was in de omgekeerde richting de beste. In de jaren daarna wisten vooral renners uit Denemarken de eindzege voor zichzelf op te strijken. De later tot Zwitser geneutraliseerde Steffen Wesemann is recordhouder. Hij won deze koers tussen 1992 en 2003 liefst vijf keer. Piet Damen (1958) en Marcel Maes (1967) zorgden voor de enige Nederlandse en Belgische eindzege.

Omdat de Vredeskoers zich afspeelde in het Oostblok, zien we op die erelijst vooral veel Duitsers, Tsjechen, Polen en renners uit de voormalige Sovjet-Unie. Enkele bekende namen zijn die van meervoudig winnaar van een Tourrit Jean-Pierre Danguillaume (een Fransman), olympisch kampioenen Sergei Soukhoroutchenkov en Olaf Ludwig (beiden wonnen tweemaal) en Jens Voigt (die won in 1994). Nog een opvallende naam is die van Klaus Ampler, die won in 1963. Diens zoon Uwe won de koers later ook nog vier keer, van 1987 tot en met 1989 en nog een keer in 1998. Ook Ryszard Szurkowski won vier keer in de jaren tussen 1970 en 1975.

Serguei Soukhoroutchenkov – Foto: Cor Vos

De Pool – die op 1 februari van dit jaar overleed en bij de aanslagen van 11 september in de Verenigde Staten zijn zoon Norbert verloor – werd in 1973 wereldkampioen bij de amateurs, de categorie die we nu kennen als de beloften. Dat laatste feit laat goed zien waarom de erelijst zo ‘gekleurd’ is. In het voormalige Oostblok was profsport niet toegestaan. Vandaar ook dat bijvoorbeeld Ludwig en Peschel op 30-jarige leeftijd nog hun profdebuut maakten. Beiden deden dat in 1990, het jaar na de val van de Berlijnse Muur. De Vredeskoers was daarom jarenlang de belangrijkste afspraak op de kalender voor de niet-wielerprofs.

Pas in 1996 stonden er voor het eerst profteams aan de start. De koers zou daarna nog tien jaar bestaan. In 2004 won wijlen Michele Scarponi het eindklassement, het jaar erop zou de koers voor het eerst deel uit maken van de UCI Europe Tour. Die editie werd gecanceld, een jaar later stond de Vredeskoers als een UCI 2.HC-koers op de kalender. Giampaolo Cheula won en werd daarmee de laatste winnaar op de erelijst. De koers ging ter ziele. In 2013 keerde ze echter terug op de kalender én bleef het bij haar roots. Er werd een doorstart gemaakt als UCI 2.2U-wedstrijd, een koers uitsluitend voor beloften. Het bleek een succes.

Toms Skujiņš zette de revival van de Vredeskoers in de laatste rit naar zijn hand. Jan Hirt en Luka Pibernik mochten mee het podium op. Een jaar later zegevierde Samuel Spokes namens Etixx, toentertijd opleidingsploeg van wat nu Quick-Step Alpha Vinyl is. Sinds 2015 maakt deze wedstrijd deel uit van de UCI Nations Cup U23, een serie zware wedstrijden voor landenteams. Vanaf dat jaar wonnen alleen nog maar klinkende namen: David Gaudu, de betreurde Bjorg Lambrecht, intussen Tour de France-winnaar Tadej Pogačar, Andreas Leknessund en Filippo Zana. Al deze renners kwamen of komen inmiddels uit als prof.

Eerste acht winnaars flag-cz Vredeskoers U23
2021: flag-it Filippo Zana
2020: geen editie vanwege coronapandemie
2019: flag-no Andreas Leknessund
2018: flag-si Tadej Pogačar
2017: flag-be Bjorg Lambrecht †
2016: flag-fr David Gaudu
2015: flag-at Gregor Mühlberger
2014: flag-au Samuel Spokes
2013: flag-lv Toms Skujiņš


Vorig jaar

Pavel Bittner won vorig jaar de eerste rit voor Wessel Krul – foto: Cor Vos

De editie van 2021 betekende een van de eerste U23-rittenkoersen sinds de uitbraak van de coronapandemie begin 2020. Door de concurrentie van onder andere de Giro d’Italia U23 die bijna tegelijkertijd plaatsvond, kon de Vredeskoers in 2020 niet op het beste startveld rekenen. Toptalent Søren Wærenskjold was er wel. De sterke Noor won de proloog, maar in de heuvelrit daags nadien was niemand bij machte om het verschil te maken. In de massasprint die volgde kraaide thuisrijder Pavel Bittner victorie. Wessel Krul werd tweede.

