Na de ploegentijdritten is het de beurt aan de individuele races tegen de klok op het wereldkampioenschap in Qatar. Woensdag moeten de mannen aan de bak. Dat gebeurt op voor de meesten bekend terrein, want het parcours is exact hetzelfde als afgelopen zondag. Wie zijn de belangrijkste kanshebbers? WielerFlits blikt vooruit.

Fabian Cancellara doorbrak in 2006 zijn hegemonie. De Zwitser behaalde in totaal vier gouden medailles, maar niet achter elkaar. In 2008 was Cancellara namelijk afwezig. Toen ging de regenboogtrui naar Bert Grabsch, de keizer van het monsterverzet. Vijf jaar geleden kwam een nieuwe Duitser op de tijdrijderstroon te zitten. Tony Martin heerste in 2011, 2012 en 2013, maar in 2014 moest hij zijn meerdere erkennen in Sir Bradley Wiggins. Een 23-jarige Tom Dumoulin eindigde toen als derde.

Een jaar later waren de verwachtingen hoog rondom Dumoulin. Hij hoorde samen met Tony Martin en Rohan Dennis bij de topfavorieten, maar geen van drieën eindigde in de top-4. Vasil Kiryienka was de verrassende winnaar, terwijl ook de overige podium klanten niet meteen haantje de voorste waren. De Wit-Rus bleef Adriano Malori namelijk met negen seconden voor. Het brons was voor de inmiddels gestopte Jérome Coppel. Dumoulin strandde uiteindelijk op plaats vijf.

Parcours
Het parcours gaat voor de meeste renners geen geheimen kennen. Het veertig kilometer lange traject is identiek aan het parcours van de ploegentijdrit. De eerste renner gaat om 12.45 Nederlandse tijd van start. Rond drie uur weten we wie zich de opvolger van Kiryienka mag noemen.

Het parcours is zo goed als vlak. De moeilijkheid zit hem vooral in het bochtenwerk, of in het middelste deel juist het gebrek daaraan. Na een openingsfase met veel draaien en keren rond het Lusail Sports Complex volgt namelijk een recht stuk van ruim tien kilometer. Hier gaat de gemiddelde snelheid waarschijnlijk hoog liggen. Zowel aan het begin als aan het einde van dit rechte stuk komen de renners langs een tussenpunt. Dat zijn ook de enige twee meetpunten op het hele parcours.

In het laatste deel van de tijdrit gaan de renners via de dure Al Qutaifiya-buurt naar het kunstmatig aangelegde eiland The Pearl. Hier rijden ze in een cirkel om de Porto Arabia. Dat gaat vermoedelijk mooie plaatjes opleveren. De finish ligt na een paar scherpe bochten aan de Pearl Boulevard.

Favorieten
Niet het parcours, maar de datum vormt misschien wel de belangrijkste hindernis voor de deelnemers. Wie heeft na een lang seizoen, met daarin ook de Olympische Spelen, nog zin om zich het snot voor de ogen te trainen voor een evenement dat halverwege oktober pas plaatsvindt?

Normaal ben je als renner al een tijdje klaar met het seizoen, maar het WK is dit jaar drie weken later dan gebruikelijk. Wie mee wil doen om de wereldtitel moet de patat met mayonaise of de pannenkoeken met stroop dus nog even laten staan. In plaats daarvan is het zaak om je via sessies in zogeheten klimaatkamers en trainingskampen op bloedhete oorden je voor te bereiden op de bakoven in Qatar.

Niet iedereen kan dat opbrengen. Ook voor de Nederlandse favoriet Tom Dumoulin begint het lange seizoen zijn tol te eisen. “Ik kijk uit naar het einde van het seizoen”, stelde hij recent in De Limburger. “Dat heb ik eigenlijk elk jaar wel aan het eind. Op zich heb ik me wel kunnen opladen voor de Eneco Tour, maar de scherpte is er wat van af.”

