Vrijdag, de dertiende: Piepjonge ex-handbalster Fleur Moors gooit hoge ogen
foto: Cor Vos
vrijdag 25 november 2022 om 13:13

Vrijdag, de dertiende: Piepjonge ex-handbalster Fleur Moors gooit hoge ogen

Interview Deze winter lanceert WielerFlits een nieuwe rubriek: Vrijdag, de dertiende. Iedere vrijdag om 13.13 uur lees je een interview met een crosser of veldrijdster die het weekend ervoor als dertiende is geëindigd. Dat loopt uiteen van de junioren meisjes tot aan de elite mannen, van C2-cross tot WK. Wat is het verhaal? Deze week de nummer dertien in de Superprestige Merksplas: Fleur Moors.

Moors reed zich quasi meteen in de kijker in Merksplas. De renster van Pauwels Sauzen-Bingoal kende namelijk een echte knalstart en dook verrassend bij de eerste vijf het veld in. “Die start was echt heel goed. Ik startte op de derde rij, maar plots zat ik in positie vier. Dat was heel speciaal, ik heb nog nooit zo hard op de voorgrond gereden bij de elites. Ik wist wel dat ik die plaats niet kon vasthouden, maar dat maakt niet uit”, vertelde Moors aan WielerFlits.

Dat het voor de Limburgse niet uitmaakte, heeft niets te maken met een gebrek aan motivatie, maar alles met het feit dat ze 17 jaar oud is en dus nog maar tweedejaars juniore is. “Ik vind het eigenlijk heel leuk om bij de elites te rijden. Ik ervaar geen druk en mijn positie maakt helemaal niet uit. Uiteindelijk ben ik in Merksplas dan nog afgezakt naar positie dertien, maar daar ben ik gewoon heel blij mee.”

De jonge Moors is een relatief nieuwe naam in het wielrennen. Ze begon slechts twee jaar geleden met wielrennen, haar verhaal is zeer uniek: “Tot 2020 speelde ik handbal bij Achilles Bocholt (een van de betere ploegen in België, red.). Door corona zijn die trainingen dan jammer genoeg gestopt. Ik heb op die manier de fiets ontdekt en ben veel beginnen te trainen. Dat was eerst op de mountainbike, daarna de koersfiets en pas als laatste op de crossfiets. Dat was eigenlijk vorig jaar pas.”

Als echte Limburgse ging Moors met veel plezier crossen in Maasmechelen, waar ze nota bene tweede werd – foto: Cor Vos

Voor de duidelijkheid: Moors begon pas in de tweede helft van 2020 met wielrennen. Haar eerste wielerploeg was een lokaal team, Elboka CT. De ploegleider van die ploeg was dan weer bevriend met Tom De Kort, die op zijn beurt trainer is bij Pauwels Sauzen-Bingoal. De Kort gaf Moors in eerste instantie enkel techniektrainingen, maar al snel werd duidelijk dat er veel talent schuilde in de jonge Limburgse. “Ik ben dan redelijk snel naar Pauwels Sauzen-Bingoal gegaan. Dat was een goede keuze. De ploeg geeft me heel veel vrijheid, er is totaal geen druk. Dat is fijn.”

Dat de ploeg de druk afhoudt, is een goede zaak. Moors wordt namelijk hier en daar dé Belgische renster van de toekomst genoemd, wat best veel druk oplevert voor een 17-jarige renster. “Ja, ik ben daar niet echt mee bezig. Ik ga ook gewoon nog naar school, dus ik kan nog niet alle tijd in het wielrennen steken. Ik doe gewoon mijn best en ga proberen er het beste uit te halen.” Aan ambitie geen gebrek hoor, bij Moors. Dromen doet ze: “Het liefst zou ik een echte allroundster worden. Een klassement rijden in een grote ronde, dat zou heel vet zijn. Ik zou later graag tot de echte top willen horen binnen het wielrennen, zowel bij het veldrijden als het wegwielrennen.”

Talent is er bovendien meer dan genoeg bij de renster van Pauwels Sauzen-Bingoal. In haar eerste seizoen in het veld werd ze meteen tweede op het BK en ging ze ook naar het WK in Amerika, slechts enkele maanden nadat ze voor het eerst op de crossfiets zat. Ook dit seizoen gooit Moors hoge ogen. In de twee wereldbekers bij de junioren eindigde ze als derde en tweede. Het EK in Namen zou een belangrijke afspraak en maatstaf worden, maar een val in de verkenning gooide roet in het eten. “Dat vond ik echt zeer jammer. Ik keek er naar uit om me te tonen.”

Moors was de tweede beste Belgische juniore in Wollongong – foto: Cor Vos

Goede uitslagen op de weg kan Moors ook voorleggen. Zeer goede zelfs. In haar eerste seizoen op de weg werd ze meteen vijfde op het EK tijdrijden bij de junioren, in de wegrit werd ze dertiende. “Dat had ik totaal niet kunnen denken. Het hoogtepunt was eigenlijk wel het WK in Australië. Het parcours daar lag me echt, die steile klimmetjes en vele bochten deden denken aan het crossen. Ik voelde me er heel goed, maar op de laatste klim was het wel goed geweest”, lachte Moors. “Ik werd nog twaalfde, waar ik heel blij mee was. Ik had dat echt helemaal niet verwacht.”

“Het was ook een coole ervaring om met de Belgische wielerbond naar Australië te gaan. Dat was samen met de profs, wat niet vaak voorkomt voor ons. Dat vond ik heel fijn.” Wanneer we naar haar idool binnen het wielrennen vragen, heeft Moors snel een antwoord klaar: “Toch wel Wout van Aert, haha. Het was speciaal om hem in het echt te zien (in Australië, red.).” We gaan geen vergelijkingen maken, maar België heeft met Fleur Moors een duidelijk talent voor de toekomst. Iemand om te koesteren!

Succes dit weekend, heren en vrouwen crossers. Dat de beste moge winnen. En bedenk: dertien is niet altijd een ongeluksgetal!


Profiel Fleur Moors

Moors in actie op het WK in Wollongong – foto: Cor Vos

Naam: Fleur Moors
Land: flag-be België
Leeftijd: 17 jaar
Categorie: Junioren vrouwen
Ploeg: Pauwels Sauzen-Bingoal
Favoriete cross: Fayetteville. Het is een parcours dat lijkt op een wegkoers, wat ik ook heel leuk vind. Dat in combinatie met elementen uit de cross, ligt me echt heel goed.
Als ik geen crosser was, was ik: Triatlete. Ik vind het een heel coole sport, de combinatie van de drie disciplines spreekt me aan. Lopen doe ik trouwens ook graag.
Carrièredoel: Aan de top geraken van het wielrennen, zowel in het veld als op de weg.
Bijgelovig: Toch wel. Ik draag altijd een ketting, ik geloof dat die me geluk brengt.

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.