Weekendinterview: Jochem Uytdehaage
Jochem Uytdehaage heeft deze week een opvallende stap gezet. De tweevoudig olympisch schaatskampioen mag zich voortaan collega noemen van Christian Prudhomme en Leo van Vliet. Hij wordt koersdirecteur en krijgt de verantwoordelijkheid over de Ronde van Midden-Nederland. In het Weekendinterview doet Uytdehaage zijn verhaal.
De Ronde van Midden-Nederland is de oudste wielerklassieker van de provincie Utrecht. Het parcours kent voor Uytdehaage weinig geheimen. De geboren Utrechter heeft vaak op de wegen gefietst als training voor de schaatswedstrijden. Op 29 en 30 augustus zal hij het parcours in een auto afleggen. Dan moet hij zijn onbezoldigde functie als koersdirecteur vervullen. “Via via ben ik benaderd”, legt Uytdehaage uit. “Iemand had het idee: we moeten die Jochem eens vragen. En zo ging het balletje rollen.” Maar hij gaf niet direct zijn jawoord. “Ik heb er wel even over na moeten denken. Als koersdirecteur heb je héél véél verantwoordelijkheid. Zéker op de dag van de wedstrijd. Maar mij is verzekerd dat ik voldoende ondersteuning krijg van het bestuur en de organisatie. Het lijkt me erg leuk om te doen. Het is voor mij weer een nieuwe uitdaging.”
Zijn functieomschrijving zegt dat hij degene is die de beslissingen moet nemen in de koers. “Ik ben dan eindverantwoordelijk. Daarnaast zal ik meedenken met de organisatie, de jury opvangen, dat soort dingen. Met mijn topsportachtergrond hoop ik het evenement, dat natuurlijk al erg lang bestaat, nóg verder omhoog te brengen.” Uytdehaage heeft al plannen in zijn hoofd. “Ideeën genoeg! Maar ik moet me eerst goed inlezen. Je hoort bijvoorbeeld meteen mensen zeggen: er moet een dameskoers komen! Die ambitie is er écht, vanuit de hele organisatie, maar je loopt tegen een aantal praktische aspecten aan. Denk aan de beveiliging en de beschikbaarheid van de politie om het parcours af te zetten.”
Eén verandering is al vóór de komst van Uytdehaage doorgevoerd. De Ronde van Midden-Nederland is sinds 1946 een ééndagskoers, maar kent dit seizoen voor het eerst twee etappes. Op de eerste dag is er een ploegentijdrit. “We zijn nu een koers voor continentale ploegen, maar de ambitie is om op termijn ProContinentale of WorldTour-ploegen mee te laten doen. Zo’n wedstrijd is er op dat niveau niet meer.” Momenteel bezit de wedstrijd een 2.2-status. Al zegt Uytdehaage dat weinig. “Ik moet me nog verdiepen in die termen. Ik weet alleen dat je ProTour (tegenwoordig WorldTour, red.), ProContinentaal en Continentaal hebt. Dat laatste zijn wij. En ik weet dat de onder 23 renners mogen starten, maar dat hangt dan weer af van hun contracten. Het is voor mij nog een wirwar aan regels. Daar ga ik mij de komende tijd verder in verdiepen. Ik ken mensen die daar veel van weten. Daar maak ik mij helemáál geen zorgen over.”
De ambitie is om de komende jaren de boel op te schalen, maar het moet natuurlijk wel in de kalender passen.
De 2.2-status betekent dat WorldTour-ploegen niet kunnen starten. Van het ProContinentale niveau mogen alleen ploegen uit eigen land meedoen. “De ambitie is om de komende jaren de boel op te schalen, maar het moet natuurlijk wel in de kalender passen. Zeg nooit nooit: het zou mooi zijn als je op een gegeven moment naar een hoger niveau kan. Wat dat betreft maak je door de toevoeging van de ploegentijdrit al een stap. Zo kun je misschien ploegen van hogere categorieën binnenhalen.” Een aantal weken later staat het wereldkampioenschap op het programma. Ploegen die zich daarop willen voorbereiden, zouden in de Ronde van Midden-Nederland kunnen oefenen. “En als die ploegen er dan toch zijn, zou het niet onlogisch zijn als ze ook de volgende dag meedoen. Maar dat is een kwestie van tijd. Dat lukt niet van het een op het andere jaar.”
Het is niet helemaal verwonderlijk dat Uytdehaage in de wielrennerij belandt. De inwoner van Blaricum is een fietsfanaat. “Het is mijn grootste hobby. In de zomer zit ik vaak op de fiets. Het is een sport die je mét elkaar kunt doen, bijna ongeacht welk niveau. Als amateurrenner kan je met een recreant fietsen en andersom. Het is daarnaast gezond en goed voor je lichaam. Ik vind het gewoon heel erg leuk.” De schaatser heeft al de nodige contacten in de wielerwereld. Dat is niet onbelangrijk als koersdirecteur. “Ik heb redelijk wat lijnen en die zijn vrij kort. Zo kom je natuurlijk al heel snel bij de juiste mensen. Maar dat zijn dingen waar ik mij de komende maanden in moet verdiepen. In hoeverre hebben ze mij daar ook voor nodig? Dat zal vanzelf wel groeien.”
De combinatie schaatsen-wielrennen is niet nieuw. Lotto NL-Jumbo heeft zelfs zowel een wieler- als een schaatsploeg. De twee teams hopen van elkaar te kunnen leren. “Dat is zeker mogelijk”, oordeelt Uytdehaage. Hij is enthousiast over het project. “Er is al winst als je beide partijen gewoon aan tafel zet om sportieve zaken te bespreken. Hoe beleven jullie topsport? Hoe gaan jullie daarmee om? Welke effecten kennen jullie met voeding? Schaatsen en wielrennen zijn qua dúúr van de inspanning wel even wat anders, maar een aantal aspecten zijn wel degelijk overlappend. Ik denk dat het alleen maar mooi is. En ik snap het ook vanuit de commerciële kant heel goed. Je kunt nu het hele jaar door je sponsoren tonen. Dat levert een mooie synergie op.”
“Wielrennen en schaatsen liggen ook dicht bij elkaar. Als schaatser maak je de meeste trainingsuren op een racefiets”, vervolgt Uytdehaage. Sommigen doen bovendien aan wielerkoersen mee. Sven Kramer zal dit seizoen bijvoorbeeld actief zijn in de topcompetitie. Hij heeft in het verleden goede resultaten behaald op de fiets. Het is de vraag wat hij kan in wedstrijden van het niveau van de Ronde van Midden-Nederland. “Ik denk dat het voor een sporter als Sven ontzettend lastig is om dit soort koersen te winnen, omdat je bij voorbaat al weet dat er extra op hem gelet wordt. Maar goed: hij kan hard fietsen. Dat heeft hij al laten zien. Maar of hij ook kan winnen? Dat weet ik niet.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.