Dat is ook een beetje terug te zien in zijn resultaten. Na zijn zilveren medaille in Rio heeft Dumoulin niet meer kunnen imponeren tegen de klok. In de Ronde van Groot-Brittannië strandde hij op een derde plaats. Twee weken later ging het in de Eneco Tour nog een stuk minder. Daar moest de Limburger genoegen nemen met plek veertien. “De focus om iedereen te verslaan, was er niet”, verklaarde hij na afloop tegenover De Telegraaf.

De Eneco Tour was daar wellicht ook niet belangrijk genoeg voor, na etappezeges in zowel de Giro als de Tour. Maar een wereldkampioenschap is anders. Een regenboogtrui als prijs werkt doorgaans toch erg motiverend. Vlak hem dus zeker niet uit. Klasse komt vaak vanzelf bovendrijven. En klasse, dat heeft Dumoulin wel. Het langere parcours in Qatar zou hem bovendien beter moeten liggen dan hetgeen hij in september voorgeschoteld kreeg.

Foto: Sirotti

Wie wordt dan zijn belangrijkste concurrent? Rohan Dennis lijkt daarvoor kandidaat nummer één. Al was de Australiër aanvankelijk niet eens van plan om het wereldkampioenschap te rijden. Hij beschikte in januari al over een goede vorm. Die doortrekken tot halverwege oktober leek geen optie, maar de Olympische Spelen veranderden alles.

Dennis droomde daar van goud. “Dan had de rest van het seizoen mij niets meer uitgemaakt”, erkende hij in een interview met de Courier Mail. Maar het liep anders. De BMC-renner kreeg met zicht op een medaille materiaalpech en strandde uiteindelijk op plaats vijf. “Toen dacht ik: zo wil ik mijn seizoen niet eindigen.”

Die getergdheid komt ook naar voren in zijn tijdritresultaten. Na een tweede plaats in de Ronde van Groot-Brittannië verpletterde hij de concurrentie in de Eneco Tour. “Mijn vorm lijkt nu verrassend genoeg beter dan in Rio”, concludeerde Dennis. Dat belooft! Maar kan hij het ook op een langer parcours? De Australiër is op een wereldkampioenschap nog nooit verder gekomen dan plaats vijf.

Van Tony Martin weten we wel dat hij dat kan. Der Pantzerwagen is niet voor niets drie keer wereldkampioen geworden. De vraag is eerder: kan hij het nog steeds? De Duitser rijdt namelijk niet zijn beste seizoen. Martin moest tot september wachten voor zijn eerste internationale zege. Maar wie klopte hij daar toen? Juist: de zo in vorm zijnde Dennis.

Net als Dennis heeft Martin wat goed te maken dit seizoen. Dat blijkt dus nog maar eens een uitstekende drijfveer. Wat gaat dat opleveren? Dat is nog even afwachten. In de Eneco Tour kon hij zijn goede lijn immers niet doorzetten. Martin eindigde in Breda op een schamele dertiende plaats. De Duitser heeft zijn Groot-Brittannië-vorm nodig voor een wereldtitel.

Vasil Kiryienka heeft eveneens iets recht te zetten. Zijn resultaten in tijdritten dit seizoen zijn wereldkampioen onwaardig. De Wit-Rus eindigde achtereenvolgens als 3e, 16e, 8e, 6e, 29e, 13e, 120e, 143e, 17e en 121e. Er zijn echter verzachtende omstandigheden. Kiryienka moest zich soms sparen voor Sky en tijdens de Eneco Tour kwam hij te laat bij de start. Heeft hij dan het beste voor het laatst bewaard? Met Kiryienka weet je het nooit. Vlak hem dus niet uit.

Revanche begint zo langzamerhand een thema te worden in deze voorbeschouwing. Ook Jonathan Castroviejo kent namelijk dit gevoel. De Spanjaard liep vorig jaar op drie seconden een medaille mis in Richmond. Ook op de Olympische Spelen was hij erg dicht bij brons. Toen eindigde Castroviejo op vier tellen van de nummer drie. De Movistar-renner is getergd om een einde te maken aan die negatieve reeks. Dat bleek wel tijdens het Europees Kampioenschap tijdrijden. Daar was hij namelijk met afstand de beste. Kan Castroviejo het nu ook op een mondiaal evenement?

