Weekendinterview: Sebastian Langeveld
Sebastian Langeveld (31) is een van de weinige Nederlanders die zich het afgelopen decennium in de top vijf van een grote kasseiklassieker wist te rijden. De renner van Cannondale – vorig jaar nog getroffen door een blessure – barst van ambitie om die prestatie dit seizoen over te doen. “Als je te maken hebt gehad met overmacht, ben je sowieso extra gemotiveerd om terug te vechten. Je wil het maximale uit jezelf halen, door goede uitslagen te behalen of goede finales te rijden”, blikt de voormalig Nederlands kampioen vooruit in het Weekendinterview. Met Gent-Wevelgem staat zondag een nieuwe belangrijke opdracht voor de deur.
Bondscoachwissel
De Nederlandse wielerunie KNWU stuurde afgelopen week een opvallend bericht de wereld in: technisch directeur Thorwald Veneberg neemt vanaf 2017 de plaats in van bondscoach Johan Lammerts, die op zijn beurt voortaan de rol van technisch directeur van de KNWU op zich zal nemen. Voor Langeveld is de nieuwe selectieheer geen onbekende. “Ik heb in het verleden nog samen met hem bij Rabobank gereden en hij was er natuurlijk ook bij op alle vorige WK’s die ik gereden heb, zelfs in een leidende functie. Maar dat wil niet zeggen dat ik al een tijdje wist van deze wisseling. Ik heb Johan nog gesproken in Tirreno-Adriatico. Daar wist hij er al van, maar heeft hij mij niets gezegd. Eerlijk gezegd vind ik het ook niet zo’n grote verandering. Het is niet dat Johan zomaar opeens weg is. Alleen zal hij iets minder prominent aanwezig zijn en een andere functie beoefenen.”
Ik heb Lammerts nog gesproken in Tirreno-Adriatico. Daar wist hij al van de wissel, maar heeft hij mij niets gezegd.
Tijdens het bondscoachschap van Johan Lammerts mocht Langeveld vaak de rol van wegkapitein op zich nemen. Verwacht hij dat daar verandering in komt, wanneer de winnaar van de Scheldeprijs in 2005 aan het roer komt? “Ik ga ervan uit dat mijn functie identiek blijft”, verklaart de Zuid-Hollander. “Je hebt in je nationale ploeg sowieso iemand in die functie nodig, met wie je als bondscoach een heel goede verstandhouding hebt. Dat zal dus ook bij Thorwald het geval zijn, maar ik heb alle vertrouwen in hem. Kijk, Lammerts heeft de voorbije twee jaar prachtig werk geleverd, en dat is iedereen goed bevallen. Het is aan Thorwald om die goede lijn voort te zetten en zijn eigen inbreng toe te voegen. Hoe zich dat in de praktijk zal uiten, moeten we afwachten. In Rio, waar hij al iets meer op de voorgrond zal treden, wordt het hem niet voor mij, in Qatar wil ik er wel bij zijn om de ploeg bij te staan.”
De zaak-Boogerd
Begin dit jaar kwam Langeveld iets minder heuglijk in contact met de KNWU. Op 7 januari maakte men bekend dat Michael Boogerd geschrapt werd uit alle uitslagen tussen 2005 en 2007, en dus ook uit die van het NK van 2006 in Maastricht, waar Langeveld het zilver nam achter Boogerd. Desondanks kreeg de renner van Cannondale deze titel niet toegewezen en kent dat NK officieel geen winnaar. “Of ik mij bekocht voel? Wat ik over deze zaak nog kwijt wil, is dat ik het heel jammer vind dat het zo lang heeft moeten duren. Dat het tien jaar heeft moeten duren voordat er iemand uit de uitslag van een NK geschrapt is, dat is toch zonde. Verder wil ik er niet veel bij stilstaan. Ik heb Michael Boogerd altijd een fantastische ploegmaat en coureur gevonden en dat blijft ook zo. Zelfs als ik in 2014 niet alsnog de titel zou hebben gewonnen, zou dat absoluut geen verschil hebben gemaakt.”
Dat het tien jaar heeft moeten duren voordat er iemand uit de uitslag van een NK geschrapt is, dat is toch zonde.
Klassiekers
Langevelds focus ligt de komende weken vooral bij de kasseiklassiekers. Vorig jaar vergooide hij daar bij voorbaat al zijn kansen door een val in de E3 Harelbeke, met een diepe wond in zijn knie en een gekneusd scheenbeen als gevolg. Langeveld kwam vervolgens niet meer aan presteren toe, waardoor hij dit jaar met de nodige revanchegevoelens terugkeert. “Als je te maken hebt gehad met overmacht, ben je sowieso extra gemotiveerd om terug te vechten. Je wil het maximale uit jezelf halen, door goede uitslagen te behalen of goede finales te rijden. Ik heb in ieder geval een degelijke voorbereiding achter de rug. Alleen jammer dat ik in zowel de ploegentijdrit van Tirreno-Adriatico als Milaan-San Remo gevallen ben. In E3 Harelbeke liep het ook niet zoals verwacht. Hopelijk was het gewoon een totale offday, maar ik blijf wel bij mijn geplande programma.”
