Wout van Aert: “In het veldrijden denk ik tijdens de week meer aan Mathieu”
foto: Cor Vos
donderdag 12 november 2020 om 08:52

Wout van Aert: “In het veldrijden denk ik tijdens de week meer aan Mathieu”

Wout van Aert bereidt zich voor op zijn eerste veldrit van het seizoen. De coureur van Jumbo-Visma herbegint op 28 november in Kortrijk aan zijn crossseizoen. Zijn eeuwige concurrent Mathieu van der Poel start op 12 december in Antwerpen. Van Aert weet dat in het veld anders aangekeken wordt naar de onderlinge strijd.

Een must have voor alle wielerfans! Met de Black Friday deal van RIDE Magazine haal je het ideale cadeautje voor de feestdagen in huis. Voor slechts € 13,95 ontvang je de najaars- en de winter-editie in jouw brievenbus. Dat betekent meer dan 300 pagina’s aan schitterende wielerverhalen. Wacht niet te lang, want OP=OP. Bestel nu jouw magazines en verzeker je van uren leesplezier.

“In het veldrijden, waar we er bovenuit steken, denk ik tijdens de week wel meer aan Mathieu: over hoe ik hem kan kloppen, en hoe ik mijn trainingen kan aanpassen met oog op zijn sterkste kwaliteiten”, vertelt hij in een interview met Sport/Voetbalmagazine.

“Op de weg is de perceptie gelukkig anders dan in het veld. Omdat het daar alleen tussen ons tweeën gaat, is de geklopte altijd de ‘loser’, die slechter is dan de andere. Maar als we, zoals in de Ronde, andere wereldtoppers uit het wiel knallen, beseft iedereen hoe goed we alle twéé zijn.”

De strijd in de Ronde van Vlaanderen werd door Van Aert en Van der Poel gewaardeerd. “Al denk ik niet dat wij op de weg trainen en koersen om elkaar te kloppen. Wij trainen om te kunnen wínnen. Maar om bepaalde koersen te winnen moeten we elkaar nu eenmaal verslaan – een nuanceverschil”, zegt WVA.

De strijd in de Ronde van Vlaanderen – foto: Cor Vos

In opbouw naar de cross
Na zijn tweede plaats in De Ronde was het wegseizoen van Van Aert klaar. Niet lang erna begon hij al met voorbereidingen op het veldritseizoen. “Ik had er ook geen behoefte aan om lang stil te liggen. Zelfs bij het lopen, wat ik al lang niet meer had gedaan, had ik snel de smaak opnieuw te pakken”, geeft hij aan.

“Dat is wel veranderd in vergelijking met vroeger. Toen was ik ook al een trainingsbeest, maar begon ik na een rustperiode van vier weken met lichte tegenzin aan mijn eerste training. En duurde het nog twee weken eer ik weer echt goesting kreeg. Dat kan ik mij nu niet meer voorstellen.”

‘In Tirreno-Adriatico 2021 wil ik wel voor een klassement gaan’
De prestaties van de Lillenaar in de Tour de France hebben hem aan het denken gezet. Al wil dat niet zeggen dat hij zich vanaf nu op rittenkoersen gaat focussen. “Mijn klassiek palmares uitbreiden blijft prioriteit. Dat plan ga ik niet omgooien om op een klassement in de Tour te mikken. Ja, ik ben lang meegegaan in het hooggebergte, maar er is een groot verschil tussen op kop rijden tot vijf kilometer van de top en meegaan tot de finish. En er ook drie weken lang élke dag te staan”, legt Van Aert uit.

“Dat, zeker de Tour wínnen, is onrealistisch en dat wil ik voorlopig ook niet najagen. Ook omdat je dan op een heel andere manier moet trainen dan voor de klassiekers”, zegt hij. “Misschien dat ik ooit het roer omgooi, maar dat is nog véraf. Dan zou ik ook eerst in Tirreno-Adriatico, de Dauphiné of de Ronde van Zwitserland moeten schitteren. Op kortere termijn is dat wel mogelijk, zeker in rittenkoersen met een tijdrit, zoals Tirreno-Adriatico. Daar wil ik in 2021 wel voor een klassement gaan. En later ook in klimklassiekers als Luik en de Ronde van Lombardije.”

Wout van Aert als helper in de bergen – foto: Cor Vos

Olympische Spelen
We spraken Van Aert eerder al over het dilemma van de zomer van 2021. Dan worden de olympische wielerkoersen een week na de Tour de France verreden. De winnaar van Milaan-San Remo denkt dat de wegrit in Tokio te zwaar is. “Het wordt kantje boord, ja. Meer kans heb ik op een gouden medaille in de tijdrit, op een omloop die wél op mijn lijf geschreven is. In tegenstelling tot het bijna volledig vlakke WK-parcours in Imola zou ik Filippo Ganna daar kunnen verslaan. Al bewees hij in de Giro dat hij ook heuvelachtige omlopen aankan”, zegt Van Aert.

Remco Evenepoel is al zeker van een ticket naar Tokio. Van Aert zou in de bergachtige wegrit graag voor Evenepoel werken. “Het is nog vroeg om over een rolverdeling te spreken, we weten nog niet wie in welke conditie zal zijn. Maar het wegparcours is alleszins meer op Remco’s maat gesneden. Als de bondscoach hem naar voren schuift als kopman, dan wil ik mij zeker ten dienste van Remco stellen. Ik heb al getoond dat ik niet vies ben van iemand te helpen die beter is”, concludeert de 26-jarige Van Aert.

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.