Weekendinterview: Anton Ganzeboom
zondag 15 juni 2014 om 08:00

Weekendinterview: Anton Ganzeboom

Het is woensdagmiddag 4 juni. De raadszaal van de gemeente Rucphen is het decor van de presentatie van de Ster ZLM Toer 2014. In de raadszetels zitten voor de gelegenheid de vrijwilligers van stichting Wielerbelang Schijndel, de organisator van de wedstrijd. Aan het woord is voorzitter Anton Ganzeboom. De Brabander heeft met zijn team opnieuw een aantal ploegen uit de WorldTour weten vast te leggen. Als voorbereiding op de Ronde van Frankrijk doen zes ploegen van het hoogste niveau mee aan de Nederlandse rittenkoers.

Net als vorig jaar, sieren topsprinters de deelnemerslijst. Met Marcel Kittel en André Greipel als blikvangers. Voor de Duitsers geldt de vijfdaagse wedstrijd als laatste tussenstation op hun route naar de belangrijkste wedstrijd van het jaar: de Tour de France.

Met het Grand Départ volgend jaar in Utrecht en de start van de Ronde van Italië een jaar later is Nederland opnieuw in trek als beginpunt van een grote ronde. Dat gastheerschap kost gemeentes veel geld. Geld dat niet meer kan worden besteed aan kleinere wedstrijden als de Ster ZLM Toer. De start van een grote ronde in Nederland is weliswaar een impuls voor het nationale wielrennen. “Het relatief korte effect mag de duurzaamheid van de sport niet in de weg staan”, huivert Ganzeboom. “De komst van de Tour, Giro en welke andere wedstrijd dan ook juich ik heel erg toe. Maar het is belangrijk dat lokale politici inzien dat het leuk is om een eenmalige start te ondersteunen, maar dat het niet ten koste mag gaan van de basis aan wedstrijden in Nederland.”

“In het verleden heb ik meegemaakt dat sportwedstrijden zijn geannuleerd omdat het budget van de gemeente aan een eenmalig evenement was besteed. Iemand die al jarenlang een wedstrijd organiseerde kwam voor een dichte deur te staan. Dat mag niet gebeuren.” Dit jaar heeft het team van Ganzeboom geen concurrentie van grote wedstrijden, maar dat maakte een routeschema uittekenen er niet eenvoudiger op. Lokale politici zijn na een eerste kennismaking enthousiast, maar tot een overeenkomst komt het vaker niet dan wel. Oorzaak: de kosten.

Ganzeboom geeft aan dat de zoektocht naar start- en finishplaatsen ieder jaar lastiger wordt. “Je bent afhankelijk van politici en gemeenteraden die akkoord moeten geven. De gemeente Rucphen is een uitzondering. Hier was het snel beklonken. Maar heel vaak gaan er weken of soms zelfs maanden overheen. Dat gaat zo: je dropt je belangstelling, je belt met mensen van de gemeente, je komt op gesprek en dan volgt nog een vervolggesprek met wethouder of burgemeester. En zo gaat dat verder. Het draait om een goed verhaal. Als je de insteek vanuit de sporthoek doet, is er bijna geen kans. Dan zegt de gemeente: ‘Dit jaar moeten wij zoveel bezuinigen op sport. Zelfs de subsidies van sportverenigingen zijn naar benen gegaan.’ Je moet iets overstijgends hebben: city marketing, toerisme, iets in die trant. Dan maak je een kans.”

“Het grote verschil tussen ons en commerciële organisaties is dat wij kostendekkend genoeg vinden. Andere organisaties willen geld verdienen. Die vragen aan een startplaats de hoofdprijs. Wij hebben ons altijd bescheiden opgesteld. In het verleden werd wel eens gezegd dat we alles veel te goedkoop deden. In deze tijd, waar iedere euro maar één keer kan worden uitgegeven, werkt dat in ons voordeel.”

Met de inmiddels traditionele Ardennenrit tussen de Waalse plaats Verviers en de stuwdam van La Gileppe en een slotrit naar Boxtelheeft de Ster ZLM Toer enkele jaarlijks terugkerende etappeplaatsen. Het is onderdeel van het beleid, bevestigt Ganzeboom. “Wij willen het liefst met organisaties overeenkomsten voor lange periodes aangaan. Wij zijn niet van: dit jaar geweest, volgend jaar iets anders. Aanvankelijk was het de bedoeling dit jaar opnieuw in Goes te starten met een proloog. Maar door het wereldkampioenschap voetbal bleek de startlocatie niet beschikbaar. Op woensdag hebben de lokale middenstanders de Markt in Goes in gebruik. Wij moesten dus een alternatief zoeken. Dat is Bladel geworden.”

In het Brabantse dorp, ten zuidoosten van Eindhoven, begint de Ster ZLM Toer komende woensdag met een proloog van zeven kilometer. De korte tijdrit is naar de middag verplaatst om overlap te voorkomen met de tweede WK-wedstrijd van het Nederlands elftal. De eerste rit in lijn start en finisht een dag later in de gemeente Rucphen. De etappe – over het parcours van de gelijknamige Dorpenomloop – zal naar verwachting eindigen in een massasprint. Na een rit door de Limburgse heuvels (rit 3: Buchten-Buchten) en een 186 kilometer lange Ardennenrit (Verviers – La Gileppe) sluit de Ster ZLM Toer voor de derde keer af in de Stationsstraat in Boxtel.