Tijdens de derde etappe stond traditiegetrouw de koninginnenrit op het programma naar het stuwmeer van Dlouhé Strané. In die bergetappe buitte Filippo Zana zijn profervaring uit. De Italiaan had op dat moment net de Giro d’Italia in de benen en die hardheid gebruikte hij om in het klassement het verschil te maken. Dat lukte middels een solo. De Belg Toon Clynhens werd verrassend tweede, voor de Sloveen Kristjan Hočevar. Zij zouden ook het eindpodium bekleden. Axel Laurance won de slotrit in een sprint van een uitgedund peloton.

flag-cz Vredeskoers U23 2021 – Eindklassement
flag-nr1 flag-it Filippo Zana in 10u42m20s
flag-nr2 flag-si Kristjan Hočevar +1m10s
flag-nr3 flag-be Toon Clynhens +1m12s
4. flag-lu Arthur Kluckers +1m19s
5. flag-ch Jonathan Bögli +1m46s
Volledig eindklassement

Zana zegeviert in de Vredeskoers – foto: Jan Brychta


Parcours

De Vredeskoers valt dit jaar onder een nieuwe organisatie. Aan de voorkant ziet dat er gelikt uit, met een nieuwe website die ook voorziet in live timing tijdens de etappes. Aan de achterkant is er eerst gewacht met al te veel veranderingen. Het parcours van deze Vredeskoers is namelijk nagenoeg gelijk aan de wedstrijd die de beloften vorig jaar afwerkten. Het enige dat anders is, is het slot van de laatste etappe. Al is dat te overzien.

Donderdag 2 juni, proloog: Jésénik – Jésénik (3,4 km)

Net als de laatste vijf edities het geval was, start de Vredeskoers ook in 2022 met een proloog. Net als vorig jaar is dat in Jeseník. Het parcours is 3,4 kilometer lang en kent daarin acht bochten. Er zijn twee min of meer technische passages, waar twee bochten kort na elkaar volgen. De snelheid gaat er hier eventjes uit. De explosievere types zijn hier daarom in het voordeel van de powerhouses. Denk voor ritwinst vooral aan Matevz Govekar, Alexander Hajek, Enzo Leijnse en William Blume Levy. Renners mogen niet op een tijdritfiets starten.

Afstand: 3,4 kilometer
Hoogtemeters: 25
Start: flag-cz 17.00 uur
Finish: flag-cz 18.30 uur


Vrijdag 3 juni, etappe 1: Jeseník – Rýmařov (131,4 kilometer)

De tweede etappe is een heuvelachtige rit die start vanuit Jeseník en finisht in Rýmařov, intussen een klassieker in deze wedstrijd. Soms eindigt deze rit in een massasprint, soms blijft een klein groepje net vooruit. De etappe leent zich in ieder geval voor aanvallers. De rit is in totaal 131,4 kilometer lang. In de eerste 55 kilometer bevinden zich verschillende wat langere klimmetjes, waar aanvallers ongetwijfeld hun geluk willen beproeven. Via twee tussensprints komt het peloton na 107 kilometer voor de eerste keer onder de finishboog door. Na twee lokale rondes (met nog een klimmetje daarin) kennen we de winnaar.

Afstand: 131,4 kilometer
Hoogtemeters: 1690
Start: flag-cz 13.30 uur
Finish: flag-cz rond 16.50 uur


Zaterdag 4 juni, etappe 2: Bruntál – Dlouhé stráně (134,6 kilometer)

De zaterdag-etappe van deze koers staat altijd rood omcirkeld in de agenda’s van de klassementsrenners. In de finale staat twee keer de Přístřešek Pod horní nádrží op het programma. Na ruim 105 kilometer ronden de eerste renners de top, om via een afzink de klim nog een keer naar boven te rijden. Alsof dat nog niet genoeg is, stijgt het wegdek daarna zelfs nog verder. De finish ligt namelijk ter hoogte van het stuwmeer Dlouhé stráně. Wie hier als eerste over de streep komt, neemt een voorschot op de eindzege. Het is de vijfde keer dat deze klim erin zit en drie keer kwam de eindwinnaar als eerste boven.