Zijn ploegmaat Nelson Oliveira hoopt eveneens op een goed resultaat. De Portugees lijkt dit seizoen een stap te hebben gezet in het tijdrijden. In de Tour-tijdrit naar Le Caverne de Pont d’Arc eindigde hij achter Dumoulin en Froome knap als derde. Dat was echter wel op een heuvelachtig parcours. De vraag is of Oliveira het ook op het vlakke kan.

Foto: Sirotti

Voor Jos van Emden is het parcours juist perfect. De Nederlands kampioen van 2010 doet niets liever dan op vlakke stukken stoempen. Het landschap in Qatar moet hem dus prima liggen. Dat bleek ook aan het begin van dit seizoen. Van Emden eindigde toen als tweede in de tijdrit van de Ronde van Qatar op een deel van het WK-parcours. De renner van LottoNL-Jumbo lijkt momenteel over een uitstekende vorm te beschikken. Hij was in de Eneco Tour de enige die in de buurt kwam van Dennis. Dat maakt hem een interessante outsider voor woensdag.

LottoNL-Jumbo kan in de tijdrit op meerdere paarden wedden. Ook Primož Roglič zou voor een verrassing kunnen zorgen, zoals hij dat al deed in de afgelopen Giro. De Sloveense aanwinst werd daar tot ieders verbazing eerste en tweede in de tijdritten. Roglič is daarna redelijk constant blijven presteren. In de Eneco Tour eindigde hij als zesde in de rit tegen de klok. Zijn vorm lijkt dus goed genoeg om ook in Qatar voor een mooi resultaat te gaan.

Hetzelfde gaat op voor zijn ploegmaat Victor Campenaerts. De Belgisch kampioen eindigde een paar weken geleden als tweede op het EK tijdrijden. Dan behoort ook een goed resultaat op het WK tot de mogelijkheden. Zijn landgenoot Yves Lampert (Etixx-Quick-Step) is eveneens een outsider.

Polen komt met de nummers acht en negen van vorig jaar naar Qatar: Maciej Bodnar (Tinkoff) en Marcin Białobłocki (ONE). Het is vooral uitkijken naar Bodnar. De vaste helper van Sagan eindigde in Rio nog knap als zesde en lijkt ondanks zijn leeftijd van 31 jaar nog steeds elk jaar progressie te boeken. Zijn resultaten in tijdritten worden steeds beter.

Dat geldt ook voor Taylor Phinney. De Amerikaan begint na zijn zware beenbreuk langzaam weer de oude te worden. Dat zagen we ook terug in de tijdrit van de Eneco Tour. Phinney eindigde in Breda op een verdienstelijke zevende plaats. Amerikanen kunnen vaak boven zichzelf uitstijgen op WK’s. Dat maakt Phinney een gevaarlijke klant. Let bovendien op zijn BMC-ploegmaat Stefan Küng. Deze 22-jarige renner is nog jong, maar hij heeft al mooie dingen laten zien.

De Britten rekenen in Doha op Alex Dowsett (Movistar) en Stephen Cummings (Dimension Data). Geen van beide renners hoort bij de topfavorieten, maar een verrassing is wel mogelijk. Andere outsiders zijn tot slot Leopold König (Sky), Bob Jungels (Etixx-Quick-Step), Edvald Boasson Hagen (Dimension Data) en Anton Vorobyev (Katusha).

Favorieten volgens WielerFlits
**** Rohan Dennis
*** Tom Dumoulin en Tony Martin
** Vasil Kiryienka, Jonathan Castroviejo en Nelson Oliveira
* Jos van Emden, Victor Campenaerts, Maciej Bodnar en  Primož Roglič

Weer en TV
Het mag geen verrassing heten dat het woensdag warm gaat zijn in Doha. Volgens Weeronline stijgt het kwik dan naar 38 graden Celsuis. Voor wedstrijdbeelden kun je terecht bij de NOS en Sporza.

[poll id=”332″]