Wout van Aert na tumultueuze openingsrit: “Ik had angst om mee te sprinten”
De Tour de France begon gisteren met een wel zeer chaotische etappe in en rond Nice. Door de hevige regenval waren de wegen in het zuiden van Frankrijk plots spekglad. “Het was echt gekkenwerk. Je zag op sommige plaatsen gewoon de olievlekken”, zo vertelde Wout van Aert na afloop.
De renner van Jumbo-Visma maakte zelf ook nog kennis met het asfalt. “Ik ben zelf ook gevallen tegen veertig kilometer per uur. Ik wist dat ik niet mocht remmen, maar moest het uiteindelijk toch doen en kwam daardoor ten val. Gelukkig heb ik niets”, zo laat Van Aert weten aan Sporza.
De winnaar van Strade Bianche en Milaan-San Remo spreekt van extreme omstandigheden. “Het had hier wellicht lang niet geregend. Op sommige plaatsen zag je olievlekken, op andere punten dan weer zeepsop.” Robert Gesink, een ploeggenoot van Van Aert, was na afloop niet te spreken over de beslissing van de UCI om tijdens de rit niet in te grijpen.
Van Aert neemt de internationale wielerunie niks kwalijk. “Hier kun je als organisatie niets aan doen. Dit is puur tegenslag. Hopelijk schijnt zondag de zon weer.” De 25-jarige renner besloot gisteren niet mee te sprinten voor de overwinning en de eerste gele trui. “Ik had na mijn valpartij toch wat schrik om mee te sprinten en heb mij er maar niet meer tussen gegooid.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.