Ondanks dat de Ronde van Zwitserland op hetzelfde moment wordt verreden, is de wedstrijd in trek bij WorldTour-teams. Dat dankt Ganzeboom naar eigen zeggen aan de ‘goede organisatie’. “Wij doen, even afkloppen, geen gekke dingen”, voeg hij toe. “Wij proberen een goede en degelijke wedstrijd te organiseren met zo min mogelijk verplaatsingen. Teams waarderen dat.”

“En we zijn betrouwbaar”, benadrukt Ganzeboom. “Dat kunnen niet alle organisaties zeggen. Wij bepalen wat we willen en hanteren een strakke lijn. Die is gewoon straight. Rechttoe-rechtaan. Onder tafel betalen doen wij niet. Ploegen mogen bij ons fietsen en daar staan vaste vergoedingen tegenover. Het is take it or leave it. Niet? Dan niet! We zijn blij met de teams die we hebben. Al een paar jaar staat er een goed en evenwichtig deelnemersveld met WorldTour, ProContinentale en continentale teams.”

“Natuurlijk, je wil altijd wat meer. Maar dat betekent ook dat je meer budget moet hebben. Met de huidige sponsors die wij hebben, is dat niet mogelijk. Dit is het maximum wat we kunnen doen. Ik zou heel graag de wedstrijd live op televisie willen hebben, net zoals de Ronde van België. In Nederland moet je die zendtijd inkopen. Voor een vijfdaagse wedstrijd kost dat een bedrag van tussen de tweehonderdvijftig en driehonderdduizend euro. Dat is niet te doen! De Ster ZLM Toer zou ik graag willen uitbouwen tot iets als de Eneco Tour. Ik weet dat daar veel budget bij komt kijken en dat hebben wij niet. Als ik Belg was geweest met een wedstrijd in België was het makkelijker geweest. Ik weet wat het allemaal kost. Jarenlang ben ik koersdirecteur geweest van de ploegentijdrit in Eindhoven. Toen heb ik rond de tafel gezeten met die mensen.”

In de weken voor de wedstrijd is het organiseren van de wedstrijd méér dan een hobby. Ganzeboom en zijn collega’s hebben er een dagtaak aan. Om de wedstrijd verder uit te bouwen, is een transitie naar een winstgevende onderneming noodzakelijk. Maar voorlopig is die ontwikkeling ‘niet aan de orde’. “Wat is de meerwaarde nu?”, vraagt de voorzitter zich hardop af. “Dan is de insteek geld verdienen. Nu is de insteek een mooie wedstrijd neerzetten. Ik moet bekennen: natuurlijk zou het leuk zijn om te kunnen zeggen: ‘deze wintersport heb ik aan het wielrennen overgehouden.’ Voor ons is dat nu ‘Nicht im Frage’. Door de veranderende economie wordt het organiseren wel steeds lastiger. Op een bepaald moment gaan we de overstap moeten maken, daar ben ik van overtuigd. We moeten dat zelf doen, want ik wil die wedstrijd in eigen beheer houden. Het mag niet worden verkwanseld.”

Een overname door sportmarketingbedrijven als de ASO (organisator van onder andere de Tour de France) of Golazo (organisator van de Eneco Tour) is geen optie. Ganzeboom zegt stellig: “Wij organiseren beter dan Golazo! Dat durf ik keihard te zeggen. Wij doen namelijk geen concessies aan dingen. Als jij een commerciële partij bent, moet je af en toe concessies doen met zaken. Maar wij gaan niet marchanderen. Dit onderwerp vind ik eigenlijk niet zo interessant. Wij zijn blij met hoe we organiseren. Wil je meer budget, dan moet je echt erop uit gaan. Dat vergt zoveel extra inspanningen. Voor ons is dat nu niet aan de orde.”

De komende jaren is de organisatie van plan enkele nieuwe etappeplaatsen te verwelkomen. De onderhandelingen daarover zijn al aan de gang. “Het zou leuk zijn om een keer in Den Bosch te starten of finishen. We kunnen bijvoorbeeld warmdraaien op de route van de Giro 2016. Of een bezoek brengen aan bijvoorbeeld de gemeente Heusden. Gewoon eens wat andere plaatsen aan doen. Dat zijn allemaal dingen die spelen.”

Voorlopig is Ganzeboom nog druk in de weer voor de editie van komende week. Ondanks de drukke weken, houdt hij plezier in zijn werk. “Het is druk en het is veel, maar dat ben ik gewend. Maar het blijft leuk, anders deed ik het niet meer. Als wij straks in Boxtel staan, en alles is goed gegaan en iemand houdt de beker omhoog dan geniet ik wel. In het verleden was ik maar altijd druk, druk, druk. Nu probeer ik wat meer afstand te nemen en ook eens een beetje te genieten. Cynici zeiden een paar jaar terug dat het wielrennen een doodlopend spoor was. Het tegendeel is bewezen. Ik ben hartstikke trots op onze goede organisatie en ik hoop dat we dit nog lang kunnen doen. In de toekomst misschien op een stapje hoger.”

Lees ook:
15 maart: het Weekendinterview met Michel Cornelisse
22 maart: het Weekendinterview met Martijn Keizer
29 maart: het Weekendinterview met Kenny van Hummel
05 april: het Weekendinterview met Tyler Farrar
12 april: het Weekendinterview met Johan Museeuw
19 april: het Weekendinterview met Michael Boogerd
26 april: het Weekendinterview met Karsten Kroon
03 mei: het Weekendinterview met Bas Tietema
10 mei: het Weekendinterview met Wilco Kelderman
17 mei: het Weekendinterview met Wouter Wippert
24 mei: het Weekendinterview met Nick van der Lijke
31 mei: het Weekendinterview met Erik Breukink
7 juni: Het Weekendinterview met Marc Goos

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.