Dat programma is eerder beperkt. Langevelds ploeg Cannondale liet het openingsweekend en Dwars door Vlaanderen namelijk links liggen, waardoor hij slechts vier keer op de kasseien in actie komt. “Dat is jammer, maar de ploeg bepaalt het programma. Er zijn al niet zoveel koersen waar je je kan etaleren en eventueel voor de overwinning kan gaan, dan moet je elke kans wel aangrijpen. Dat is ook de reden waarom ik de Driedaagse van De Panne erbij neem, mét de nodige ambitie. Het is een mooie koers, op een mooi parcours én ik heb een goede tijdrit in de benen. Dan moet je gewoon proberen mee te doen voor de overwinning. Ik ben geen man als Cancellara of Sagan, die alles op de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix kan zetten. Het kan snel voorbij zijn, dat heb ik aan den lijve ondervonden. En de Driedaagse is ook een goede voorbereiding op de Ronde van Vlaanderen.”
Als ploeg moet je je op bepaalde terreinen specialiseren. De klassiekers vallen daar bij Cannondale helaas niet onder.
“Waarom de ploeg die keuze gemaakt heeft? Dit is een Amerikaanse ploeg, en als ploeg moet je je op bepaalde terreinen specialiseren. Deze klassiekers vallen daar niet onder, maar dat wil niet zeggen dat ze niet belangrijk zijn. We zitten nu eenmaal met een kleine kern, dus kunnen we weinig wisselen bij eventuele uitvallers. In de E3 Harelbeke moesten we het al zonder Matti Breschel doen. Hij zou iemand moeten zijn die samen met mij de finale van een klassieker kan rijden. Ik hoop dat ook Dylan van Baarle de stap heeft gemaakt om mee te koersen in de finale. Dan zijn we als alles goed gaat nog met drie man mee in het uitgedunde peloton. Van daaruit kan je beginnen koersen, in de hoop een goede uitslag te rijden. Het absolute doel is een klassieker winnen, maar dan moet je niet blijven zitten, speculeren tot Cancellara je eraf rijdt. Nee, anticiperen is de boodschap.”
‘Ik heb nog tijd’
Het is juist dat winnen dat in het verleden moeilijk bleek voor Langeveld. In 2011 was hij wel de beste in de Omloop Het Nieuwsblad na een sprint-à-deux met Juan Antonio Flecha, maar verder bleef het veeleer bij knappe ereplaatsen in de E3 Harelbeke, de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix. “Niet toevallig kom ik telkens daar het best voor de dag. Op papier zijn dat de koersen die mij het best liggen, omdat de duur een rol speelt. Daardoor komen de renners met een grote motor naar voren. Als je daar bij bent, mag je mikken op een plek in de top 10, maar ik weet hoe moeilijk het is om te winnen. Het is al heel mooi om een monument te rijden, veel mooier om top 10 te rijden, laat staan hoe fantastisch het moet zijn om er eentje te kunnen winnen. Ik ben 31, dus heb ik nog wat tijd. Maar als ik over tien jaar moet zeggen dat mijn carrière erop zit en ik geen monument gewonnen heb, is ze toch geslaagd.”
Als ik over tien jaar moet zeggen dat mijn carrière erop zit en ik geen monument gewonnen heb, is ze toch geslaagd.
De eerstvolgende kans die zich voor Langeveld voordoet, is Gent-Wevelgem van komende zondag. De editie van vorig jaar staat met zijn heroïsche weersomstandigheden en razend spannende koersverloop nog steeds in het geheugen van de wielerfan gegrift. De 31-jarige Langeveld mocht het, tot zijn spijt, niet aan den lijve ondervinden. “Ik zat toen met een blessure op de bank. Maar bij zo’n heroïsche koers wil je toch gewoon meedoen. Ik weet ook, dat is een jaar na dato heel makkelijk om te zeggen vanop de massagetafel, maar dat zijn de koersen waar je het voor doet. De omstandigheden waren wel extreem, maar voor zondag voorspellen ze ook veel regen en wind. Dat hoor ik graag, net als het feit dat we de zwaardere kant van de Kemmelberg gaan beklimmen. Men zegt dat die iets anders, steiler is, maar ik heb hem nog nooit gedaan. We gaan zien zondag.”
Ik had altijd gedacht dat Van Baarle nooit een man werd die zo goed is. Ik dacht die groeit niet meer maar die lijkt elk jaar flinke stappen te zetten. Gisteren was hij beresterk en vorig jaar reed hij steengoed. Manmanman, echt onderschat die man.