Afstand: 134,6 kilometer
Hoogtemeters: 2770
Start: flag-cz 12.00 uur
Finish: flag-cz rond 15.20 uur


Zondag 5 juni, etappe 3: Jeseník – Jeseník (166,7 kilometer)

In eerdere edities legden Tadej Pogačar en Andreas Leknessund nergens een basis voor de eindzege, maar werd die juist op de slotdag bewerkstelligd. Beiden deden een alles-of-niets-poging, met indrukwekkende inspanningen tot gevolg. Ook nu gaat deze rit nog voor verschuivingen zorgen. Er staan toch 2.340 hoogtemeters op het menu. De koers zal na zo’n zestig kilometer gaan ontvlammen. In de daaropvolgende 100 kilometen liggen zes hellingen. De finish ligt dan weer na een afdaling, waar je schade kunt goedmaken. Wie hier echter over goede benen beschikt, kan het hele klassement nog naar zijn hand zetten.

Afstand: 166,7 kilometer
Hoogtemeters: 2340
Start: flag-cz 11.00 uur
Finish: flag-cz rond 14.55 uur


Favorieten

In tegenstelling tot vorig jaar, kan de organisatie nu wel vooruitkijken op een mooi deelnemersveld. Enkele renners van de grotere U23-namen op het rondegebied zijn aanwezig in Tsjechië en bovendien is er dit jaar geen overlap met de Giro d’Italia U23. In theorie kunnen renners beide koersen zelfs combineren, al zijn daar tot op heden nog geen aanwijzingen voor. Eerst de Vredeskoers en dat belooft al uit te draaien op een waar spektakelstuk! Helaas heeft de – op papier – beste klimmer van het beloftencircuit zich wel afgemeld. Tom Gloag is er niet bij.

Jacob Hindsgaul reed ook goede Tour de l’Avenir 2021 – foto: Uno-X

Normaliter hoef je voor klimmers niet in Denemarken te zijn, al zijn mannen als Jakub Fuglsang en Jonas Vingegaard uitzonderingen op die regel. Ze hebben er bij de beloften nu nog zo’n eentje: Jacob Hindsgaul. De 21-jarige Deen is al drie jaar prof bij Uno-X, maar komt ook nog geregeld uit in het beloftencircuit. Zo werd hij vorig jaar bijvoorbeeld nog achtste in de Ronde van de Toekomst. Dit voorjaar won hij bij de profs wel zijn eerste rittenkoers. In de Tour of Antalya was hij de beste. Hindsgaul heeft ook een goede proloog in zijn benen.

Hij wil zo graag winnen, maar dit jaar is dat hem nog niet gelukt. Lennert Van Eetvelt breekt dit seizoen wel door bij de beloften en daarom zette hij onlangs al een krabbel onder een verbintenis bij de proftak van Lotto Soudal. De 20-jarige Belg werd onder meer tweede in Luik-Bastenaken-Luik U23 en de Flèche Ardennaise. Dat hij kan klimmen, toonde hij in de Giro d’Italia (zestiende) en de Tour Alsace (achtste). Van Eetvelt kan bovendien bouwen op sterke ploegmaats als Dries De Pooter, Robin Orens en Lars Craps. België heeft kansen.

Lennert Van Eetvelt – foto: Brecht Steenhouwer

Dat geldt ook voor Spanje, dat toch niet altijd thuisgeeft in beloftenkoersen. Zij brengen de 20-jarige Alejandro Franco aan het vertrek. Onlangs werd bekend dat hij komend jaar zijn profdebuut maakt bij Burgos-BH. Goed opgelet door de ploeg van Jetse Bol en Alex Molenaar, want na nog zo’n sterk jaar kan hij best weleens onbetaalbaar zijn. In het lastige Spaanse amateurcircuit baarde Franco (20) de voorbije maanden opzien. Hij won daar al vijf keer, waaronder een aantal koersen met een zwaar parcours. Je bent gewaarschuwd.

