Video Xaydee Van Sinaey was de beste Belgische op het WK veldrijden voor beloften vrouwen. Ze eindigde in Tábor als zesde. “Ik vind het wel een verrassend resultaat”, zei ze na afloop tegen WielerFlits.

“Het is een seizoen met veel ups and downs geweest. Met de elites meerijden, is niet gemakkelijk”, vertelt de 18-jarige renster. “Ik ben heel blij dat ik nu mooi kan eindigen.”

Nochtans schoot Van Sinaey niet al te best uit de startblokken. “Ik laat me vaak wat wegdrummen bij de start, ik ben daar niet de beste in. Met die eerste bocht, met die diepe groeven, vond ik dat niet heel fijn. Maar op dit parcours kom je uiteindelijk wel bovendrijven als je heel sterk bent. Op de eerste lange klim haalde ik vier, vijf rensters in. Ik wist: dit is mijn stuk, hier moet ik me echt gaan focussen. Dat heeft ook geholpen tijdens de wedstrijd.”

• 

  4 feb

  Lees ook Zoe Bäckstedt een klasse apart op WK voor beloften vrouwen, brons voor Leonie Bentveld

  4 feb

Van Sinaey kreeg ook hulp van Sanne Cant. “Dat doet ze voor ons alle drie eigenlijk. Ze is met ons het parcours gaan verkennen en heeft ons tips gegeven. Ze heeft bijvoorbeeld gezegd welk bandenprofiel het beste zou zijn. Dat heeft mij wel heel erg geholpen. Ze is een zeer ervaren iemand, dus als je haar sporen kunt volgen, kun je daar alleen maar uit leren. Ik zit natuurlijk ook bij haar in de ploeg, dus ik heb weleens eerder een parcoursverkenning gedaan met haar, maar nog niet zo specifiek als nu. Dit vond ik wel heel fijn en heel lief van haar.”

Fleur Moors: “Moet hier tevreden mee zijn”
Naast Van Sinaey eindigden er nog twee Belgen in de top-tien van het WK veldrijden voor beloften. Julie Brouwers werd negende, Fleur Moors tiende. “Ik hoopte in het begin op een top-tien”, zei die laatste voor de camera van WielerFlits. “Ik ging met een goed gevoel naar hier, dus ik had misschien net wat meer verwacht. Maar de wedstrijd besliste anders. Ik kon niet harder, ik zat op de limiet. Dus ik moet hier tevreden mee zijn.”

Voor Moors was het een ‘heel lastig’ seizoen. “Vooral mentaal kreeg ik telkens weer een klopje, dus het was moeilijk om naar het WK toe te streven. Maar ik heb mijn best gedaan om hier zo goed mogelijk te staan. Ik moet nu tevreden zijn met de tiende plaats en werken naar volgend seizoen.”