Column Als alles volgens plan verloopt, maak ik in de Omloop Het Nieuwsblad dus mijn debuut in het shirt van Team Jumbo-Visma. Natuurlijk ben ik opgelucht dat die contractperikelen van de baan zijn. Ondertussen maak ik in Spanje alvast kennis met mijn nieuwe ploegmaats. En oh ja… Mathieu van der Poel is ontstemd over mijn uitrijden op de rollen na de wedstrijd. Daar kom ik hieronder even op terug.

Zondag liet mijn manager Jef Van den Bosch mij weten dat de besprekingen met Team Jumbo-Visma in een stroomversnelling waren geraakt. Er lag zelfs al een ticket klaar om naar Spanje te vliegen om me bij de rest van de ploeg te voegen op hun trainingskamp in Sant Feliu de Guíxols, nabij Girona. Toch wilde ik dat eerst alles echt rond was. Daar kreeg ik zondagavond uiteindelijk bevestiging van. Ook de laatste plooien waren gladgestreken.

Opperbeste sfeer
Dat werd gisterenmorgen dus koffers pakken en snel naar Eindhoven afreizen. Aan de luchthaven had ik nog een korte ontmoeting met teammanager Richard Plugge. In een kantoortje tegenover de luchthaven werd onze overeenkomst met een handdruk bezegeld. Er werden snel nog wat foto’s genomen en een videobericht ingesproken, waarna ik op het vliegtuig stapte richting de Costa Brava. Sant Feliu de Guíxols is me trouwens niet onbekend. Mijn schoonouders hebben er in de buurt een appartement. En Platja d’Aro is een trekpleister voor Belgische toeristen.

Ik moet zeggen, de ontvangst was bijzonder hartelijk. Met dank aan ploegleider Merijn Zeeman die de taak op zich nam om me tijdens het avondeten voor te stellen aan de rest van het team. Merijn maakte er zowaar een kleine show van. Dat deze overeenkomst het einde van een zorgeloze periode betekende, grapte hij. In elk geval, het ijs was snel gebroken en de sfeer opperbest. Uiteindelijk heb ik ook zelf nog mijn nieuwe ploegmaats kort toegesproken. Hen duidelijk gemaakt dat ik er naar uitkijk om onderdeel van het team te worden. Het klinkt een beetje cliché, maar ik voelde me meteen opgenomen in de ploeg.

Vrijdag ploegpresentatie
Na een goede nachtrust ben ik vandaag voor het eerst met mijn nieuwe ploegmaats gaan trainen. Ik werd ingedeeld in een groepje met Robert Gesink, Primoz Roglic, Tom Leezer, Steven Kruijswijk, Bert-Jan Lindeman, Floris De Tier en Daan Olivier. Ideaal om die mannen alvast wat beter te leren kennen. Voor hen stond onderweg ook een lactaattest op het menu. Mijn inspanningen waren uiteraard aangepast aan mijn veldritprogramma van de komende weken.

Donderdagavond vliegen we met het hele team terug vanuit Barcelona terug naar Eindhoven. We overnachten in de buurt, vrijdag staat in Veghel de ploegpresentatie op de agenda. Goed dat het nieuws van mijn overeenkomst vandaag reeds is bekendgemaakt. Op die manier kan ik vrijdag toch iets rustiger naar de voorstelling. Daarna begint de voorbereiding op de wereldbekermanche in Namen van zondag.

Rust in mijn hoofd
Ik verwacht dat ik nu snel opnieuw rust vind in mijn hoofd. In combinatie met mijn stage in Calpe en deze quality-time hier in Sant Feliu de Guíxols hoop ik de komende dagen en weken die paar procentjes beter te worden. Er is immers nog veel te winnen dit seizoen.

Tot slot nog even een korte reactie over de opmerkingen die gekomen zijn over mijn cooling down na de wedstrijden. Ja, dat is nieuw en blijkbaar voor iedereen even wennen. Maar ik vind het bijzonder belangrijk om dit te kunnen doen. Een uur op de limiet rijden vergt veel van het lichaam en snelle recuperatie is belangrijk. Iedereen wil toch zo professioneel mogelijk werken? Wel, ik ook. Fatsoenlijk uitrijden na een uur topsport is essentieel.

Snel overleg
De podiumceremonie begint in principe tien minuten nadat de laatste renner over de finish is. Dat is kantje boordje, maar het is niet zo dat ik iemand langer laat wachten dan nodig. Toch een beetje jammer dat Mathieu me er niet zelf over aangesproken heeft in plaats van zijn ongenoegen te uiten via de media. Ik wil in elk geval snel in overleg – met collega’s, organisatoren, tv en UCI – om hier een oplossing voor te vinden en dit effectief te verbeteren. Zodat ik professioneel mijn job kan doen zonder anderen te benadelen.