Italië komt eveneens met een stevig ploeg naar Tsjechië. Hun vooruitgeschoven pion zal de nog altijd maar 19-jarige Italiaan Davide Piganzoli zijn. Normaliter komt hij uit voor de beloftenploeg van EOLO-Kometa, maar nu is hij hier dus met de Squadra Azzurra. De klimmer werd vorig jaar vrijwel uit het niets tiende in de Giro, maar die prestaties wist hij in Spanje dit seizoen al te bevestigen. Zo won Piganzoli onlangs nog de zware nationale rittenkoers Vuelta al Bidasoa. Hij kan hier bovendien terugvallen op Francesco Busatto.

We hebben ze de laatste jaren niet veel in de UCI Nation’s Cup U23 gezien, maar gelukkig is Australië weer van de partij. Ze nemen meteen een erg sterke ploeg met hardrijders, een topsprinter en twee sterke klimmers mee. Daarbij zal Matthew Dinham als superknecht functioneren voor Rudy Porter. De 21-jarige Trinity-renner geldt als rondetalent en dat liet hij dit weekend nog zien in de Alpes Isère Tour. Alleen prof Sebastian Berwick, eerstejaars elite Yannis Voisard en toptalent Romain Grégoire klommen daar beter dan Porter.

Waar Denemarken nooit veel topklimmers produceert, is dat in Noorwegen nog minder het geval. Ook daar zagen we de laatste jaren wat uitzonderingen met Torstein Træen, Tobias Foss en oud-Vredeskoers-winnaar Andreas Leknessund. Hoewel Per Strand Hagenes niet meteen als pure klimmer te boek staat, zou hij hier wel lang mee moeten kunnen. De 18-jarige renner van Jumbo-Visma Development is regerend wereldkampioen bij de junioren en in dat circuit won hij vorig jaar de Vredeskoers. Zijn transitie naar de beloften verloop goed.

Toptalent Per Strand Hagenes – foto: Cor Vos

Waar renners als Strand Hagenes en de zojuist eveneens genoemde Grégoire het U23-circuit amper nodig hebben voordat ze als prof aan het werk gaan, zijn er nog altijd meer coureurs die er wél bij gebaat zijn. Denk bijvoorbeeld aan Toon Clynhens. De 21-jarige Belg ontwikkelt zich gestaag. In een minder sterk bezette ronde werd hij vorig jaar derde in de Vredeskoers en eindigde hij als tweede in de bergrit naar het stuwmeer Dlouhé stráně. Daarna werd Clynhens onder meer ook zevende in de Ronde van Lombardije U23. Kan hij hier bevestigen?

Datzelfde vragen we ons af bij Arthur Kluckers. De 22-jarige Luxemburger zat vorig jaar ook mee op de voorposten; hij zou als vierde eindigen in het eindklassement. Dit jaar is hij opnieuw goed bezig, met onder meer een vijfde plek in Le Triptyque des Monts et Chateaux, een zesde plaats in de Ardense Pijl en zondag won hij nog de slotrit in zijn eigen Flèche du Sud. Kluckers is echter niet een pure klimmer. Hij moet het meer hebben van heuvelachtig terrein, zoals hier in de eerste en laatste etappe. Maar als hij de bergrit overleeft, kan veel.

De piepjonge Vacek (19) won dit jaar nog een etappe in de UAE Tour – foto: Cor Vos

Dan is er ook nog thuisland Tsjechië. Dat heeft hier een selectie aan de start staan waarmee ze de Vredeskoers zelfs kunnen winnen. De nu 19-jarige Mathias Vacek was hier vorig jaar immers al zesde. Hij werd dit jaar prof bij Gazprom-RusVelo, maar sinds de oorlog in Oekraïne rijdt hij weer voor zijn oude clubteam; hij kwam daarvoor overigens nog niet vaak in actie. Trek-Segafredo heeft hem echter op de korrel en dat wil toch iets zeggen. Met Kern Pharma-prof Vojtěch Řepa, Jakub Ťoupalík en zijn eigen broer Karel, zou Vacek een eind kunnen komen.

Onze laatste ster had naar verschillende renners kunnen gaan, die we zo nog benoemen bij de outsiders. Het is een beetje een lucky shot, maar toch willen we die geven aan Tibor Del Grosso. De 18-jarige Nederlander van Metec-Solarwatt heeft de overstap van de junioren naar de beloften ook prima verteert. Hij werd onder meer dertiende in Olympia’s Tour en twaalfde in Le Triptyque. Hij staat al op de radar van Arkéa Samsic, dat hem reeds uitnodigde voor een trainingskamp. In de Vredeskoers U19 werd Del Grosso vorig jaar al zesde.

Del Grosso kwam in 2020 uit op het WK veldrijden voor junioren – foto: Cor Vos

Outsiders moeten we veelal zoeken in ploeggenoten van de eerdergenoemde favorieten. Dinham en Craps passeerden al de revue, maar Noorwegen heeft bijvoorbeeld ook nog Martin Tjøtta en Ådne Holter in de selectie. Groot-Brittannië rekent bij afwezigheid van Tom Gloag op Harrison Wood. Hij reed de voorbije seizoenen voor SEG Racing Academy en doet nu van zich spreken in Spaanse klimkoersen. Oostenrijk heeft met Alexander Hajek en Marco Schrettl twee toptalenten, maar het is daar vooral uitkijken naar Martin Messner.

Portugal rekent dan weer op Helder Gonçalves en João Medeiros, die onlangs goed voor de dag kwamen in de Portugese Toekomstronde. Bij Kazachstan hopen ze op een opleving van Daniil Pronskiy, die na een lastig jaar zijn vorm uit 2020 wil terugvinden. Slovenië brengt dan weer Gal Glivar aan het vertrek, die bergop ook mooie dingen heeft laten zien. Dat geldt ook voor de tweede man bij de Italianen, Francesco Busatto. Omdat vorig jaar in de Vredeskoers is gebleken dat hier niet altijd de geijkte namen winnen, maakt een outsider best een kans.

Harrison Wood, hier nog in de kleuren van SEG Racing Academy – foto: Petros Gkotsis

Overigens is de bergrit naar Dlouhé stráně niet altijd bepalend. De heuvelachtige ritten rondom die etappe kunnen ook het verschil maken. In dat geval komen ook de sterkere klassiekerrenners bovendrijven. Voor Sam Watson, Lukáš Kubiš, Martin Svrcek, Valentin Retailleau en kersvers Bahrain Victorious-aanwinst Matevž Govekar zal de bergrit te zwaar zijn, maar wie weet verrassen Dries De Pooter, Robin Orins, Federico Guzzo, of Loe van Belle ons wel. En anders zijn dat op zeker kanshebbers op ritzeges in de etappes één en drie.


Sprinters

Die heuvelritten hoeven overigens niet uit te monden in een strijd tussen de klassiekerspecialisten. Vorig jaar werd er door een best grote groep namelijk gesprint in die etappes. Als dat nu weer het geval is, zijn er hier een aantal heel rappe mannen die in hun handen wrijven: Jensen Plowright (Australië), Pavel Bittner (Tsjechië), Sebastian Kolze Changizi (Denemarken), Henri Uhlig (Duitsland), Roel van Sintmaartensdijk (Nederland) en de beide Noren Stian Fredheim en Tord Gudmestad.

Favorieten volgens WielerFlits
**** Jacob Hindsgaul
*** Lennert Van Eetvelt, Alejandro Franco
** Davide Piganzoli, Rudy Porter, Per Strand Hagenes
* Toon Clynhens, Arthur Kluckers, Mathias Vacek, Tibor Del Grosso

Website organisatie
Deelnemerslijst (FirstCycling)


Weer en tv

Er staat de beloften in Tsjechië goed weer te wachten de komende week. Er staat amper wind, regen valt er nauwelijks en het kwik komt in deze vier dagen niet onder de 20 graden Celsius. Al bij al prima koersweer, waardoor de sterkste met recht deze ronde zal winnen. Het weer lijkt namelijk geen invloed te hebben op het wedstrijdverloop. De Vredeskoers is overigens niet live op televisie te volgen. Wel kun je dagelijks bij WielerFlits terecht voor een Volg Hier om met andere liefhebbers de gebeurtenissen in de wedstrijd te bespreken.

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.